100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting AZT2 $7.27   Add to cart

Summary

Samenvatting AZT2

 4 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

In deze samenvatting staat de stof van AZT2

Preview 4 out of 31  pages

  • April 20, 2022
  • 31
  • 2020/2021
  • Summary
avatar-seller
Samenvatting toetsstof AZT
Anatomie en fysiologie
Neus
Lucht komt het ademhalingsstelsel binnen via de neusgaten – nares. Die in de Neusholte uitmonden.
De neusharen beschermen de neusholte tegen grote deeltjes die met de lucht meekomen zoals zand,
stof en insecten.
De Maxilla(kraakbeen), os nasale(neusbeen), os frontale(voorhoofdsbeen), os ethmoidale(zeefbeen)
en os sphenoidale(wiggenbeen) vormen de laterale en bovenste wanden van de neusholte.
Het voorste gedeelte van het tussenschot bestaat uit hyalien kraakbeen. Het benige, achterste
gedeelte bestaat uit vomer(ploegschaarbeen) en het os ethmoidale. Een benig hard gehemelte, dat
uit het gehemeltebeen en het kaakbeen bestaat, dit vormt de bodem van de neusholte en scheidt de
mondholte van de neusholte. De neusholte mondt bij de inwendige neusopeningen in de nasofarynx
uit.
De bovenste, middelste, onderste neusschelp lopen vanuit de zijwanden van de neusholte in de
richting van het neustussenschot door. Vanuit het vestibulum nasi stroomt de lucht naar de
inwendige neusopeningen, door de smalle groeven tussen de neusschelpen. Zo wervelt de lucht in
een stroomversnelling, dit zorgt er voor dat de lucht extra tijd heeft om op te warmen en te
bevochtigen, maar het is ook een filtratie van stof en andere deeltjes.




De neusholte en een groot deel van de overige luchtwegen zijn met een beschermend slijmvlies
bekleed. Het bestaat uit repiratoir epitheel en cilinderepitheel met trilharen, en een onderliggende
bindweefsel laag met slijmklieren. Deze klieren vormen slijm dat de oppervlakken van de neusholte
en het bovenste deel van de luchtwegen omspoelt. De trilharen verplaatsen dit slijm en de
aanwezige stofdeeltjes richting de farynx zodat ze worden ingeslikt.
De neusholten worden ook met slijm gespoeld dat gemaakt wordt in de neusbijholten en door
traanvocht dat wordt afgevoerd. Wanner de ingeademde lucht giftige stoffen, allergenen,
ziekteverwekkers en stof bevatten wordt er meer slijm geproduceerd waardoor een loopneus
ontstaat.

,Farynx
De farynx maakt deel uit van het spijsverteringskanaal als van het ademhalingsstelsel.
De nasofarynx is via de inwendige neusopeningen verbonden en loopt door tot de achterste wand
van de nasofarynx die met trilhaarepitheel is bekleed. Op de achterste wand bevinden zich
keelamandelen en de doorgang naar de buis van Eustachius.

De orofarynx loopt vanaf het zachte gehemelte naar de basis van de tong op het niveau van de os
hyoideum, in de laterale wanden liggen de gehemelteamandelen.

Laryngofarynx
De laryngofarynx loopt tussen het niveau van het os hyoideum en de toegang tot de oesofagus.
Stoffen die het spijsverteringskanaal binnen gaan passeren door de orofarynx en de laryngofarynx.
Deze onderdelen zijn bekleed met plaveiselepitheel dat bestand is tegen mechanische slijtage,
agressieve stoffen en ziekteverwekkers.

Larynx
De larynx bestaat uit negen kraakbeendelen die door banden, skeletspieren of beide op hun plaats
worden gehouden. De drie grootste kraakbeen stukken zijn:
- Het strottenklepje
- Het schildkraakbeen
- Het ringvormige kraakbeen

Het schoenlepelvormige strottenklepje (epiglottis) steekt boven de stemspleet uit. Tijdens het slikken
komt de larynx omhoog en vouwt het elastische strottenklepje zich naar achteren over de
stemspleet, zodat er geen vloeistof of voedsel in de luchtwegenkomt.
Het schildkraakbeen(cartilago thyroidea vormt een groot deel van de voorste en laterale oppervlak
van de larynx. Het opvallende rand op het voorste oppervlak van dit kraakbeen vormt de
adamsappel. Het schildkraakbeen ligt hoger dan het cartilago cricoïdea dat de larynx van de
achterkant ondersteunt. Het schildkraakbeen en het ringkraakbeen beschermen de stemspleet en
hun brede oppervlakken.
De larynx bevat ook drie kleinere kraakbeenstukken cartilago arytenoidea, cartilago corniculata en
cartilago cuneiformis die door het ringvormige kraakbeen worden ondersteund.
Twee paren banden lopen over de larynx tussen het schildkraakbeen. De banden van het bovenste
paar valse stembanden zijn betrekkelijk stug. Ze helpen voorkomen dat vreemde stoffen de glottis
binnenkomen en beschermen een tweetal kwetsbare banden. Deze banden, de ware stembanden
liggen hieronder en bevatten elastische ligamenten die van het schildkraakbeen naar het cartilago
arytenoidea lopen. De ware stembanden zijn betrokken bij het voortbrengen van geluid.

Voedsel of vloeistoffen die met de stembanden in aanraking komen brengen de hoestreflex op gang.
Tijdens het hoesten blijft de glottis gesloten terwijl de spieren van de borst en de buik zich
samentrekken waardoor de longen worden samengedrukt. Als de glottis opent dan komt er een
sterke luchtstroom naar buiten.

Trachea
De trachea is een taaie buigzame buis met een diameter van 2.5 centimeter en lengte van 11
centimeter. De trachea begint op het niveau van de 6 e halswervel waar hij aan het ringvormig
kraakbeen van de larynx is gehecht.

,De wanden van de trachea worden door vijftien tot twintig kraakbeenstukken verstevigd. De U
vormige kraakbeenstukken beschermen de luchtwegen doordat ze de wanden van de trachea
verstevigen voorkomen ze dat de trachea dichtklapt of uitrekt. De openingen van de U stukken liggen
aan de achterkant tegen de oesofagus aan. Hierdoor kan de achterwand van de trachea gemakkelijk
worden gevormd wanneer er grote voedselbrokken door de oesofagus passeren.
De diameter van de oesofagus wordt gewijzigd door de samentrekking van spieren door het
autonome zenuwstelsel. Door de sympathische prikkelingen wordt de trachea groter.

Bronchiën
In het mediastinum vertakt de trachea zich in de linker en rechter primaire bronchus. De wanden van
de primaire bronchiën lijken op die van de trachea. De binnen bekleding bestaat uit trilhaarepitheel
en is door de U-vormige kraakbeenstukken omgeven. De rechter primaire bronchus heeft een
grotere diameter en hoeft een minder scherpe hoek te maken hier door komen de meeste vreemde
voorwerpen in de rechte primaire bronchus.
In beide longen vertakt de primaire bronchus zich tot steeds kleiner wordende luchtwegen. Als ze de
longen binnen gaan vertakken ze zich tot secundaire bronchi die doorlopen in de longkwabben. In
elke long vertakken de secundaire bronchi zich tot negen of tien tertiaire bronchi. Elke tertiaire
bronchus voorziet een specifiek gebied van lucht.
De kraakbeen stukken bij de secundaire bronchus zijn vrij groot, verder langs de takken worden ze
steeds kleiner. Als de diameter 1mm is dan verdwijnen de kraakbeenringen  dit heet een
bronchiolus.
De wanden van de bronchiolen bestaan uit gladspierweefsel, activiteit word door het glad
spierweefsel geregeld. Sympathische activering leidt tot ontspanning van de gladde spieren in de
wanden van de bronchiolen dit heet bronchodilatatie  verwijding van de luchtwegen. Door
extreme bronchoconstrictie kunnen doorgangen vrijwel geheel worden geblokkeerd waardoor
ademen moeilijk/onmogelijk is.

Alveoli
De bronchus respiratorii eindigen in de ductuli alveolares. De buisjes eindigen in longtrechters die uit
vele alveoli – longblaasjes bestaan. Elke long bevat 150 miljoen alveoli. Het epitheel van de alveoli
bestaat voornamelijk uit enkelvoudig plaveiselepitheel. De alveolaire macrofagen patrouilleren aan
het epitheel en fagocyteren stof en afvalmateriaal.
Tussen de epitheelcellen liggen de grotere pneumocyten die een klierproduct op het oppervlak van
de alveoli afgeven – surfactant. Dit vormt een oppervlakkige deklaag boven op de dunne waterlaag
op het alveolaire oppervlak. De surfactant verlaagt de oppervlakte spanning door de aantrekking
tussen watermoleculen op de grenslaag tussen water en lucht. Als dit er niet is dan moet elke
inademing genoeg kracht hebben om de alveoli op te blazen, dit heet het ademnoodsyndroom –
respiratory distress syndrome, er is veel inspanning nodig die ineengedrukte longen voortdurend met
lucht vullen.

Compliantie
De compliantie is een maat voor de elasticiteit en het vermogen tot uitzetting. Hoe kleiner de
compliantie hoe meer kracht nodig is om de longen te vullen en leeg te maken, en andersom. Door
problemen met compliantie kunnen verschillende aandoeningen voorkomen. Door het verlies van
steunweefsel als gevolg van beschadiging van de alveoli wordt de compliantie verhoogd. De
compliantie neemt af wanneer onvoldoende surfactant wordt gevormd om te voorkomen dat de
alveoli bij de uitademing worden samengedrukt. Door artritis of andere aandoeningen van het skelet

, waarbij de gewrichten van de ribben of de wervelkolom zijn betrokken, neemt de compliantie
eveneens af.

Als we in rust zijn is de spieractiviteit die nodig is voor longventilatie verantwoordelijk voor drie tot
vijf procent van onze energiebehoefte. Als de compliantie is verlaagd kost de longventilatie
aanzienlijk meer energie. Daardoor kunnen patiënten uitgeput raken, uitsluiten door de inspanning
die nodig is voor de ademhaling.

Ademhalingsbewegingen
Wanneer de borstkas van het diafragma in rust zijn is de druk binnen en buiten gelijk en treed er
geen luchtverplaatsing op.
Tijdens de inademing wordt het volume van de borstholte groter, doordat de borstkas omhoog
wordt verplaatst en het diafragma zich omlaag beweegt. De druk in de longen neemt af en lucht
stroomt de longen in.
Tijdens de uitademing keert de borstkas naar zijn oorspronkelijke positie terug en het diafragma
ontspant zich, waardoor het volume van de borstholte kleiner wordt de druk in de longen stijgt en de
lucht stroomt de longen uit. Tijdens inademing en uitademing kunnen de bewegingen van de
borstkas door samentrekking van hulpademhalingsspieren worden ondersteund: daardoor nemen de
diepte en de snelheid van de ademhaling toe.




Bij rustige ademhaling zijn de spiercontracties nodig bij de inademing, maar de uitademing is passief.
Voor inademing is de samentrekking van primaire ademhalingsspieren – het diafragma en de
uitwendige tussenribspieren – nodig. Onder normale omstandigheden en bij normale, rustige
ademhaling is de samentrekking van het diafragma verantwoordelijk voor circa 75 procent van de
longventilatie; de uitwendige tussenribspieren zijn verantwoordelijk voor de overige 25 procent.
Deze percentages kunnen echter veranderen. Zwangere vrouwen zijn bijvoorbeeld steeds meer
afhankelijk van bewegingen van de borstkas.

Bij geforceerde ademhaling verloopt zowel de inademing als de uitademing actief. Bij geforceerde
ademhaling trekken de hulpademhalingsspieren zich tijdens de inademing samen en tijdens de
uitademing contraheren de inwendige tussenribspieren en de buikspieren.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller anne-marijnzijderveld. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $7.27. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

80630 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$7.27
  • (0)
  Add to cart