100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
SAMENVATTING RECHT PERIODE 2 LEERJAAR 1 HBO-V HOGESCHOOL WINDESHEIM $3.23   Add to cart

Summary

SAMENVATTING RECHT PERIODE 2 LEERJAAR 1 HBO-V HOGESCHOOL WINDESHEIM

 17 views  0 purchase
  • Course
  • Institution
  • Book

samenvatting van alle leerdoelen van week 1 tot en met week 7 hierbij heb ik gebruik gemaakt van het boek praktisch gezondheidsrecht, hoorcolleges, werkcolleges, aantekeningen en heb ik de leerdoelen per week duidelijk uitgelegd begrippen zijn uitgelegd succes met het tentamen!

Preview 10 out of 29  pages

  • Yes
  • April 4, 2022
  • 29
  • 2021/2022
  • Summary
avatar-seller

Available practice questions

Flashcards 10 Flashcards
$3.23 0 sales

Some examples from this set of practice questions

1.

mag een beroepsbeoefenaar anoniem, dus zonder te vertellen wie hij is, onderzoek en/of behandeling bij patienten uitvoeren?

Answer: nee, de patient heeft recht op informatie

2.

in het dossier van een huisarts zit een brief van de behandelend psychiater. op die brief heeft de psychiater geschreven dat de inhoud daarvan alleen bestemd is voor de huisarts. mag de brief van de psychiater achtergehouden worden als de patient inzage in het dossier van de huisarts vraagt?

Answer: nee, de patient heeft ten alle tijde recht op inzage in het dossier of een kopie van een dossier, maar De student weet wat ‘informed consent’ inhoudt  De patiënt heeft er recht op om over zijn gezondheidstoestand te worden geïnformeerd.  Deze informatie is van wezenlijke betekenis voor de toestemming die de patiënt voor onderzoek en/of behandeling geeft.  Toestemming is alleen rechtsgeldig als de patiënt optimaal op de hoogte is van de aard en de context van hetgeen te gebeuren staat.  Men spreekt van ‘informed consent’ofwel: geïnformeerde toestemming. Uitzondering 1 op het geven van informatie: therapeutische exceptie  De hulpverlener mag de patiënt bedoelde inlichtingen slechts onthouden voor zover het verstrekken ervan kennelijk ernstig nadeel voor de patiënt zou opleveren  In het belang van de patiënt kunnen de inlichtingen aan een ander dan de patiënt worden verstrekt  De hulpverlener raadpleegt een andere hulpverlener voor dat hij de exceptie gebruikt (collegiale toetsing)

3.

heeft de patient het recht om delen van het dossier van de huisarts te laten vernietigen?

Answer: Recht op vernietiging 1. De hulpverlener vernietigt de door hem bewaarde bescheiden, bedoeld in artikel 454, na een daartoe strekkend verzoek van de patiënt 2. Lid 1 geldt niet voor zover het verzoek bescheiden betreft waarvan redelijkerwijs aannemelijk is dat de bewaring van aanmerkelijk belang is voor een ander dan de patiënt, alsmede voor zover het bepaalde bij of krachtens de wet zich tegen vernietiging verzet (art. 7:455 BW).

4.

behoort het verpleegkundig dossier ook tot het medisch dossier van de patient, en heeft de patient recht op inzage in het verpleegkundig dossier?

Answer: Verpleegkundige gegevens behoren eveneens tot het dossier. Deze gegevens worden vaak apart van de medische gegevens opgeslagen. Recht op informatie a. De aard en het doel van het onderzoek of de behandeling en de uit te voeren verrichtingen; b. De te verwachten gevolgen en risico’s daarvan voor de gezondheid van de patiënt; c. Andere methoden van onderzoek of behandeling die in aanmerking komen; d. De staat van en de vooruitzichten (art. 7:448 BW)

5.

binnen welke termijn dient een hulpverlener de patient inzage te geven in zijn dossier?

Answer: Het recht op inzage in je medisch dossier is onder meer vastgelegd in artikel 456 van de Wet op de geneeskundige behandelingsovereenkomst (Wgbo). \'De hulpverlener verstrekt aan de patiënt desgevraagd zo spoedig mogelijk inzage in en afschrift van de bescheiden.\' De zorgverlener moet de patiënt hierbij zo goed mogelijk begeleiden.

Flashcards 10 Flashcards
$3.23 0 sales

Some examples from this set of practice questions

1.

twee meisjes, 15 en 16 jaar, willen absoluut niet dat hun ouders worden geïnformeerd over hun automutilatie. Mag een jeugdarts de ouders van het 16 jarig meisje inlichten over het feit dat zij automatiseert? En mag een jeugdarts de ouders van het 15 jarige meisje inlichten over het feit dat zij automatiseert? Baseer je antwoord op de wet.

Answer: 12-15-jarigen  Kunnen niet zelfstandig een behandelingsovereenkomst aangaan; ze zijn niet bevoegd rechtshandelingen te verrichten  Voordat een behandeling wordt gestart, is in beginsel toestemming nodig van het kind én zijn ouders/voogd. Op deze hoofdregel van dubbele toestemming zijn 2 uitzonderingen:  Ouderlijke toestemming is niet nodig bij spoedeisende verrichtingen  De verrichting kan zonder toestemming van de ouders/voogd worden uitgevoerd, indien zij:  Kennelijk nodig is teneinde ernstig nadeel voor de patiënt te voorkomen alsmede  Indien de patiënt ook na weigering van de toestemming van de ouders/voogd, de verrichting weloverwogen blijft wensen Bij 15 moeten ouders ingelicht worden, ze zijn wel handelingsbekwaam, maar tot 15 moet dit wel in overleg met de ouders , degene van 16 is handelingsbekwaam en is niet verplicht om de ouders in te lichten

2.

Na een echtscheiding vraagt de vader bij de arts informatie op over de medische behandeling van zijn 2 kinderen. Deze kinderen zijn 8 en 10 jaar oud. Moet de arts informatie aan de vader verstrekken? Maakt het daarbij nog uit of de vader ouderlijk gezag heeft?

Answer: Ja, hij is de biologische vader en heeft dus recht op informatie over zijn kind, en aangezien ze nog minderjarig zijn en dus niet bekwaam heeft hij hier zeker recht op,

3.

Heeft de niet-gezagdragende ouder recht op een afschrift van het medisch dossier van zijn 11-jarige zoon?

Answer: Als hij geen gezag heeft, mag het niet, alleen als hij hier na overleg toestemming over heeft gekregen.

4.

De familie van een meerderjarige wilsonbekwame patiënt wil inzage in diens dossier. De familie vraagt daartoe het dossier op. Moet de hulpverlener het dossier afgeven?

Answer: Als de familie hiervoor bevoegd is wel, anders is eerst toestemming van de bevoegde nodig.

5.

Wat is het verschil tussen een curator en een mentor?

Answer: Curator; gaat wel over financiele zaken en een mentor niet

RECHT PERIODE 2 LEERJAAR 1 HBO-V HOGESCHOOL WINDESHEIM

samenvatting van alle leerdoelen van week 1 tot en met week 7



De student weet welke wettelijke regelingen er gelden m.b.t. bescherming van patiëntgegevens

 Sinds 1984 is het recht op eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer in de Grondwet als
een grondrecht opgenomen
 1950: Europees Verdrag van de rechten van de mens (EVRM)
 Algemene verordening gegevensbescherming (AVG)
 Sinds 25 mei 2018 is AVG van toepassing. Dat betekent dat in de hele Europese Unie
(EU)dezelfde privacywetgeving geldt. De Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp)
geldt niet meer

De AVG zorgt onder meer voor:

 Versterking en uitbreiding van privacy rechten
o Recht op vergetelheid
o Recht op dataportabiliteit
 Meer verantwoordelijkheden voor organisaties

Beroepen die onder beroepsgeheim vallen

 Artsen
 Verpleegkundigen
 Paramedici
 Advocaten
 Notarissen
 Politiebeambten
 Accountants
 Priesters en predikanten
 Tolken
 Maatschappelijk werkers
 Journalisten
 Studie(loopbaan)begeleider?



Beroepsgeheim

 Beroepsgeheim bestaat uit zwijgplicht en verschoningsrecht
 Basis van het beroepsgeheim: (art. 10 GW en art. 8 EVRM)
 Individueel belang van de patiënt (recht op privacy)
 Algemeen of collectief belang van vrije toegang tot de gezondheidszorg
 HR: Geheimhouding bij beroepsbeoefenaar in individuele gezondheidszorg
 De eerbiediging van de privacy van de patiënt verhoogt niet alleen het vertrouwen in
hulpverleners, maar is ook een noodzakelijke voorwaarde voor onbelemmerde toegang tot
de zorg



Hoofdregels

,  Zwijgplicht :
 eed of belofte afleggen (deze heeft geen juridische betekenis)
 Afgeleid beroepsgeheim: medewerkers die werk verrichten dat nauw verbonden is
met een beroepsgeheim plichtige zoals een arts of verpleegkundige, maar die zelf
geen beroepsgeheim hebben uit hoofde van hun functie, hebben een van die
hulpverlener afgeleid beroepsgeheim (bv. polikliniekmedewerkers)
 De zorginstelling heeft ook een afgeleid beroepsgeheim
 Recht op privacy
 Ieder heeft, behoudens bij of krachtens de wet te stellen beperkingen, recht op
eerbiediging van zijn persoonlijke levenssfeer. (art.10 GW)
 Gegevens mogen slechts worden gebruikt voor het doel waarvoor ze verstrekt zijn



Artikel 7:457 Burgerlijk wetboek (WGBO)

1. De hulpverlener draagt zorg, dat aan anderen dan de patiënt geen inlichtingen over de patiënt dan
wel inzage in of afschrift van het dossier, worden verstrekt dan met toestemming van de patiënt

2. Onder anderen dan de patiënt zijn niet begrepen degenen die rechtstreeks betrokken zijn bij de
uitvoering van de behandelingsovereenkomst en degene die optreedt als vervanger van de
hulpverlener, voor zover de verstrekking noodzakelijk is voor de door hen in dat kader te verrichten
werkzaamheden

3. Daaronder zijn evenmin begrepen degenen wier toestemming ter zake van de uitvoering van de
behandelingsovereenkomst op grond van de artikelen 450 (ouders/voogd) en 465
(vertegenwoordiger) is vereist



Artikel 88 Wet BIG (bestuursrecht)

 Eenieder is verplicht geheimhouding in acht te nemen ten opzichte van al datgene wat hem
bij het uitoefenen van zijn beroep op het gebied van de individuele gezondheidszorg als
geheim is toevertrouwd, of wat daarbij als geheim te zijner kennis is gekomen of wat daarbij
te zijner kennis is gekomen en waarvan hij het vertrouwelijke karakter moest begrijpen
 Belofte of eed (bij uitreiking van bachelor getuigschrift) … dat ik geheim houd wat mij in
vertrouwen is verteld of wat mij ter kennis is gekomen en waarvan ik kan begrijpen dat het
vertrouwelijk van aard is



Artikel 272 Wetboek van strafrecht

1. Hij die enig geheim waarvan hij weet of redelijkerwijs moet vermoeden dat hij uit hoofde van
ambt, beroep of wettelijk voorschrift dan wel van vroeger ambt of beroep verplicht is het te
bewaren, opzettelijk schendt, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste een jaar of
geldboete van de vierde categorie

2. Indien dit misdrijf tegen een bepaald persoon gepleegd is, wordt het slechts vervolgd op diens
klacht

 Zwijgplicht geldt in beginsel tegenover iedereen, met uitzondering van de patiënt (de patiënt
is degene aan wie het geheim toebehoort)

,  Verschoningsrecht tegenover de rechter. Uitzondering: therapeutische exceptie

Wat valt onder het geheim?

 Toevertrouwd geheim: bewust vertrouwelijk aangedane mededeling
 Medische zaken: gegevens uit anamnese, röntgenfoto's, laboratoriumuitslagen diagnose,
therapie, consult, recept, aantekeningen in administratie
 Mededelingen van derde over de patiënt: datgene wat een derde over de patiënt aan de
hulpverlener mededeelt
 Overige (niet-medische) zaken: alles wat je als hulpverlener waarneemt bij de bewusteloze of
psychiatrische patiënt; Ziekbed staatsman; wietplantage op de zolder

Enkele lastige situaties

 Gezamenlijke verpleging (meerdere personen op 1 kamer)
 Partners
 Familieleden



Doorbreking van de zwijgplicht:

 Toestemming van de geheimgerechtigde (patiënt)
 Beroepsbeoefenaar moet kijken of en in hoeverre hij van de toestemming van de
patiënt gebruikmaakt
 Informatie aan vertegenwoordigers, oftewel mensen die vervangende toestemming geven
voor de handeling van de patiënt
 Tegenover degenen die rechtstreeks bij de behandeling van de patiënt zijn betrokken
 Wettelijk voorschrift: melding infectieziekten, melding euthanasie
 Conflict van plichten: o.a. kindermishandeling
 Zwaarwegende belangen: vrouw wil inzage in gegevens overleden moeder omdat gegevens
mogelijk duidelijk maken wie haar vader is

Beroepsgeheim na overlijden

De zwijgplicht wordt niet opgeheven door het overlijden van de patiënt. Nabestaanden of anderen
mogen in principe geen informatie ontvangen over de overledene. Uitzonderingen:

1. Veronderstelde toestemming van de patiënt

2. Wettelijke plicht

3. Concrete aanwijzingen dat er gewichtige redenen zijn (zwaarwegend belang)


De student weet wat het verschoningsrecht inhoudt en in welke situaties hij een beroep kan doen op
dit recht

 Artikel 218 Wetboek van strafvordering
 Verschoningsrecht is het recht om van het afleggen van een getuigenis voor Justitie af te
zien.

Men ‘verschoont’ zich van het afleggen van getuigenis

Van het geven van getuigenis of van het beantwoorden van bepaalde vragen kunnen zich ook
verschonen zij die uit hoofde van hun stand, hun beroep of hun ambt tot geheimhouding verplicht

,zijn, doch alleen omtrent hetgeen waarvan de wetenschap aan hen als zodanig is toevertrouwd
(verschoningsrecht)

 Aan welke beroepsgroepen in de gezondheidszorg het verschoningsrecht toekomt, is niet in
de wet vastgelegd. De rechter bepaalt dit van geval tot geval.
o Criteria: het moet gaan om een beroep dat op een aanzienlijk maatschappelijk
belang gericht is, dat alleen gediend kan worden als aan de beroepsbeoefenaar
volledig vertrouwen wordt geschonden
o Op basis van elke rechtszaken komt naar voren dat verpleegkundigen, artsen en
apothekers in elk geval voor de rechter met succes een beroep op het
verschoningsrecht kunnen doen
 Afgeleid verschoningsrecht: het verschoningsrecht geldt ook voor degenen die
verschoningsrechtgerechtigden ondersteunen
 Waarheidsbevinding in strafproces, belang van opsporing van strafbare feiten (getuigplicht
art. 192 Sr) weegt minder zwaar dan belang bij geheimhouding



Criteria bij conflicten van plichten

 Alles is in het werk gesteld om toestemming tot doorbreken van het geheim te krijgen;
 Het niet doorbreken van het geheim levert voor een ander ernstige schade op;
 De zwijgplichtige verkeert in gewetensnood door handhaving zwijgplicht;
 Er is geen andere weg om het probleem op te lossen dan door doorbreking van het geheim
(subsidiariteit);



Het moet vrijwel zeker zijn dat door geheimdoorbreking schade aan een ander kan worden
voorkomen of beperkt;

 Het geheim moet zo min mogelijk worden geschonden (proportionaliteit)



WGBO: recht op privacy voor de patiënt en zwijgplicht voor de hulpverlener

 Opgenomen in Burgerlijk wetboek boek 7 bij titel ‘Opdracht’ – zorgvrager is opdrachtgever

Uitgangspunten:

 Autonomie of zelfbeschikking van patiënt
 ‘Shared decisionmaking’: een manier van werken waarbij arts en patiënt samen tot een
beleid komen dat het beste bij de patiënt past
 Zelfmanagement’: het vermogen van mensen om hun aandoening zo goed mogelijk te
kunnen inpassen in hun leven. Ze kunnen bijvoorbeeld omgaan met de symptomen en met
de behandeling. Maar ook met de leefstijlveranderingen die nodig zijn.




De student weet welke wetten van belang zijn voor de rechtspositie van de patiënt

 Wet op de Geneeskundige Behandelingsovereenkomst (WGBO): bevat elementaire rechten
van patiënten

,  Een geneeskundige behandelingsovereenkomst is de overeenkomst waarbij een
natuurlijke persoon of een rechtspersoon, de hulpverlener, zich in de uitoefening van
een geneeskundig beroep of bedrijf tegenover een ander, de opdrachtgever,
verbindt tot het verrichten van handelingen op het gebied van de geneeskunst,
rechtstreeks betrekking hebbende op de persoon van de opdrachtgever of van een
bepaalde derde (art: 7:446 BW).De opdrachtgever is hier de patiënt/cliënt.

Verpleegkundige handelingen kunnen voortvloeien uit de afspraken die de opdrachtgever (patiënt of
diens vertegenwoordiger) met de hulpverlener heeft gemaakt.

 Zulke handelingen vallen onder de behandelingsovereenkomst

Sommige verpleegkundige handelingen vloeien niet voort uit geneeskundige handelingen
(verpleeghuizen en thuiszorg). Men spreekt dan vaak van zorgovereenkomsten. In het algemeen
gaan we er van uit dat de bepalingen van de WGBO ook van toepassing zijn op deze
overeenkomsten.



De student weet welke rechten zijn geregeld in het burgerlijk wetboek (WGBO)

 Recht op informatie
 Uitzondering 1: therapeutische exceptie: als de hulpverlener denkt dat bepaalde informatie
ernstig nadeel voor de patiënt oplevert, bijvoorbeeld de kans op een suïcide, dan mag hij die
informatie tijdelijk achterhouden. Dit is altijd in overleg met een collega.
 Uitzondering 2: recht om niet te weten. Als de patiënt te kennen heeft gegeven geen
inlichtingen te willen ontvangen, blijft het verstrekken daarvan achterwege,
 Tenzij het belang dat de patiënt daarbij heeft niet opweegt tegen het nadeel
dat daaruit voor hemzelf of anderen kan voortvloeien
 Waarschuwingsplicht: de arts zal die informatie echter wél moeten verstrekken als het
belang van de patiënt om niet te weten, niet opweegt tegen het nadeel dat daaruit voor
hemzelf of voor anderen kan voortvloeien. Bijvoorbeeld als de ziekte van de patiënt, of het
gebruik van bepaalde medicijnen, een zeer nadelige invloed hebben op zijn rijvaardigheid. Of
in geval van een aanzienlijk risico van overdracht van een ernstige besmetting.
 Recht op toestemming
 Voor verrichtingen ter uitvoering van een behandelingsovereenkomst is de toestemming van
de patiënt vereist.
 De vereiste toestemming mag worden verondersteld te zijn gegeven, indien de
desbetreffende verrichting niet van ingrijpende aard is (art 7:450 BW)
 Op verzoek van de patiënt legt de hulpverlener in ieder geval schriftelijk vast voor welke
verrichtingen van ingrijpende aard deze toestemming heeft gegeven (art 7:451BW)
 Noodsituaties: noodzakelijke handelingen verrichten
 Niet-ingrijpende verrichtingen: meten van de bloeddruk en het gewicht, het verbinden van
een wond




Recht op zelfbeschikking

 Het recht op eigen keuzes en zelfstandigheid, zowel voor het individu als voor een collectief,
bijvoorbeeld een volk.

,  Plichten opdrachtgever (patiënt)
 De patiënt geeft de hulpverlener naar beste weten de inlichtingen en de
medewerking die deze redelijkerwijs voor het uitvoeren van de overeenkomst
behoeft (art. 7:452 BW)
 De opdrachtgever is de hulpverlener loon verschuldigd (art. 7:461 BW)
 Zorg van een goed hulpverlener
 De hulpverlener moet bij zijn werkzaamheden de zorg van een goed hulpverlener in
acht nemen en handelt daarbij in overeenstemming met de op hem rustende
verantwoordelijkheid, voortvloeiende uit de voor hulpverleners geldende
professionele standaard
 Dit betekent dat hulpverlener soms kan handelen zonder toestemming of bepaalde
behandelingen mag weigeren
 Vage bepalingen: goed huisvader, goed werknemer, toepasbaar is alle situaties
 Professionele standaard: wetgeving, ethiek beroepscode, protocollen en richtlijnen :
vak bijhouden
 Link naar tuchtrechtelijk: redelijke bekwame beroepsbeoefenaar



Patiëntendossier

De hulpverlener richt een dossier in met betrekking tot de behandeling van de patiënt.

 Hij houdt in het dossier aantekening van de gegevens omtrent de gezondheid van de patiënt
en de te diens aanzien uitgevoerde verrichtingen en neemt andere stukken, bevattende
zodanige gegevens, daarin op, een en ander voor zover dit voor een goede hulpverlening aan
hem noodzakelijk is (art.7:454 BW)

Aantekeningen in het dossier:

 Leg alleen gegevens vast die relevant zijn voor de zorg
 Beschrijf zoveel mogelijk zelf waargenomen feiten
 Trek geen voorbarige conclusies
 Stel geen diagnoses buiten het eigen deskundigheidsgebied en neem diagnoses van anderen
alleen over als ze door een deskundige behandelaar zijn gesteld
 Geef bij vermoedens of hypothesen nadrukkelijk aan dat het om een vermoeden of
hypothese gaat
 Vermeld de bron indien gegevens worden opgenomen die van een ander afkomstig zijn

Bewaartermijn dossier

 Onverminderd het bepaalde in artikel 455, bewaart de hulpverlener de bescheiden, bedoeld
in de vorige leden, gedurende vijftien jaren, te rekenen vanaf het tijdstip waarop zij zijn
vervaardigd, of zoveel langer als redelijkerwijs uit de zorg van een goed hulpverlener
voortvloeit (art. 7:454, lid 3 BW)
 In het kader van voorbereiding WCZ wilde men 20 jaar
 Werkveld pleit voor 30 jaar
 Academisch ziekenhuis is het bewaartermijn 115 jaar

Toegang tot het dossier

 De hulpverlener die rechtstreeks bij de behandeling betrokken is

,  De vervanger of waarnemer van de direct bij de behandeling betrokken hulpverlener(s), voor
zover dit noodzakelijk is
 Administratief en technisch personeel ondersteunend personeel indien en voor zover de
taakuitoefening dit noodzakelijk maakt

Elektronisch patiëntendossier (EPD)

Instellingsniveau, uitwisseling op regionaal niveau, landelijk nog niet (beveiliging nog niet optimaal)

 Patiënt moet kunnen controleren wie in het dossier kijkt

Rechten van gebruikers

Recht op inzage en recht op afschrift

De hulpverlener verstrekt aan de patiënt desgevraagd inzage in en afschrift van de bescheiden,
bedoeld in artikel 454. De verstrekking blijft achterwege voor zover dit noodzakelijk is in het belang
van de bescherming van de persoonlijke levenssfeer van een ander (art. 7:456 BW).

 Niet recht op het dossier zelf, wel op een kopie.

Recht op aanvulling

De hulpverlener voegt desgevraagd een door de patiënt afgegeven verklaring met betrekking tot de
in het dossier opgenomen stukken aan het dossier toe (art. 7:454, lid 2 BW). Je hebt dus geen recht
op wijziging.

Recht op vernietiging

1. De hulpverlener vernietigt de door hem bewaarde bescheiden, bedoeld in artikel 454, na een
daartoe strekkend verzoek van de patiënt

2. Lid 1 geldt niet voor zover het verzoek bescheiden betreft waarvan redelijkerwijs aannemelijk is
dat de bewaring van aanmerkelijk belang is voor een ander dan de patiënt, alsmede voor zover het
bepaalde bij of krachtens de wet zich tegen vernietiging verzet (art. 7:455 BW).



Recht op informatie

a. De aard en het doel van het onderzoek of de behandeling en de uit te voeren verrichtingen;

b. De te verwachten gevolgen en risico’s daarvan voor de gezondheid van de patiënt;

c. Andere methoden van onderzoek of behandeling die in aanmerking komen;

d. De staat van en de vooruitzichten (art. 7:448 BW)

Omvang van informatie

 Is onderzoek/behandeling of zijn de risico’s extra ingrijpend
 Komen de risico’s vaker voor
 Het gaat om esthetische en dus therapeutisch niet noodzakelijke operaties
 Het betreft een nieuwe behandeling(smethode) die nog weinig is toegepast en/of omstreden
en/of ingrijpend is
 Wat zijn de mogelijkheid en consequenties van niet-behandelen

,  Afhankelijk van de omstandigheden van het geval, maar ook van de behoefte en het
bevattingsvermogen van de patiënt.
 In praktijk gebruik van allerlei voorlichtingsmateriaal

Er is geen percentage opgenomen in de wet over de hoeveelheid informatie die verleend moet
worden.



De student weet wat ‘informed consent’ inhoudt

 De patiënt heeft er recht op om over zijn gezondheidstoestand te worden geïnformeerd.
 Deze informatie is van wezenlijke betekenis voor de toestemming die de patiënt voor
onderzoek en/of behandeling geeft.
 Toestemming is alleen rechtsgeldig als de patiënt optimaal op de hoogte is van de
aard en de context van hetgeen te gebeuren staat.
 Men spreekt van ‘informed consent’ofwel: geïnformeerde toestemming.



Uitzondering 1 op het geven van informatie: therapeutische exceptie

 De hulpverlener mag de patiënt bedoelde inlichtingen slechts onthouden voor zover het
verstrekken ervan kennelijk ernstig nadeel voor de patiënt zou opleveren
 In het belang van de patiënt kunnen de inlichtingen aan een ander dan de patiënt worden
verstrekt
 De hulpverlener raadpleegt een andere hulpverlener voor dat hij de exceptie gebruikt
(collegiale toetsing)


In de WGBO staan de rechten en plichten van patiënten.

 Een belangrijk onderdeel is het recht op informatie en het recht om toestemming te geven
voor een behandeling (informed consent).
 De patiënt beslist dus samen met de zorgverlener wat er gaat gebeuren.
 Alle ziekenhuizen en zorgverleners zijn verplicht om zich aan de WGBO te houden



rechten van de patiënt en/of zijn vertegenwoordiger m.b.t. het dossier

 Recht op informatie
 Recht op inzage en recht op afschrift (kopie)
 Recht op aanvulling
 Recht op vernietiging

De hulpverlener verstrekt aan de patiënt desgevraagd inzage in en afschrift van de bescheiden,
bedoeld in artikel 454. De verstrekking blijft achterwege voor zover dit noodzakelijk is in het belang
van de bescherming van de persoonlijke levenssfeer van een ander (art. 7:456 BW).

 Niet recht op het dossier zelf, wel op een kopie

Recht op toevoeging/aanvulling

 De hulpverlener voegt desgevraagd een door de patiënt afgegeven verklaring met betrekking
tot de in het dossier opgenomen stukken aan het dossier toe (art. 7:454, lid 2 BW).

,1. De hulpverlener vernietigt de door hem bewaarde bescheiden, bedoeld in artikel 454, na een
daartoe strekkend verzoek van de patiënt.

2. Lid 1 geldt niet voor zover het verzoek bescheiden betreft waarvan redelijkerwijs aannemelijk is
dat de bewaring van aanmerkelijk belang is voor een ander dan de patiënt, alsmede voor zover het
bepaalde bij of krachtens de wet zich tegen vernietiging verzet (art. 7:455 BW).



Onverminderd het bepaalde in artikel 455, bewaart de hulpverlener de bescheiden, bedoeld in de
vorige leden, gedurende twintig jaren, te rekenen vanaf het tijdstip waarop zij zijn vervaardigd, of
zoveel langer als redelijkerwijs uit de zorg van een goed hulpverlener voortvloeit (art. 7:454, lid 3
BW)



De student weet welke gegevens wel en niet moeten worden opgenomen in het dossier

 Leg alleen gegevens vast die relevant zijn voor de zorg
 Beschrijf zoveel mogelijk zelf waargenomen feiten
 Trek geen voorbarige conclusies
 Stel geen diagnoses buiten het eigen deskundigheidsgebied en neem diagnoses van anderen
alleen over als ze door een deskundige behandelaar zijn gesteld
 Geef bij vermoedens of hypothesen nadrukkelijk aan dat het om een vermoeden of
hypothese gaat
 Vermeld de bron indien gegevens worden opgenomen die van een ander afkomstig zijn



Een elektronisch patiëntendossier (EPD) is een softwaretoepassing waarbij medische
patiëntengegevens in digitale vorm bewaard en beschikbaar gemaakt worden.

 Het doel van een EPD is meestal het huidige of toekomstige zorgproces rondom een patiënt
te ondersteunen



De student weet hoe de bescherming van de patiënt bij medisch-wetenschappelijk onderzoek
geregeld is

Lichaamsmateriaal

Art. 7:467 BW (WGBO) introduceert een geen-bezwaarsysteem voor de zeggenschap over het nader
gebruik van afgenomen lichaamsmateriaal ten behoeve van medisch wetenschappelijk onderzoek.

 Het gaat hierbij om nader gebruik van bv. bloed, hersenvocht, urine, ontlasting en stukjes
weefsel dat in biobanken (grote vriezers) wordt bewaard voor toekomstig medisch
onderzoek.
 Het artikel betreft alleen het nader gebruik van niet tot de persoon herleidbaar – dus
anoniem – lichaamsmateriaal. Voor het gebruik hiervan volstaat een ‘geen-bezwaarsysteem’.
 Hiermee wordt bedoeld dat de patiënt voldoende op de hoogte wordt gesteld (via
posters of brochures) van dit nader gebruik van zijn lichaamsmateriaal en dat hij
impliciet toestemming geeft als hij geen bezwaar aantekent.

, Voor het verrichten van medisch wetenschappelijk onderzoek met herleidbaar lichaamsmateriaal
weegt de privacybescherming zwaarder dan anoniem materiaal: hiervoor is er een ‘informed
consentsysteem’.



Patiënten

 Passages van de Code van Neurenberg (1947) zijn overgenomen in de Verklaring van Helsinki.
 Deze verklaring is nog steeds van belang. Hierin worden aanbevelingen gedaan voor onder
meer verantwoorde toetsing van voorgenomen medisch-wetenschappelijk onderzoek en
voor bescherming van proefpersonen. De opstellers wensten mensonwaardige situaties,
zoals die in de Tweede Wereldoorlog waren voortgekomen, uit te bannen.



WMOM (Wet medisch-wetenschappelijk onderzoek met mensen): is van toepassing op medisch-
wetenschappelijk onderzoek waarvan deel uitmaakt het onderwerpen van personen aan handelingen
of het opleggen aan personen van een bepaalde gedragswijze.

 Bescherming vindt o.a. plaats door een onderzoeksprotocol die moet worden goedgekeurd
door de METC. De CCMO (Centrale Commissie Mensgebonden Onderzoek) erkent de METC’s.


Wilsonbekwaam: als een patiënt van 16 jaar of ouder niet in staat kan worden geacht tot redelijke
waardering van zijn belangen ter zake

Iemand is wilsonbekwaam als hij:

 De informatie over zijn ziekte of behandeling niet begrijpt
 Zelf niet kan beslissen
 De gevolgen van een beslissing niet begrijpt

Voorbeelden van wilsonbekwaamheid: comapatiënten, mensen met verstandelijke beperking,
psychiatrische patiënten, mensen met dementie, verslaafden etc.

ONBEKWAAM IS ONBEVOEGD


Handelingsbekwaam

1. Iedere natuurlijke persoon is bekwaam tot het verrichten van rechtshandelingen, voor zover de
wet niet anders bepaalt.

2. Een rechtshandeling van een onbekwame is vernietigbaar. Een eenzijdige rechtshandeling van een
onbekwame, die niet tot een of meer bepaalde personen gericht was, is echter nietig. (art 3:32 BW)



In de zorg gaat men ervanuit dat patiënten toestemming moeten geven voor onderzoek en
behandeling

 Wilsonbekwame patiënten kunnen geen toestemming geven
 De vertegenwoordiger staat voor de wil van de patiënt, voor zover hij/zij dat kan weten
 De vertegenwoordiger staat voor de veiligheid en rechten van patiënt, voorkomen van
misbruik van de belangen van patiënt

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller marlldeboer. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.23. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

57727 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$3.23
  • (0)
  Add to cart