WEEK 2: HOE BEOORDEEL JE OF EEN MENS RECHTVAARDIG IS?.........................4
Hoofdstuk 2 en Prof. dr. Klaus-Dieter Borchardt.............................................................4
Gustav Radbruch............................................................................................................ 6
week 3: wie heeft het recht te straffen?..........................................................7
Leviathan, hoofdstuk 8 en Cesare Beccaria....................................................................7
Thomas Hobbes............................................................................................................ 10
Week 4: Ben je in eerste plaats een mens of een burger?...............................12
Hoofdstuk 12................................................................................................................ 12
Week 5: Wil je als klant benadeeld worden door de overheid?........................15
J. Hage.......................................................................................................................... 15
Jeremy Bentham........................................................................................................... 16
Week 6: Heb je het recht om ongehoorzaam te zijn?......................................17
Hoofdstuk 17 en ‘A letter from Birmingham.................................................................17
Martin Luther King Jr..................................................................................................... 17
Filosofie en ethiek duidt op de manieren waarop wij in een bepaalde omgeving met
elkaar en met onszelf omgaan in de samenleving (goed en kwaad, rechtvaardig en
onrechtvaardig). Als onderdeel van de praktische filosofie of de ethiek spitst de
rechtsfilosofie zich toe op vragen met betrekking tot de juridische inrichting van de
samenleving. De rechtsfilosofie vraagt naar een moreel goede juridische inrichting van de
samenleving. er wordt van buitenaf gekeken naar het recht vanuit het perspectief van
goed en kwaad en rechtvaardig en onrechtvaardig.
Men ziet het recht als ‘het geheel van gestelde, regelende en afdwingbare regels dat
binnen een territorium geldt’. We spreken van positief recht, dus het gestelde recht. Het
is het recht dat op een bepaald tijdstip en op een bepaalde plaats geldt. Maar het stellen
van het recht is geen willekeurige handeling is, maar een handeling die geschiedt door
iemand of een instantie die daartoe bevoegd is, dit brengt bevoegdheid mee. Het recht
reflecteert altijd de morele opvattingen binnen de maatschappij en het recht. Het
regelend recht regelt het vrijwillige verkeer tussen burgers. Dwingend recht is het
onvrijwillige verkeer tussen burgers. Territorium zijn de rechtsregels die deel uitmaken
van een soevereine staat.
Recht moet onafhankelijk van de feitelijk heersende ethiek worden bepaald als het geheel
van regels zoals dat door bevoegde instanties en personen is ingesteld. De geldigheid
van recht staat los van de eisen van de ethiek of de normen van fatsoen. Volgens het
positivisme moet een scherp onderscheid worden gemaakt tussen het recht zoals het is
en het recht zoals dat volgens deze morele opvattingen behoort te zijn. Of iets dus recht
is, wordt niet bepaald op grond van zijn (morele) inhoud, maar op grond van de
handhaving en effectiviteit. Het recht denkt vooral in termen van gestelde recht en de
politieke macht waaraan het zijn autoriteit ontleent. Volgens het natuurrecht kan het
recht nooit alleen bestaan uit gestelde, algemene regels. De noodzaak om die te
interpreteren brengt een rol voor morele principes met zich mee. Er is dus geen duidelijk
onderscheid tussen recht en ethiek. Elk geheel van normen, bevelen en wetten bevat een
open structuur, waarbinnen speelruimte ontstaat voor de rechter. Het gezag van het
gestelde recht is uiteindelijk ook een morele zaak.
Mensenrechten zijn fundamentele grondrechten van de mens. Ze beschermen de
waardigheid van ieder mens. Er zijn mensenrechten omdat je mens bent, welk geslacht,
ethische afkomst, godsdienst of politieke voorkeur men heeft. Ze gelden altijd en overal
voor iedereen. Mensenrechten zijn rechten die ieder mens toekomen en die geacht
worden de grondslag te zijn voor alle rechten die door de wet en gewoonte worden
ingesteld.
Na de 2e wereldoorlog in 1945 werd de Verenigde Naties opgericht. Het doel van de VN
is de internationale vrede en veiligheid. In 1946 is de Commissie voor de Rechten van
de Mens ontstaan, met de belangrijkste taak dat er een Universele Verklaring van de
rechten van de mens wordt geschreven. Dit gebeurde als reactie op de gebeurtenissen
tijdens de 2e wereldoorlog. In de Universele Verklaring stelt men dat het niet naleven van
de rechten van de mens hebben geleid tot barbaarse handelingen, die het geweten van
de mensheid geweld hebben aangedaan.
2
, De mensenrechten van de 18e eeuw van de Amerikaanse onafhankelijkheid en de
Franse revolutie werden vervangen vanwege de mentaliteit waarin de mensenrechten
zijn ontstaan. Ook de mensvisie waarin de mens primair gezien wordt als een geïsoleerd
individu werd gecorrigeerd. Het is het eerste document waar alle mensenrechten zijn
vastgesteld. In 1948 is het opgesteld, maar omdat het een verklaring is, is het niet
juridisch bindend. In de Universele Verklaring wordt niet verwijst naar god. Het was de
bedoeling om een tekst te zijn waar iedereen zich in zou kunnen herkennen.
Mensenrechten zijn niet meer de afweerrechten tegen de staat, maar stellen ook eisen
aan de inrichting van het sociaaleconomische leven en aan de bescherming van cultuur
en identiteit. De Universele Verklaring zegt dat eenieder recht heeft op nationaliteit en
deel uitmaakt van een internationale gemeenschap. Er zijn in 1966 twee verdragen
opgericht om wel een beroep op te kunnen doen op de UVRM. Op verdragen kan men wel
een juridisch beroep doen.
De UVRM wordt bindend door middel van 2 verdragen: Internationaal Verdrag inzake
Burgerrechten en Politieke rechten en Internationaal Verdrag inzake
Economische, Sociale en Culturele rechten. In 1949 is de Raad van Europa
opgericht dit is geen onderdeel van de EU, het is een onafhankelijke raad met alle
landen die territorium hebben in Europa. Alle Europese landen zijn lid van de raad. Het
doel van de raad is het bevorderen van mensenrechten en democratie. In 1950 is het
Europees Verdrag tot Bescherming van de Rechten van de Mens en de
Fundamentele Vrijheden (EVRM) wordt tegenwoordig nog veel gebruikt. In 1958 is
de Europese Unie tot stand gekomen met als doel te zorgen voor blijvende vrede. Er
zitten voordelen aan de EU als in: open grenzen, vrij handelsverkeer, veiligheid etc. In
2000 is het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie vastgesteld,
maar deze is niet bindend. In 2009 verkrijgt het Handvest juridische status door het
tekenen van het Verdrag van Lissabon.
- Het verschil tussen het EVRM en het EU-Handvest zijn dat er in het Handvest
nieuwe sociale grondrechten staan zoals: veilige arbeidsomstandigheden, het
recht op een gezond milieu, consumentenbescherming, verlof etc. Dus er zijn
meer sociale grondrechten. In het EVRM zijn er meer klassieke grondrechten
opgenomen.
Klassieke grondrechten geven de burgers bescherming tegen de overheid. Sociale
grondrechten gaan juist over bescherming door de overheid.
In derdewereldlanden kan er in principe een beroep worden gedaan om de UVRM, maar
omdat het instabiel is doen de nationale rechters er niks mee, mede vanwege corruptie.
Mensenrechten worden daarom heel slecht nageleefd in dat soort landen, omdat het niet
mogelijk is door bijvoorbeeld oorlog. Als er iets in strijd is met het EVRM is er een
instantie om een beroep te doen op deze verdragen: Het Europees Hof voor de
Rechten van de Mens. Voor het EU-Handvest is er Het Europese Hof van Justitie.
In veel culturen, godsdiensten en tijdvakken wordt de principiële gelijkheid en vrijheid
van de mens, centraal bij het idee van de mensenrechten, bevestigd. Maar in een andere
zin is de beweging over de mensenrechten als een eeuwenoud begrip onjuist, want die
gelijkheid en vrijheid betekenden meestal niet rechtsgelijkheid. Het nieuwe van de
moderne mensenrechten is juist de poging om die gelijkheid en vrijheid aan de basis te
stellen van de rechtsorde. Achter het idee van de mensenrechten ligt een hele
geschiedenis. Vandaag de dag maken mensenrechten deel uit van het positieve recht.
JURISPRUDENTIE
3
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller sharomyboedjarath. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $10.34. You're not tied to anything after your purchase.