,Week 1
Casusvragen:
1a. Het primair tenlastegelegde feit: Het opzet dient gericht te zijn op: het van het leven beroven
van het slachtoffer ex art. 287 Sr
Is er sprake van voorwaardelijk opzet?
-Is er sprake van een aanmerkelijke kans dat de dood van het slachtoffer zal intreden door de
gedraging van de verdachte? Ja, naar algemene ervaringsregelen is het zo dat wanneer je, meerdere
malen, met ijzer beslagen laarzen tegen het hoofd van een ander schopt, er een aanmerkelijk kans is
dat de dood bij de ander intreedt.
-wist de verdachte van de aanmerkelijke kans?
Verdachte was zich hier niet van bewust ' ik had het misschien wel kunnen weten' dus hij wist het
niet.
Dus geen sprake van voorwaardelijk opzet.
Het secundair tenlastegelegde feit: Het opzet dient gericht te zijn op het toebrengen van zwaar
lichamelijk letsel. Dat het feit de dood ten gevolge heeft is een strafverzwarende omstandigheid en
daarop hoeft de verdachte geen opzet te hebben gehad
Is er sprake van voorwaardelijk opzet?
-Is er sprake van een aanmerkelijke kans dat er zwaar lichamelijk letsel ontstaat bij het slachtoffer
door de gedragingen van de verdachte? Ja, het is een algemene ervaringsregel dat wanneer je,
meerdere malen, met ijzer beslagen laarzen tegen het hoofd van een ander schopt, er een
aanmerkelijk kans is dat er zwaar lichamelijk letsel bij de ander ontstaat.
- wist de verdachte van de aanmerkelijke kans?
Normaliteitsyllogisme: Ja, ieder normaal mens weet dat wanneer je, meerdere malen, met ijzer
beslagen laarzen tegen het hoofd van een ander schopt, er een aanmerkelijk kans is dat er zwaar
lichamelijk letsel bij de ander ontstaat. Verdachte is een normaal mens dus weet dit ook.
-heeft de verdachte de aanmerkelijke kans aanvaard?
Er zijn geen verklaringen van de verdachte over het toebrengen van zwaar lichamelijk letsel of
getuigenverklaringen. Er dient dus te worden gekeken naar de aard van de gedraging en
omstandigheden van het geval. De verdachte schopt meerdere malen tegen het hoofd van het
slachtoffer met ijzer beslagen laarzen. Deze gedraging kan naar uiterlijke verschijningsvorm niet
anders worden aangemerkt dan zo zeer gericht te zijn op het toe brengen van zwaar lichamelijk
letsel, dat de verdachte de aanmerkelijke kans op het zwaar lichamelijk letsel heeft aanvaard (slaan
met pistool arrest) Er is in casu geen sprake van contra indicaties.
De rechter kan tot een bewezenverklaring komen.
1b.De rechter gelooft de verklaring van de verdachte niet, dit betekent dat de rechter niet gelooft dat
de verdachte niet de bedoeling had om het slachtoffer te doden.
Het opzet dient gericht te zijn op: het van het leven beroven van het slachtoffer ex art. 287 Sr
Is er sprake van voorwaardelijk opzet?
-Is er sprake van een aanmerkelijke kans dat de dood van het slachtoffer zal intreden door de
gedraging van verdachte? Ja, het is een feit van algemene bekendheid dat wanneer je, meerdere
malen, met ijzer beslagen laarzen tegen het hoofd van een ander schopt, er een aanmerkelijk kans is
dat de dood bij de ander intreedt.
-wist de verdachte van de aanmerkelijke kans?
Normaliteitssyllogisme: Ieder normaal mens weet dat wanneer je met ijzer beslagen laarzen tegen
het hoofd van een ander schopt er een aanmerkelijke kans bestaan op het intreden van de dood bij
een ander. Verdachte is een normaal persoon dus hij wist het
- heeft de verdachte de aanmerkelijke kans aanvaard?
De rechter gelooft de verklaring van de verdachte niet . De gedraging van de verdachte kan niet
,anders worden aangemerkt dan zo zeer gericht te zijn op het van het leven beroven van het
slachtoffer, dat de verdachte de aanmerkelijke kans op het zwaar lichamelijk letsel heeft aanvaard
(slaan met pistool arrest) Er is in casu geen sprake van contra indicaties.
De rechter kan tot een bewezenverklaring komen
1c. Nee het gaat om het moment zelf.
1d. Is er sprake van een uitdrukkelijk voorgedragen verweer ex art. 358 lid 3 Sv (Uitdrukkelijk
voorgedragen verweer arrest)?
- door de verdachte aangedragen? Ja
-formele vragen of 2/3e materiele vraag? nee verklaring van gedrag -> voldoet niet aan strekking en
inhoud vereiste.
De rechter hoeft niet in te gaan op de opmerkingen van de advocaat.
2a. Primair: Het opzet dient gericht te zijn op het binnen het grondgebied van Nederland brengen
van het middel.
Is er sprake van voorwaardelijk opzet?
Is er sprake van een aanmerkelijke kans? Ja, het is een feit van algemene bekendheid dat mensen
drugs in koffers stoppen en ze zo proberen door de douane te smokkelijken en dat je dus geen
koffers mee moet nemen van anderen als je niet weet wat er in zit.
Wist de verdachte van de aanmerkelijke kans? Normaliteitssyllogisme: Ja, het is een feit van
algemene bekendheid dus een normaal persoon weet dit. De verdachte is een normaal persoon dus
zij weet dit ook.
Heeft de verdachte de aanmerkelijke kans aanvaard?
Nee de verdachte heeft de aanmerkelijke kans aanvaard blijkt uit haar verklaring. Ze heeft de koffer
niet opengemaakt en laat staan de inhoud onderzocht, hierdoor heeft ze de aanmerkelijke kans
aanvaard.
Secundair:
De rechter kan tot een bewezenverklaring komen want uit de casus blijkt dat het feit te bewijzen
valt. Het bewezenverklaarde levert een strafbaar feit op ex art. 2 lid 1, onder A jo. 10 lid 1 Opiumwet.
Er is geen straftuitsluitingsgrond art. 350 Sv.( ze doelt op verontschuldigbare feitelijke dwaling maar
daar is in casu geen sprake van want het is niet verontschuldigbaar.
3a. Geervliet arrest. Voor het primair tenlastegelegde feit is culpa vereist.
Culpa is een aanmerkelijke onvoorzichtigheid die verwijtbaar is.
In het Geervliet arrest speelde een soortgelijke situatie waarbij een automobilist voorrang diende
verlenen, daarbij goed keek alleen een motorrijdster over het hoofd zag. De Hoge Raad oordeelde
dat de enkele omstandigheid dat de verdachte, toen hij zich vergewiste van mogelijk naderend
verkeer, de motorrijdster aan wie hij voorrang diende te verlenen niet heeft gezien hoewel deze voor
hem wel zichtbaar moet zijn geweest, niet kan volgen dat de verdachte, zoals is bewezenverklaard '
aanmerkelijk onoplettend en met aanmerkelijke verwaarlozing van de te dezen geboden
zorgvuldigheid heeft gereden.
Het is niet aanmerkelijk onvoorzichtig. Het feit dat de verdachte het slachtoffer niet heeft gezien
brengt dus niet meteen culpa met zich mee.
3b. Is het een uitdrukkelijk voorgedragen verweer ex art. 358 lid 3 Sv (uitdrukkelijk voorgedragen
verweer arrest)
- door de verdachte
, - Het voldoet en het inhoud en strekking vereiste, het is namelijk duidelijk dat de raadsvrouw pleit
voor avas.
- een m3 verweer
4a. De advocaat doelt op het onderdeel verwijtbaarheid.
4b. Nee hoeft niet gemotiveerd te worden het gaat over het anders kunnen handelen dat is eigenlijk
altijd zo als dat niet zo is dan wordt hier verder op in gegaan.
5. -Is er sprake van een aanmerkelijke kans?
Ja het is een feit van algemene bekendheid dat het inrijden met een auto op mensen de dood ten
gevolge kan hebben.
-Wist de dader van deze aanmerkelijke kans?
De verdachte had er rekening 'mee moeten houden' dat aangeefster en slachtoffer 2 nog in de buurt
van de auto waren, de verdachte had hier dus geen rekening mee gehouden.
6. De rechtbank oordeelt dat er sprake is van roekeloosheid omdat de verdachte zeven keer de
toegestane hoeveelheid alcohol had gedronken en aanzienlijk te hard reed. Dit zijn echter al
strafverzwarende omstandigheden in de zin van art. 175 lid 3 WVW. De wijze waarop de rechtbank
de roekeloosheid heeft gemotiveerd is niet in overeenstemming met de eisen die de Hoge Raad aan
die motiveringstelt.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller marloesmarloes. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.23. You're not tied to anything after your purchase.