100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
diagnostisch verslag $10.13   Add to cart

Essay

diagnostisch verslag

2 reviews
 167 views  17 purchases
  • Course
  • Institution

diagnostisch verslag

Preview 2 out of 8  pages

  • April 12, 2022
  • 8
  • 2021/2022
  • Essay
  • Unknown
  • 8-9

2  reviews

review-writer-avatar

By: sachareer9 • 5 months ago

review-writer-avatar

By: saskia-koolen • 1 year ago

avatar-seller

Available practice questions

Flashcards 29 Flashcards
$3.76 5 sales

Some examples from this set of practice questions

1.

Welk symbool is sample proportie?

Answer: ^p

2.

Hoeveel successen en mislukkingen heb je minimaal nodig om een confidence interval te berekenen van een sample?

Answer: beide 10

3.

Welke methode gebruik je als de successen en/of mislukkingen minder dan 10 zijn? hoe werkt dit?

Answer: Je gebruikt dan de plus vier methode, x + 2 / n + 4

4.

Welke significantie test gebruiken we voor 1 proportie? Wat zijn de voorwaarden?

Answer: Z toets, successen en mislukkingen beide 1o of groter en als de populatie 20x zo groot is als het sample

5.

Wanneer je de sample grootte n niet weet, gebruik je de n formule. Welke p waarde kan je dan het best gebruiken en waarom?

Answer: p = 0.5 omdat de marge van error het grootst is bij deze waarde.

Flashcards 16 Flashcards
$3.76 4 sales

Some examples from this set of practice questions

1.

Is de explanatory variabele afhankelijk of onafhankelijk?

Answer: onafhankelijk

2.

Als er wordt gevraagd hoe groot een tabel is, doe je dan r x c of c x r

Answer: r x c, eerst de rijen dan de colomns

3.

Wat is de nulhypothese bij een two-way tabel?

Answer: er is geen associatie tussen de rijvariabele en de kolomvariabele

4.

Wanneer gebruik je de chi-square test?

Answer: Bij het vergelijken van twee categorische variabelen

5.

Test je voor de alternatieve hypothese eenzijdig of tweezijdig?

Answer: Tweezijdig

Flashcards 32 Flashcards
$3.76 5 sales

Some examples from this set of practice questions

1.

Vul in op de juiste plek: onafhankelijk, X, Y, afhankelijk Een response variabele is ...1... en wordt gezet op de ...2...-as. Een explanatoy variabele is ...3... en wordt gezet op de ...4...

Answer: 1 afhankelijk 2 Y 3 onafhankelijk 4 X

2.

Waarvoor dient een scatterplot?

Answer: Dit laat de relatie tussen twee kwanitatieve variabelen zien die gemeten zijn bij dezelfde individuen

3.

Hoe onderzoek je een scatterplot?

Answer: Kijk naar het algemene patroon en voor opvallende afwijkingen. Beschrijf het algemene patroon door: vorm (lineair of niet), richting (+ of - ) en kracht (sterk of zwak)

4.

Wat meet correlatie?

Answer: De richting en kracht van een lineaire relatie tussen twee kwantitatieve variabelen.

5.

JUIST OF ONJUIST? 1. correlatie maakt geen gebruik tussen onderscheid tussen explanatory en response variabelen. 2. correlatie vereist dat beide variabelen kwantitatief zijn. 3. het maakt uit welke meeteenheden je gebruikt 4. correlatie zit altijd tussen -1 en 1 5. correlatie beschrijft zowel een lineaire relatie als curved relatie 6. correlatie wordt niet beïnvloed door outliers

Answer: 1. juist 2. juist 3. onjuist 4. juist 5. onjuist, alleen lineair 6. onjuist, zeker wel

Flashcards 40 Flashcards
$3.76 5 sales

Some examples from this set of practice questions

1.

Wat bestudeert lineaire regressie?

Answer: de relatie tussen een respons variabele Y en een verklarende variabele X

2.

Juist of onjuist: we stellen dat de respons variabele y normaal verdeeld is

Answer: Juist, met een gemiddelde dat afhangt van x

3.

Waaruit bestaat FIT

Answer: Gemiddelden van de subpopulaties

4.

waarvoor staat RESIDUAL?

Answer: presenteert afwijkingen in de data van de lijn van populatiegemiddelden. Met de aanname dat deze afwijkingen normaal zijn verdeeld

5.

b0 is de : ..?.. en b1 is de:..?..

Answer: intercept en slope

Flashcards 39 Flashcards
$3.76 5 sales

Some examples from this set of practice questions

1.

Wanneer gebruik je de one way anova?

Answer: om data te analyseren als er één manier is om populaties te classificeren, met een factor.

2.

wanneer gebruik je de two way anova?

Answer: als je twee factoren gaat onderzoeken

3.

Wat is het DOEL van anova?

Answer: toetsen of de geobserveerde verschillen binnen sample gemiddelden significant zijn

4.

Wat doet de two sample t statistiek?

Answer: vergelijkt de gemiddelde van TWEE populaties. anova: meer populaties

5.

Wat is t2 ook wel?

Answer: F

Practicum 3.4P Testvaardigheden III
Diagnostisch verslag
Erasmus Universiteit Rotterdam
Pre-master Pedagogische Wetenschappen

, 2



Algemeen

A. Personalia
A.1: Persoonsgegevens
Naam: X (jongen)
Geboortedatum: -
Leeftijd: 9j; 8m
A.2: Situatiegegevens
Schooltype: basisschool
Schoolverloop: groep 1, 2, 3, 4, en 5
Gezinssamenstelling: vader (36) jaar, broer (16 jaar) en moeder (35) jaar.
Woonomstandigheden: thuis bij vader en broer
Culturele achtergrond: Nederlands
Ouderlijk gezag: vader en moeder
A.3: Bijzonderheden
Vader en moeder zijn in 2021 uit elkaar gegaan. X woont bij vader en gaat in het weekend
naar moeder.


Context
Voor het vak Testvaardigheden III van de pre-master Pedagogische Wetenschappen staat het
doen van een ontwikkelingspsychologisch onderzoek bij een kind van 6 tot en met 12 jaar
centraal. X is een jongen van 9 jaar en zit in groep 5. Zijn ouders zijn in 2021 uit elkaar
gegaan. Er zijn geen anamnestische gegevens van X. De testen zijn afgenomen bij zijn vader
thuis. De student oefent hierdoor met het afnemen van de testen van de Wechsler Intelligence
Scale for Children- vijfde editie (WISC-V), de NEPSY-II-NL en de Strengths and Difficulties
Questionnaire (SDQ). Ook leert de student de scores hiervan te rapporteren en terug te
koppelen. Daarnaast wordt er naar de opvoedingsomgeving gekeken door middel van de
Opvoedingsbelastingvragenlijst (OBVL).


De onderzoeksvragen
WISC-V: Wat is het intelligentieniveau van het kind?
NEPSY-II-NL: Wat zijn de sterke en zwakke punten van het kind?
SDQ: Zijn er bijzonderheden in het gedrag van het kind?

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller studentorthopeda. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $10.13. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

73918 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$10.13  17x  sold
  • (2)
  Add to cart