Nieuw (Jan 2022) tentamen - Inleiding en geschiedenis van de psychologie - Universiteit Tilburg - 60 vragen en antwoorden - pittig!
106 views 13 purchases
Course
Inleiding en geschiedenis van de psychologie
Institution
Tilburg University (UVT)
Dit is een van de lastigste tentamens voor Inleiding en Geschiedenis van de Psychologie. Veel vragen op het tentamen hebben antwoorden waarvan 1 of 2 er afvallen, maar waarvan je bij de ander 2 denkt: kan allebei. Dit oefententamen kan helpen, omdat er maar 1 goed antwoord is. Daarvoor moet je wel ...
inleiding en geschiedenis van de psychologie tentamen
Written for
Tilburg University (UVT)
Developmental Psychology
Inleiding en geschiedenis van de psychologie
All documents for this subject (1)
Seller
Follow
Scriptiebibliotheek
Reviews received
Content preview
lOMoARcPSD|2668334
, lOMoARcPSD|2668334
Alle antwoorden op laatste pagina’s
1. Er zijn verschillende opvattingen over de relatie tussen lichaam en geest. Elke
opvatting heeft eigen voordelen, maar ook problemen. Het interactieprobleem is een
probleem voor welke opvatting over lichaam en geest?
a. dualisme
b. materialisme
c. epifenomenalisme
2. Descartes is erg belangrijk geweest voor het ontwikkelen van een wetenschappelijke
blik op bewustzijn en psychische processen. Welke van de onderstaande uitspraken
over Descartes’ ideeën over bewustzijn en psychische processen klopt niet?
Tentamen! altijd vragen over
a. Descartes was een empirist
b. Descartes was een nativist
c. Descartes was een rationalist
3. Hoe noemen we het omzetten van een abstract construct in
waarneembare/meetbare eenheden?
a. operationalisatie
b. standaardisatie
c. validatie
4. Wat is géén kenmerk van etnocentrisme?
a. gedrag teveel toeschrijven aan de kenmerken van een individu in plaats van aan
omstandigheden
b. onderscheid maken tussen een ingroup en een outgroup
c. het beoordelen van andere groepen naar de eigen groepsnormen
5. Veel psychologen doen onderzoek naar de psyché zonder positie te kiezen in het
dualisme – materialisme debat. Ze verwijzen daarbij vaak naar een
wetenschappelijke opvatting van de filosoof/psycholoog William James, waarin de
vraag of ideeën werken belangrijker is dan de vraag of ideeën absoluut waar zijn.
Welke opvatting is dit? a. empirisme
b. structuralisme
c. pragmatisme
6. De Ierse wetenschapper Molyneux beschreef een gedachte-experiment over een
man die blind geboren was en dan opeens zou kunnen zien. Volgens Molyneux zou
deze man niet meteen visuele informatie kunnen begrijpen (met andere woorden, hij
zou niet meteen kunnen zien zoals wij, maar zou moeten leren kijken). Met dit
gedachte-experiment wilde hij de opvattingen ondersteunen van een belangrijke
filosoof op het gebied van menselijke kennis en ervaring. Welke filosoof was dit?
a. Locke
b. Leibniz
c. Hume
7. Welke filosoof zou waarschijnlijk het meest instemmen met modern onderzoek naar
aangeboren verschillen in persoonlijkheid? Tentamen!
a. Locke
b. Leibniz
, lOMoARcPSD|2668334
c. Hume
8. De Nederlandse filosoof Spinoza had een sterke invloed op de ideeën van welke
andere filosoof?
a. Locke
b. Leibniz
c. Hume
9. Welke filosoof zag de menselijke geest bij geboorte als een tabula rasa (een geest
zonder ideeën, maar wel gevoelig voor sensaties)?
a. Descartes
b. Locke
c. Leibniz
10. Welke arts beschreef als eerste het verschil tussen witte stof (wat we nu kennen als
axonen) en grijze stof (wat we nu kennen als dendrieten) in de hersenen? a. Braid
b. Gassner
c. Willis
11. Flourens gebruikte de techniek van ablatie (het systematisch beschadigen van de
hersenen door incisies) om te onderzoeken of psychologische functies gelokaliseerd
konden worden. Ablatie van welk onderdeel van de hersenen leidde tot problemen
met de coördinatie van beweging? Tentamen!
a. hippocampus
b. cortex
c. cerebellum
12. Welk gebied in de hersenen wordt geassocieerd met motorische afasie?
a. het gebied van Broca
b. het gebied van Lashly
c. het gebied van Wernicke
13. Wat is de verzamelnaam voor technieken die plaatjes maken van de hersenen in
eenserie van doorsnedes?
a. inductie
b. elektro-encefalogram (EEG)
c. tomografie
14. Helmholtz was een student van Müller, maar was het op een punt fundamenteel met
hem oneens. Het ging over de vraag hoe natuurkundige en chemische processen
leven konden verklaren. Wat was dit punt?
a. Müller was een voorstander van monisme, maar Helmholtz van reductionisme
b. Müller was een voorstander van idealisme, maar Helmoltz van realisme
c. Müller was een voorstander van vitalisme, maar Helmholtz van mechanisme
15. Welke soort taak kostte in Donders’ reactietijdstudies de meeste tijd (en was dus het
meest cognitief complex)? Tentamen!
a. reactie
b. discriminatie
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Scriptiebibliotheek. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.96. You're not tied to anything after your purchase.