100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Thema 12 Onderzoeken en behandelen $4.81
Add to cart

Summary

Samenvatting Thema 12 Onderzoeken en behandelen

7 reviews
 614 views  34 purchases
  • Course
  • Institution

In deze samenvatting zijn alle doelstellingen uitgewerkt die getoetst worden in de kennistoets thema 12 bij Thim van der Laan.

Preview 8 out of 59  pages

  • September 19, 2015
  • 59
  • 2014/2015
  • Summary

7  reviews

review-writer-avatar

By: rolandvanderozenberg • 4 year ago

review-writer-avatar

By: Celalk11 • 6 year ago

review-writer-avatar

By: Msaiboo • 7 year ago

Translated by Google

if you know the summary gives you sufficient

review-writer-avatar

By: Fysiotherapie • 7 year ago

review-writer-avatar

By: matthiashammer • 8 year ago

review-writer-avatar

By: Bart1984 • 8 year ago

review-writer-avatar

By: roybentvelzen • 8 year ago

avatar-seller
Thema 12: Onderzoeken en
behandelen
Week 1


OAC 1 Fysiologie Longfunctie

De student kan een beschrijving geven van de anatomie van het
respiratoire systeem.
Algemene functies:
- ventilatie (verversing lucht)
- diffusie (gasuitwisseling)
- perfusie (doorstroming lucht)
- transport (O2 en CO2 in het bloed)

Keelholte = pharynx
Strottenhoofd = larynx
Strotklepje = epiglottis

Opgesplitst in bovenste en onderste
luchtwegen. De bovenste luchtwegen bestaan
uit:
Neus, keel, bijholten, middenoor, stembanden
en luchtpijp.
De onderste luchtwegen bestaan uit:
Trachea (luchtpijp), grote en kleinere luchtwegen (bronchiën), het longweefsel en
de longblaasjes,

Ademen door de neus is beter door betere doorbloeding in de neus. Zorgt voor
betere bevochtiging en filtering




53

,Trachea, bronchien en bronchioles hebben
kraakbeenringen om dichtklappen bij
onderdruk tegen te gaan.

Rechter long: 3 kwabben
Linker long: 2 kwabben

Diafragma is een spier die aan de longen
trekt. Bij inademing gaat het diafragma
naar beneden, trekt hiermee de longen
mee. Hierdoor ontstaat er onderdruk in de
longen en stroomt de lucht naar binnen.
75% van inademing in rust gaat door dit
principe. Wordt ondersteund door de mm.
Intercostales externus.Dit is een actief
proces!

De luchtuitwisseling vind plaats in de alveoli
via de capillairen die om de alveoli heen
liggen. Dit gaat dmv diffusie.




53

, De student kan de
origo, insertie en
functie (open en
gesloten keten)
benoemen van de
ademhalingsspieren.




53

,Inademingsspieren

1. Diafragma
– 75% van de normale ademhalingsbeweging
origo: 3 delen, pars sternalis, pars lumbalis en pars
costalis
insertie: gaat over in het centrum tendineum, een dunne, sterke
aponeurose zonder benige aanhechting.
functie : inademen. Bij inademing wordt het diafragma
afgeplat, waardoor de borstholte groter wordt.
innervatie: n. Pfrenicus, C3, C4 en C5
2. Intercostales externi
– 25% van de normale ademhalingsbeweging
origo: margines inferiores van de ribben
insertie: margines superiores van de ribben eronder
Functie: borstkas uitzetten, ribben omhoog trekken
Innervatie: nn. Intercostales
3. Hulpademhalingsspieren
– Scalenus
Origo: processus transversus 2 t/m 7
Insertie: 1e en 2e rib
Functie: heffen van de ribben
Innervatie: plexus cervicalis en plexus brachialis

– Sternocleidomastoideus
Origo: sternum, clavicula
Insertie: processus mastoideus
Functie: elevatie schoudergordel
Innervatie: n. Cervicalis en n. assessorius

– Pectoralis major
Origo: sternum, costae 2 t/m 7, clavicula
Insertie: crista tuberculi majoris
Functie: adductie, endorotatie, anteflexie, hulpinademingsspier
(bij fixatie van bovenste extremiteit)
Innervatie n. Pectoralis

– Pectoralis minor
Origo: 3e – 5e rib
Insertie: processus coracoideus
Functie: detractie en mediorotatie scapulae, inademingsspier bij
fixatie van scapulae
Innervatie: n. pectoralis

– Serratus anterior
Origo: rib 1 t/m 9
Insertie: margo medialis scapulae
Functie: protractie en laterorotatie scapulae, ademhaling (bij
53

, fixatie scapula)
Innervatie: n. Thoracicus longus
Uitademingsspieren
Normale uitademing is een passief proces (door ontspanning)
Bij sporten wordt de uitademing actief.
• Hulpademhalingsspieren
▫ Intercostales interni
Origo: facies aan de binnenzijde van de ribben en het
ribkraakbeen
Insertie: margines superiores van de ribben eronder.
Functie : Depressie van de ribben
Innervatie: nn. Intercostales
▫ Buikspieren
 Duwen het diafragma omhoog
 Maakt de buikholte klein en drukt de longen omhoog




De student kan een beschrijving geven van statische en dynamische




longvolumina. =
Spirogram


Statisch (zegt meer over de weefsel, bovenstaande afbeelding)
VT Teugvolume = de hoeveelheid in- en uitgeademde lucht in rust
IRV inspiritoir reserve volume = de lucht die nog maximaal extra na normale
inademing kan worden ingeademd.
ERV expiritoir reserve volume = de lucht die nog maximaal extra na normale
uitademing uitgeademed kan worden.
RV restvolume = aanwezige lucht na maximale uitademing.

VT + IRV + ERV + RV = totale longcapaciteit (TLC)

53

,VT + IRV = inspiratoire capaciteit

ERV + VT + IRV = vitale capaciteit (nuttige longinhoud) = TLC -RV

ERV + RV = functionele reserve capaciteit (FRC)

Dynamisch (zegt iets over of iemand COPD heeft, over de functie van de
longen)
FEV1: Forced Expiration Volume in 1 sec.
FVC: Forced Vital Capacity: max. expiratie na max. inspiratie
PEF(R): Peak Expiratory Flow (Rate): max. expiratoire stroom
Tiffeneau-index: FEV1/FVC (< 0,7 = obstructie)(bij restrictie normaal of
verhoogd)

Door longemfyseem stijgt de totale longcapaciteit (door
extra ruimte door de kapotte alveoli).




De student kan afwijkende statische en dynamische longvolumina
herkennen.
COPD:
Statisch: RV , TLC , FRC , ERV 

Dynamisch: FEV1 , FVC , PEF(R) =/ 


Bij obstructief longlijden zijn de kleine luchtwegen gedeeltelijk versperd door
een pathologische aandoening. De meest voorkomende vormen zijn astma en
COPD. Een patiënt met een obstructief longlijden heeft typisch een concave of
naar beneden gebogen curve.

Bij een restrictief longlijden is het totale longvolume gedaald. Hoewel een
spirometrie geen uitsluitsel kan geven van restrictie - het residuële volume kan
met een spirometer immers niet gemeten worden - kan het wel een sterke
aanwijzing van restrictie zijn. Aangezien de luchtwegen in goede staat verkeren
zal de vorm van de flow-volume curve normaal lijken: de curve gaat van het
hoogste punt (PEF) in een rechte lijn naar de X-as.




53

, =
flowvolume
curve



Terminologie




53

, Arterie pulmonalis De arterie die van het hart naar de longen loopt. Deze
is zuurstofarm!
Venae pulmonalis Het bloedvat wat van de longen naar het hart loopt.
Deze is zuurstofrijk.
Bovenste luchtwegen Neus, keel, bijholten, middenoor, stembanden en




luchtpijp. Zorgen voor verwarmen, bevochtigen en filteren
van de lucht.
Onderste luchtwegen Grote en kleinere luchtwegen (bronchiën), het
longweefsel en de longblaasjes, zie afbeelding bij
doelstellingen.
Pharynx of slokdarmhoofd, is het bovenste deel van
het ademhalings- en spijsverteringsstelsel en volgt
direct na de neus en mond, vlak voor de slokdarm. Ook
wel keelholte genoemd.
Larynx Strottenhoofd.
Epiglottis Strottenklepje, voorkomt dat eten in je luchtpijp schiet.
Trachea Luchtpijp. Zit kraakbeen omheen, zorgt voor stevigheid
dat de luchtpijp niet dicht gaat.
Bronchien De vertakkingen van de luchtpijp naar de longblaasjes.
Pulmones Longen
Bronchioli De laatste kleine vertakkingen van de bronchien.
Alveoli Longblaasjes, ziet eruit als soort tros druiven.
Hierdoor kan er goed bloed omheen lopen om te zorgen
voor uitwisseling.
Inspiratiemusculatuur Zie doelstellingen
Expiratiemusculatuur Zie doelstellingen
Anatomisch dode ruimte Het traject van de mond tot de bronchioli respiratorii
waar geen gasuitwisseling met het bloed plaatsvind.
Fysiologisch dode ruimte Is de anatomische dode ruimte + niet werkende
longblaasjes. In rust is deze dus groter dan tijdens
inspanning.
Spirometrie Longfunctie onderzoek
Spirogram Grafiek van het longfunctie onderzoek

53

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller plip88. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $4.81. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

55628 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$4.81  34x  sold
  • (7)
Add to cart
Added