college aantekeningen, tijdvak 5 ontdekkers en hervormers
6 views 0 purchase
Course
Oriëntatie Op Geschiedenis
Institution
Hogeschool Van Amsterdam (HvA)
Book
Oriëntatie op geschiedenis
Dit zijn mijn persoonlijke aantekening uit het 2e semester uit de werkcolleges. het onderwerp wat hier besproken werd is tijdvak 5, ontdekkers en hervormers
hoofdstuk hoofdstuk 5: De tijd van ontdekkers en hervormers
soort instructie/werkcollege
week
5.2 Ontdekkingsreizen
Einde Vroegmoderne tijd?
Lange tijd lieten historici de Moderne Tijd, die dus òf beschouwd wordt als een
daaropvolgende periode, òf als een onderdeel van de Nieuwe Tijd, beginnen rond 1800,
kort na het uitbreken van de Franse Revolutie (1789), of in 1815, het jaar van het Wener
Congres. Het begin van de vroegmoderne periode begint met de uitvinding van de
drukpers, einde van de 100 jarige oorlog en de ontdekkingsreizen van Columbus. Dit is
rond 1450-1453. Het einde van de vroegmoderne periode begint met de opkomst van
industrialisatie en de opkomst van de stoommachines.
Ook word er gedacht aan de bestorming van de Bastilles en de Franse revolutie. dit is
rond 1800 (1789-1815). De vroegmoderne periode is dus van circa 1500 tot circa 1800.
Het is echter niet ongebruikelijk om een groot deel van de negentiende eeuw nog als
vroegmodern te beschouwen, omdat de industrialisatie in Europa als een wezenlijk
kenmerk van de Moderne Tijd wordt opgevat en pas geleidelijk vanuit Groot-Brittannië en
België in andere delen van Europa doordrong. De term ‘vroegmodern’ heeft dan ook
vooral betrekking op de westerse wereld en op Europa in het bijzonder, evenals
‘Middeleeuwen’ en ‘Renaissance’.
Kenmerkende aspecten
1. het veranderende mens- en 8. het streven van vorsten naar absolute
wereldbeeld van de renaissance en macht
het begin van een nieuwe
9. de wetenschappelijke revolutie
wetenschappelijke belangstelling
10. rationeel optimisme en ‘verlicht
2. de hernieuwde oriëntatie op het
denken’ werd toegepast op alle
erfgoed van de klassieke oudheid
terreinen van de samenleving:
Werkcollege Hoofdstuk 5 1
, 3. het begin van de Europese expansie godsdienst, politiek, economie en
overzee sociale verhoudingen
4. de protestantse reformatie had 11. voortbestaan van het ancien régime
splitsing van de christelijke kerk in met pogingen om het vorstelijk
West-Europa tot gevolg bestuur op eigentijdse verlichte wijze
vorm te geven (verlicht absolutisme)
5. het conflict in de Nederlanden dat
resulteerde in de stichting van een 12. de democratische revoluties in
Nederlandse staat westerse landen met als gevolg
discussies over grondwetten,
6. wereldwijde handelscontacten,
grondrechten en staatsburgerschap
handelskapitalisme en het begin van
een wereldeconomie 13. uitbouw van de Europese
overheersing, met name in de vorm
7. de bijzondere plaats in staatkundig
van plantagekoloniën en de daarmee
opzicht en de bloei in economisch en
verbonden trans-Atlantische
cultureel opzicht van de Nederlandse
slavenhandel, en de opkomst van het
Republiek
abolitionisme
14. de industriële revolutie legde in de
westerse wereld de basis voor een
industriële samenleving
Vragen 5.2 ‘Ontdekkers’
4. Voor de ontdekkingsreizen kun je motieven noemen van degenen die ze
organiseerden of ondernamen. Je kunt ook oorzaken van de ontdekkingsreizen
noemen. Wat is het verschil?
Motieven: wat mensen drijft Oorzaken: (algemene) omstandigheid die maakt dat iets
ontstaat of begint; gaan aan menselijke motieven vooraf.
13. (Bij de tekst ‘Christoffel Columbus’). Waarom kan Columbus worden beschouwd
als een overgangsfiguur tussen de Middeleeuwen en de Vroegmoderne Tijd?
Hij was een avontuurlijke selfmade man die zich weinig aantrok van de kritiek van
gezaghebbende geleerden. Bestudeerde klassieke werken om zijn doel te bereiken.
Renaissance
Middeleeuwen Renaissance
1. momento mori (gedenk te sterven) 1. CARPE DIEM (pluk de dag)
2. geloof en gemeenschapszin erg 2. Wedergeboorte van de Klassieke
belangrijk Oudheid.
Werkcollege Hoofdstuk 5 2
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller styxthecomet. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.05. You're not tied to anything after your purchase.