EBP voor toets
EBP is het zorgvuldig, expliciet en oordeelkundig gebruik maken van het huidige beste
bewijsmateriaal om beslissingen te nemen voor individuele patiënten.
Drie pijlers EBP (informatiebronnen);
- Professionele kennis verpleegkundige (en collega’s)
- Cliënt (waarden, normen, voorkeur)
- Beste bewijsmateriaal: wetenschappelijk onderzoek hoe effectief is een specifieke
behandeling
- (De beschikbare materialen en middelen in deze gezondheidszorginstelling voor deze
patiënt)
Vijf stappen van EBP
1. Het klinisch bewijs vertalen naar een beantwoordbare vraag.
2. Het efficiënt zoeken naar het beste bewijsmateriaal in medische en verpleegkundige
databanken.
3. Het wegen van de gevonden evidence op methodologische kwaliteit en toepasbaarheid in de
eigen praktijksituatie.
4. Het nemen van een beslissing op grond van de beschikbare evidence.
5. Het regelmatig evalueren van de kwaliteit van dit proces.
Het besef dat de overtuigingsmethode bij veel patiënten niet werkt, maar dat ze (nog) geen andere
methode kent die beter is, wordt ‘klinische onzekerheid’ genoemd.
Klinische onzekerheid is het startpunt van de methode van EBP. Door klinische onzekerheid in een
goede vraag te formuleren, kan er systematisch en efficiënt in wetenschappelijke biomedische en
psychologische databases naar het beste bewijsmateriaal gezocht worden. Als er wetenschappelijke
artikelen gevonden worden die antwoord op de klinische onzekerheid lijken te geven, dan is een
kritische beoordeling van deze artikelen belangrijk. Om wetenschappelijke kennis op een goede
manier in klinische redeneringen te gebruiken, moet de verpleegkundige zich drie vragen stellen over
deze kennis:
- Is de nieuwe informatie die uit de gebruikte wetenschappelijke artikelen naar voren komt
waarschijnlijk waar?
o Bij deze vraag draait het erom of het wetenschappelijk onderzoek kwalitatief goed is.
Als er een kleine kans is op vertekening, is de informatie uit het artikel waarschijnlijk
waar en kunnen we dus op de onderzoeksresultaten vertrouwen.
- Wat zegt deze informatie over de patiëntenzorg?
o Deze vraag gaat over de interpretatie van de onderzoeksresultaten.
- Kan deze informatie worden gebruikt voor de eigen patiënt?
o Deze vraag gaat enerzijds over de generaliseerbaarheid van de interventie van de
onderzochte groep (de onderzoekspopulatie) naar de eigen patiënt, anderzijds over
de verwachtingen en voorkeuren van de patiënt.
o Om de generaliseerbaarheid te bepalen moet eerst worden nagegaan of de cultuur
en omstandigheden waarin het onderzoek is uitgevoerd een belangrijke invloed
hadden op de onderzoeksresultaten.
o De tweede stap is het toepassen van de in- en exclusiecriteria op de eigen patiënt.
o De derde stap is om de eigen patiënt te vergelijken met de tabel waarin de
patiëntenkenmerken zijn weergegeven.
o Stel dat de informatie bruikbaar is, dan is het van belang om na te gaan of de
benodigde middelen, expertise, tijd en geld in de eigen setting aanwezig zijn.
o Mocht ook dat geen probleem zijn, dan is het zaak na te gaan in hoeverre de
toepassing van de informatie acceptabel is voor de patiënt.
,Als deze afweging over de kennis positief uitvalt, kan de verpleegkundige de wetenschappelijke
kennis in haar redenering gebruiken bij het nemen van het klinische besluit.
Consensustheorie = Is een uitspraak waar als we het allemaal met elkaar eens zijn?
Correspondentietheorie = Is een uitspraak waar als het overeenkomt met de werkelijkheid?
Coherentietheorie = Is een uitspraak waar als het eerder al bewezen is als ware kennis?
Big data is een verzameling gegevens uit traditionele en digitale bronnen binnen en buiten uw bedrijf
die een bron vormt voor voortdurende ontdekking en analyse. Big data is een term die de grote
hoeveelheid gegevens beschrijft - zowel gestructureerd als ongestructureerd - die een bedrijf
dagelijks te verwerken krijgt.
Informed consent (wettelijk)= geïnformeerd tot een keuze komen
Booleaanse operatoren: Bij het zoeken combineer je de synoniemen door het vraagelement OR. De
verschillende vraagelementen combineer je met AND.
Een belangrijk kenmerk van een goed geformuleerde klinische vraag is dat de vraag niet te
beantwoorden is met ‘ja’ of ‘nee’. Daarnaast geldt voor de meeste klinische vragen dat ze de
volgende drie elementen bevatten: populatie, determinanten en outcome.
- Met populatie wordt de groep bedoeld die dezelfde belangrijke kenmerken hebben als de
patiënt.
- Determinanten zijn factoren die het ontstaan van een ziekte veroorzaken of bevorderen, of
het verloop van de ziekte beïnvloeden.
- Outcome ten slotte is het resultaat waarin de verpleegkundige geïnteresseerd is.
Een klinische vraag wordt geformuleerd in een volledige zin, die eindigt met een vraagteken.
Kwantitatief vs. Kwalitatief onderzoek:
- Kwantitatief onderzoek (positivistisch paradigma): hoe beter te meten, hoe dichter men bij
de objectieve waarheid komt. Veelal in cijfers uitgedrukt. Bijv. aantal ontstekingen bij stoma
plaatsing.
- Kwalitatief onderzoek (interpretatief paradigma): het begrijpen van de mens in zijn eigen
context: zijn ervaringen, gevoelens, gedachten. Bijv. beleving van stoma plaatsing.
Fundamenteel vs. Praktijkgericht:
- Fundamenteel: Ontwikkelen/verfijnen van theorie/kennis over basale mechanismen. Bijv.
hoe verloopt wondgenezing op celniveau.
- Praktijkgericht: Ontwikkelen/verfijnen van oplossingen voor praktische problemen. Bijv.
versnelt zinkzalf smeren wondgenezing. (belangrijk voor EBP)
Typen (praktijkgericht) kwantitatief onderzoek: designs
- Wetenschappelijk; verschillende designs ingedeeld naar:
o Tijdaspect
o Manipulatie
o Samenvattend
- Niet wetenschappelijk:
o Mening van experts
o Rapportages van enkele casussen
1. Tijdaspect
- Cross-sectioneel (transversaal/ dwarsdoorsnedeonderzoek)
o Alle metingen op één moment.
o Kan enkel samenhang aantonen, niet causaal verband
o Je gaat de mensen niet langer volgen.
- Longitudinaal:
o Prospectief cohort
o Metingen op verschillende momenten
o Mogelijk om een causaal verband aan te tonen.
- Retrospectief zijn ook wel case-control studies.
, o Ze kijken bijv. naar een gezonde populatie en een ongezonde populatie. Dan gaan ze
kijken en blijkt dat de gezonde populatie 1 glas wijn per dag drinkt en de ongezonde
populatie niet. Dus 1 glas wijn per dag drinken is gezond. Hier wordt helemaal geen
rekening gehouden met andere factoren. Dus geen betrouwbare studie.
Observationele designs (niet-experimenteel):
- Geen ingrijpen/manipulatie door onderzoeker. Slechts observeren van fenomenen.
Mogelijke vertekening door bijv. selectie-bias.
- Cohort onderzoek
o Men volgt een groep mensen in de tijd
- Case control/ patiënt controle
o Bij individuen met ‘de uitkomst’ (cases) en zonder ‘de uitkomst’ terugkijken in de tijd
of ze zijn blootgesteld aan bepaalde variabelen.
Experimentele designs:
- Onderzoeker rijpt in/ manipuleert het onderzochte. Maakt het mogelijk om bronnen van
vertekening uit te sluiten: Alternatieve verklaringen uit te sluiten.
- Geen controle groep
o Kan het effect van een interventie niet onderscheiden van andere effecten die
plaatsvinden (natuurlijk beloop kan je niet uitsluiten, was het echt de interventie of
was het natuurlijk beloop?)
- Klinische controle (CCT)(quasi-experimenteel)
o Groepen worden samengesteld op basis van een ander criterium dan randomisatie.
- Gerandomiseerde controle (RCT) (experimenteel)
o Deelnemers worden vooraf willekeurig aan een interventie of controlegroep
toegewezen. (BELANGRIJK VOOR EBP)
RCT:
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lotteluttik. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.91. You're not tied to anything after your purchase.