In dit document staan alle lessen en ingesproken Powerpionts beschreven. De lessen hebben blauw kopje en ingesproken delen hebben een geel kopje. Het zijn in totaal 75 paginas, inclusief afbeeldingen.
HDSG 03 immunologie
HDGS = diergezondheidspecialist
Beroepsrol: voorlichter, adviseur, geïnformeerde gesprekspartner van de veterinaire sector.
Bij HDGS 01 bjl is training, dus verplicht.
02, 03, 04 is schriftelijke examen in T3.
Onderwerpen:
• Opbouwen en functioneren van het afweersysteem
• Vaccinaties
• Auto-immuun ziektes
• Allergie
• Ontsteking
• wondbehandeling
les 01 afweersysteem
Weerstand
Twee definities, beide waar:
Weerstand = het vermogen van een dier om zich in een besmette omgeving te handhaven.
• Ziektekiemen (= pathogenen) zijn overal om ons heen, maar met
voldoende weerstand hoeft een besmetting, en zelfs een infectie, niet tot
ziekte te leiden.
Weerstand = het totaal aan moleculen (= stoffen) en cellen dat de respons op indringers in het
lichaam verzorgt.
• Als de afweercellen en afweerstoffen in het lichaam op peil zijn en goed
samenwerken, heb je een goede weerstand.
Afweer: niet-specifiek en specifiek
Niet-specifieke (= a-specifieke) afweer
• aangeboren
• tegen alles gericht (dus niet tegen één bepaald antigeen)
• reactie bij 1e contact even sterk als bij herhaald contact
• werkt altijd op dezelfde manier
• niet-specifieke afweer omvat alles wat het moeilijk maakt voor een indringer om te overleven,
exclusief T- en B-cel respons
Specifieke afweer: immuunsysteem
• verworven weerstand (dus niet aangeboren)
• gericht tegen één bepaald antigeen
• geheugen: reactie effectiever (= sneller en sterker) bij herhaling contact
• adaptief: het hangt van de pathogeen/partikel af hoe de reactie precies verloopt
• specifieke afweer omvat T- en B-cel respons
niet-specifiek: is gericht tegen alles, aangeboren
specifiek: geheugencellen (immuunsysteem)
Specifieke afweer zijn B en T cellen, alle andere cellen zijn niet specifiek.
,1e, 2e en 3e afweerlinie
Eerste linie: (muur) maagzuur, huid, slijmvliezen, darmflora
Tweede linie: (leger) naturel killer cellen, macrofagen,
neutrofiele granulocyten, interferon, complement (eiwit uit
het lever)
Derde linie: (luchtmacht) antilichamen, cytoxische T-cellen, t-
helpercel, plasmacellen (ookwel B cellen), T geheugencellen
Rol van 1e linie:
Rol vd 1e linie = indringers buiten houden
De grens tussen binnenwereld en buitenwereld vh lichaam is altijd epitheel (dekweefsel):
• huid aan buitenzijde vh lichaam
• slijmvlies bij holtes binnenin het lichaam, oftewel ‘alles wat via een gat uitmondt naar de
buitenwereld’:
• maagdarmkanaal, luchtwegen, urinewegen, geslachtsorganen, enz.
• Het lumen van die holtes is nog steeds buitenwereld, want het staat via een lichaamsopening in
verbinding met de buitenlucht.
-> Een pathogeen die op de huid of op een slijmvlies zit, is de grens tussen buitenwereld en
binnenwereld nog niet gepasseerd: hij is nog ‘buiten’.
Een goede 1e linie, dus gezond intact epitheel, maakt het moeilijk voor pathogenen om ‘voet aan de
grond’ te krijgen op het epitheel en door die grens heen te dringen.
Onderdelen van 1e linie:
1e linie: (externe) fysische en biochemische barrières:
Rol van de 2e linie:
Rol vd 2e linie = het zo snel mogelijk onschadelijk maken van pathogenen of stoffen die toch door de
1e linie heen wisten te breken.
,Onderdelen 2e linie
2e linie: niet-specifieke afweercellen en diverse stoffen:
• Onderdeel van de aspecifieke afweer
Rol van de 3e linie
3e linie: wordt ingezet als de 2e linie niet voldoende is om de indringer te stoppen
• De 3e linie vormt de specifieke afweer
• Activiteit van de 3e linie betekent dat immuniteit wordt opgebouwd:
• Immuniteit = als dezelfde indringer later in het lever opnieuw probeert het lichaam binnen te
dringen, liggen er bouwtekeningen voor specifieke wapens (antilichamen) en een aanvalsstrategie
klaar om de indringer snel en effectief de kop in te drukken.
• B- en T-geheugencellen
-> humorale afweer = stofjes (losse moleculen) in de lichaamsvochten, die
een rol spelen in de afweer, o.a.
• antilichamen, en de B-cellen waarin de antilichamen gemaakt worden
• complement (bloedeiwit afkomstig uit de lever)
• interferon (eiwitten uit geïnfecteerde lichaamscellen)
Cellulaire afweer = afweer d.m.v. cellen
-> cellen die in staat zijn (te helpen bij) een indringer onschadelijk maken, o.a.
Herkomst bloedcellen
Alle bloedcellen in het schema worden gemaakt in het beenmerg.
• Sommige typen bloedcellen zijn nog niet helemaal ‘af’ als ze uit het beenmerg komen en
maken elders in het lichaam hun laatste rijpingsstap, maar de aanmaak van alle bloedcellen
is dus in het beenmerg.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Miraolieman. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.88. You're not tied to anything after your purchase.