Complete samenvatting van het boek Gedrag en Veiligheid, van Frank Guldenmund. Belangrijke afbeeldingen en tabellen uit het boek heb ik ook in de samenvatting verwerkt, dus zo is alles lekker duidelijk. De samenvatting is duidelijk in hoofdstukken opgedeeld, zodat het ook overzichtelijk is waar het...
Samenvatting Gedrag en Veiligheid, Frank Guldenmund.
H1 – Inleiding
Gedrag
Grootste uitdaging van een veiligheidskundige is het gedrag van mensen. Gedrag bepaalt in
hoge mate de veiligheid, gedrag maakt veiligheid.
Gedrag: manier waarop iemand zich (goed of slecht) gedraagt. Gedrag begint met het
registreren van een prikkel, het organisme verwerkt de prikkel en er volgt een respons:
gedrag.
Veilig en Veiligheid
Risico/dreiging/gevaar: Een potentiële bron van verwonding of schade aan mensen, bezit of
milieu.
Een gevaar of dreiging is lokaal, waar het op de ene plek een gevaar is, hoeft het op een
andere plek niet zo te zijn. Veiligheid is daarom een lokaal begrip.
Veiligheid: Als er sprake is van een plaatsgebonden dreiging die beheerst is van spreken we
van veiligheid.
Mensen kunnen geen besef hebben van gevaar, dan voelen zij zich ook veilig of hebben
vertrouwen in de beheersing ervan. Het kan ook zijn dat er sprake is van een beheerst
gevaar, maar men geen vertrouwen heeft in de beheersing ervan en dan voelen mensen zich
niet veilig.
Er is onderscheid tussen objectieve- en subjectieve veiligheid.
Objectieve veiligheid: De inschatting van de dreiging of het gevaar, kans dat er een incident
plaatsvindt en de getroffen maatregelen, die in meer of mindere mate beproefd zijn.
,Subjectieve veiligheid: Het gevoel van mensen over de situatie (dreiging plus de getroffen
maatregelen).
Veilig gedrag
Norm Burke, Sarpy, Tesluk en Smith-Crowe, gebaseerd op gefundeerde theorie:
1. Gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen
2. Werkpraktijken erop nahouden die risico’s verlagen
3. Gezondheids- en veiligheidsinformatie communiceren
4. Werknemersrechten en verantwoordelijkheden uitoefenen.
Bovenstaande leggen duidelijk de nadruk op handelingen die de arbeidsveiligheid moeten
verzekeren of bevorderen.
Griffin en Neal: maken onderscheid tussen nalevingsgedrag en participatiegedrag:
Nalevingsgedrag: taakgericht gedrag van werknemers; het volgen van de veiligheidsregels
en het dragen van persoonlijke beschermingsmiddelen (1 en 1 Burke).
Participatiegedrag: Draagt bij aan een context of omgeving die veiligheid ondersteunt (3 en
4 Burke).
Normen zijn meestal gebaseerd op goede of slechte ervaringen of praktijken, die door
aanhoudend succes tot norm verheven zijn.
Hollnagel:
Spreekt van:
Safety 1: kijken naar wat er fout gaat.
Safety 2: kijken naar wat er goed gaat en hoe dat kan.
Wat gedrag veilig maakt kunnen we dus bepalen met een norm voor gedrag, die betrekking
heeft tot de situatie waarin het gedrag vertoond wordt.
Menselijk falen
Menselijk gedrag en menselijk falen liggen in elkaars verlengde.
Psycholoog Donald Norman is tegenstander van de term ‘menselijke fout’. Hij legt de fout bij
het technisch ontwerp wat niet is aangepast op de eisen van de bediener.
Dekker stelt dat men een menselijke fout pas een fout noemt, als er daadwerkelijk iets
misgaat; een menselijke fout is een fout in het licht van hetgeen wat erna gebeurt, dus
wijsheid achteraf.
,H2 – Het brein en gedrag
Inleiding
Veroorzaking gedrag:
- Hersenen > genen + ervaringen
- Lichaam > zintuigen als actor om te bewegen
- Omgeving
Huidige stand neurowetenschappen
Oorsprong
Al in de 5e eeuw voor de jaartelling werd er geschreven over de herkomst van onze
gedachten, de hersenen werden als oorsprong aangewezen.
De cognitieve neurowetenschappen komen oorspronkelijk voort uit de psychologie
(voorheen filosofie).
Reacties werden tot de jaren 20 op 2 manieren gemeten:
- Hoe snel iemand reageert met een handbeweging of een druk op een knop
- Verwoorden wat je denkt (introspectie)
Ze konden nog niet de relatie zien tussen de gedachten en de onderliggende
hersenprocessen, omdat de hersenen zelf niet gemeten konden worden.
Het lichaam-geestprobleem
Het lichaam-geestprobleem is een eeuwenoud probleem in de filosofie. Het onderscheid
komt veel terug in religies en wordt substantiedualisme genoemd; geest en lichaam.
, Lichaam-geestprobleem: hoe kan een niet stoffelijke geest interacteren met een stoffelijk
lichaam?
Oplossing René Descartes (1596-1650): De geest zou interacteren met het lichaam via een
specifiek deel van het lichaam; de hypofyse. < Dit maakte het probleem alleen maar
specifieker.
De meeste wetenschappers en filosofen geloven in substantiemonisme: zo ontstaat er geen
lichaam-geestprobleem. Wel is nog de vraag het brein kan leiden tot het bewustzijn.
Neurowetenschappers zijn hier nog altijd druk mee bezig.
Van geest naar lichaam
In 1924 kon voor het eerst bij mensen elektrische hersenactiviteit worden gemeten (elektro-
encefalografie: EEG). Toen konden mensen naast het meten van gedrag en gedachten ook
de hersenactiviteit meten.
Zo ontstond er de vraag of breinactivatie voor of na de gedachten kwamen. Benjamin Libet
ontdekte begin jaren 80 dat de EEG-breinactivatie eerder plaatsvond dan dat iemand zelf de
intentie had om te bewegen. Conclusie: breinactivatie veroorzaakt gedachten en gedrag. Dit
paste bij de theorie van Sigmund Freud; dat er naast bewuste gedachten ook onbewuste
processen in het hoofd plaatsvinden.
Gedachten en gedrag kunnen beïnvloed worden door de staat of toestand van het brein aan
te passen:
- Patiënten met hersenschade
- Medicatie vb: antidepressiva
- Elektrische stroom bijv. door neurowetenschappers.
De ontwikkelingen hebben ervoor gezorgd dat het duidelijk is dat je gedachten voortkomen
uit je brein en lichaam. Ook is het tegenwoordig mogelijk om simpele gedachten uit te lezen
door middel van een fMRI-scan, deze activaties zijn de basis van onze gedachten.
Van rationeel naar voorspellingsmachine
Van nature zijn mensen geneigd om processen in te delen in duidelijke stappen.
Wetenschappers zijn er inmiddels achter dat mensen niet zo rationeel zijn en dat het brein
ook niet zo werkt. Mensen blijken vooral beslissingen te nemen op basis van onbewuste en
niet-rationele overwegingen. We hebben niet altijd invloed op ons brein en dus niet op ons
gedrag.
Bewust tegenover onbewust gedrag
Onbewust gedrag is algemeen bekend geworden door Sigmund Freud. Denk bij onbewust
gedrag bijv. aan je ademhaling, hartslag en andere processen waar je niet bij na hoeft te
denken.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller jbjansen13. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.51. You're not tied to anything after your purchase.