Samenvatting Toepassing Van Onderzoeksmethoden En Statistiek
45 views 2 purchases
Course
Toepassing Van Onderzoeksmethoden En Statistiek
Institution
Universiteit Utrecht (UU)
samenvatting alle hoorcolleges TOE
begrippen voornamelijk letterlijk in Engels, vrijwel altijd in Nederlands uitgewerkt
vrijwel alles in Nederlands
1e jaars vak toepassing van onderzoeksmethoden en statistiek
overzichtelijke samenvatting
Aant TOE colleges, artikelen en boek
Ritchie en Lewis (2003)
114-133 Topic lijst en topic gids nodig voor goede en volledige
informatieverzameling.
- Zorgt ook voor consistentie in dataverzameling
- Stuurmechanisme van interview
Establishing subject coverage
- Research objectives and literature study
- Topics maken van alle vragen die je hebt
- Topics groeperen die bij elkaar passen
- Woorden geen zinnen voor creatieve en flexibele
interviews
- Neutrale zinnen zodat je kan aanpassen aan spreektaal
van de respondent
- Opvolgende onderwerpen. Soms follow-up questions
Gestructureerde data zoals geldverdeling bij scheiding beter
aan het begin vragen en noteren om rapport goed te houden
door het interview heen.
Voorbeelden gebruiken en laten maken handig voor
observatie van gedrag
Plaatjes etc. zijn ook handig voor thought retrieval
- Vignettes
- Card-sorting(redenen voor keuzes bespreken)
- Geschreven materiaal laten zien
- Projective techniques: slechte dingen van jezelf snel
koppelen aan externe factor(vaak bij marktonderzoek
gebruikt) diepere emoties en gedachten naar boven
halen door tekenen, zinnen afmaken, dingen ranken
etc.
Fieldnotes om dingen te kunnen onthouden voor analyse
150-168 Probing en prompting
Content mapping and mining(breed en specifiek zoekend)
Open vragen stellen om zo gedetailleerde beschrijving te
krijgen
- Bij in-depth interview zo groot mogelijke view dus
geen aannames doen en suggestieve vragen stellen
- Geen twee vragen in 1 zin proberen te stoppen
- Normale taal gebruiken om band op te bouwen
Emoties, gezichtsuitdrukkingen en stem belangrijk om
rekening mee te houden(fieldnotes)
Zelf wel empathie hebben maar niet te erg meegaan. Ook
andere visies meenemen en objectief blijven
Niet doen alsof je alles al weet
Onder alle omstandigheden kalm blijven en niet veel eigen
emoties laten zien
Het gesprek echt over de geïnterviewde persoon houden en
, ook focussen op die persoon
176-189 Bij goede focusgroep is er een veilige omgeving waar mensen
niet hun antwoorden in hoeven te houden
- Door aan begin om introductie van zichzelf te vragen
bekendheid van andere groepsgenoten vormen
- Proberen positief te eindigen
Böhm (2004)
271-274
Open coding Grounded theory: Uit data worden algemeenheden gehaald
die gebruikt kunnen worden voor bouwen van theorie.
Coderen aan de hand van vragen:
- What?
- Who?
- Why?
- How?
- When?
- For what reason?
- By what means?
In-vivo codes gebruiken:
- Codes die niet theoretisch zijn, maar woorden uit het
veldwerk gebruiken voor codes
Kleine stukjes tekst gebruiken op originele tekst
Axial coding Gebruikt op kleine stukjes, grote stukken of de gehele tekst
Fenomeen wordt in het midden gezet, dingen eromheen zoals
oorzaken, gevolgen en context krijgen code die bij dit
fenomeen horen
- Door deze code relaties aangeven(oorzaak gevolg,
middelen uitkomsten)
- Voorbeeld: pijn als fenomeen. Als je teveel drinkt krijg
je hoofdpijn, hiervoor neem je aspirine, waardoor je je
weer beter voelt.
- Let op dingen als ‘omdat, vandaar, sinds’ omdat dat
vaak causale condities aangeeft.
- Let op dingen als ‘en zo, resulterend in, met het
resultaat dat’ omdat dat vaak consequenties aangeeft.
Selective coding Het zoeken van de hoofdfenomenen. Soms komt er achteraf
uit dat iets kleins toch belangrijk is, dus constant je afvragen
wat centraal staat.
- Als het hoofdfenomeen niet voor komt in axiale
categorieën dan teruggaan naar vorige fasen.
- Hoofdcategorie/kerncategorie heeft relaties met
meeste andere categorieën, maar is centraal.
- Soms kan je categorieën samenvoegen en
samenvatten om een nieuwe categorie te maken.
Hierna kan je samenvatten en beschrijven wat belangrijk is en
wat opviel, omliggend de kerncategorie
,TOE hc 1
Data-verzameling Kwalitatieve interviews
Interview:
- Vraag begrijpen van vraag(comprehension)
ophalen info(retrieval) gedachten, meningen etc.
(judgment) antwoord(response)
- Als interviewer help je dit proces door motivatie en
vragen stellen
- Rapport/vertrouwensband maken maar wel binnen
interviewer-respondent relatie
Onderdelen interview
-
- Doorknob effect:
na afloop van
gesprek komt
respondent met
nieuwe informatie
Focusgroep
- Data gegenereerd
door interactie
- Homogeen vs. Heterogeen
- 5 fasen groepsvorming: forming(bijeenkomst),
storming(kritiek, intergroepsconflict), norming(vorming
van cohesie, optimisme), performing(groep gevormd
en nu gesprek uitvoeren), adjourning(einde van de
groep)
- deze stappen nodig om bij
performing te komen
- Vormen focusgroep:
1. Two-way: twee groepen tegelijk, 1 groep is stil en
luistert
2. Dual-moderator: 1 moderator ondersteunt de
ander
3. Dueling-moderator: 2 moderatoren in strijd om
eigen mening te moderaten
4. Respondent-moderator: je laat respondenten het
met elkaar uitvechten/samenwerken om tot
, antwoord te komen. Je kunt als onderzoeker dan
focussen op hoe antwoord gevormd wordt in de
groep.
5. Chat room focus group: tegelijkertijd in chat room
discussieren
6. Bulletin board focus group: over paar dagen lang
discussiebord laten gaan om tot antwoorden te
komen.
- Eliciterende responses: probes gebruiken om
respondent aan te moedigen verder te praten
1. Stiltes
2. Ongerichte: bv geluidjes zo van uhuh
3. Vragen naar uitleg
4. Vraag naar uitbreiding antwoord
5. Reflectie, antwoord samenvatten
- Prompts
1. Introductie nieuw onderwerp
- Eliciterende materialen
1. Vignetten
2. Bestaande data
3. Gemaakte data
Observaties
- Soorten observer:
1. Complete participant
2. Participant observer
3. Covert observer
4. Observer
- Reactiviteit(subjecten reageren anders wnr ze weten
dat ze observed worden), naturalisatie(na tijdje gaan
subjecten weer terug naar normaal gedrag) , going
native(verliezen rol van onderzoeker door te nauw
contact)
- Subjectivity statement: wat breng je als onderzoeker
mee naar onderzoek
1. Fixed positions: vaste dingen die je meebrengt
2. Subjective positions: makkelijk te veranderen
- Wat observeren:
1. Primary: dag, tijd
2. Secundary: opmerkingen gedane observaties
3. Experiental data: eigen gevoelens, emoties
4. Circumstancial/background data
Bestaande data
- Niet reactief
- Inhoud bestaande data: manifeste en latente inhoud
- Manifest: direct zichtbaar
- Latent: interpretatie nodig
Triangulatie
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller wiebevangenderen. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.71. You're not tied to anything after your purchase.