Kern 4a/c periode 3 leerjaar 2
Les 1a – Samenwerken met andere disciplines
Comorbiditeit – de aanwezigheid van een aandoening naast een primaire, centraal staande ziekte of
aandoening. Dit betekent dat je één of meer (chronische) aandoeningen hebt naast de
hoofddiagnose waar de meeste aandacht naar uitgaat. Deze centraal staande ziekte speelt in een rol
in het ontstaan van andere aandoeningen.
Dit kan zowel van somatische als psychische aard zijn.
Multimorbiditeit - de aanwezigheid van twee of meer chronische aandoeningen waarbij de ene
aandoening niet méér centraal staat dan een andere.
Dit leidt tot de beperking dat de dagelijkse zorg moeilijk te regelen is, vooral in overgangen in de
zorg. Daarnaast zijn er knelpunten zoals verminderde therapietrouw en bepekte mogelijkheden voor
zelfmanagement.
Vaak als je comorbiditeit bent ben je ook multimorbiditeit, andersom niet.
In de kritische beroepssituatie heeft Liesbeth de Vries last van een coimorbiditeit. De aandacht gaat naar het
doorgemaakte herseninfarct, atrose in de heup, hernia nuclei pulposi, polyneuropathie en atriumfibrilleren. Job
de vries heeft een multimorbiditeit; longkanker heeft Job last van een neerslachtige stemming.
Zorgvragen prioteriseren;
- Liesbeth – Zo snel mogelijk naar huis kunnen (gericht op herstel).
- Liesbeth – de regie over haar eigen leven behouden. Gedeeltelijke hulp nodig bij de ochtendzorg.
Betere energieverdeling met ergotherapeut. Aanpassingen in de woning, technologische
hulpmiddelen.
- Job- Geen lijdensweg te willen. Graag opgenomen in Hospice wanneer hij niet meer voor zichzelf kan
zorgen.
- Job- zwaar om voor zijn vrouw te kunnen zijn.
- Job- neerslachtige stemming, deppresieve klachten.
Co- creatie - is een vorm van samenwerking, waarbij alle deelnemers invloed hebben op het proces
en het resultaat van dit proces, zoals een plan, advies of product. Kenmerken van co-creatie zijn
dialoog, 'common ground', enthousiasme, daadkracht en focus op resultaat.
- Samenbrengen van kennis, waarden en handelingspotentieel.
- Voorbeelden; Ten eerste groeit in veel sectoren van de samenleving het besef dat oude,
ingesleten manieren van handelen tekortschieten om de problemen van de
toekomst het hoofd te bieden.
- Samenwerking tussen gemeenten, winkeliers etc.
Wet en regelgeving;
1. Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo)- heeft als doel om burgers te helpen, zodat zij
zo lang mogelijk zelfstandig thuis kunnen blijven wonen en deel kunnen nemen aan de
maatschappij. Gemeenten zijn verantwoordelijk voor uitvoering van de Wmo, wel eigen
bijdragen.
Voorbeelden; algemene voorzieningen (boodschappendienst), Maatwerkvoorzieningen
(aanpassingen in de woning), vervoersvoorzieningen
, 2. Wet langdurige zorg (Wlz)- is bedoeld voor mensen die 24 uur per dag zorg of toezicht in de
nabijheid nodig hebben. Om de zorg aan te vragen kan contact worden opgenomen met
het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ). Als een verzekerde een Wlz-indicatie heeft dan is
verpleging en verzorging thuis maar ook in bijv. een verpleeghuis onderdeel van de zorg
vanuit de Wlz.
3. De Wet zorg en dwang - regelt de rechten bij onvrijwillige zorg of onvrijwillige opname van
mensen met een verstandelijke beperking en mensen met een psychogeriatrische
aandoening (zoals dementie).
- als er een verklaring is van een deskundig arts waaruit blijkt dat hij in verband met een
psychogeriatrische aandoening of verstandelijke beperking is aangewezen op zorg en/of;
- een persoon beschikt over een indicatie van het CIZ voor langdurige zorg met als grondslag
een psychogeriatrische aandoening of verstandelijke beperking.
4. Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg (Wkkgz) – De overheid heeft deze wet om goede
zorg te waarborgen voor iedereen. Het regelt een betere en snelle aanpak van klachten,
zorgmedewerkers kunnen veilig incidenten melden, cliënt krijgt een sterke positie,
uitbreiding meldplicht alle zorgaanbieders (bijvoorbeeld MIC-meldingen).
5. De jeugdwet – staat dat de gemeente verantwoordelijk is voor jeugdhulp en de uitvoering
van kinderbeschermingsmaatregelen en jeugdreclassering. vervangt de wet op de jeugdzorg.
Hieronder vallen ook de jeugdbescherming en jeugdreclassering. De gemeente kijkt naar het
soort hulp of individuele voorziening.
6. Participatiewet - Iedereen die kan werken maar het op de arbeidsmarkt zonder
ondersteuning niet redt, valt onder de Participatiewet. De wet moet ervoor zorgen dat meer
mensen werk vinden, ook mensen met een arbeidsbeperking.
7. Zorgverzekeringswet – alles wat op herstel is gericht (revalidatie, ziekenhuis, nachtzorg).
Controlerende instanties - De raad voor bestuur is eindverantwoordelijk voor kwaliteit, veiligheid en
continuïteit van zorg binnen hun instelling.
- zorgaanbieders zorgen voor kwalitatief goede en veilige zorg voor hun clienten;
- duidelijk is wie voor welk onderdeel binnen de zorgaanbieder verantwoordelijk is;
- zorgaanbieders zorgen voor goed financieel beheer.
1. Controle goed bestuur door Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (Igj)
De Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd houdt toezicht op kwaliteit van zorg. Vanuit die
verantwoordelijkheid spreekt de Inspectie zorginstellingen ook aan op goed bestuur.
Bijvoorbeeld door raden van bestuur aan te spreken op hun verantwoordelijkheid voor
kwaliteit en veiligheid. De inspectie betrekt ook de raad van toezicht bij haar toezicht op
goed bestuur.
2. Controle goed bestuur in de zorg door de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa)
Raden van bestuur moeten de door hen geleverde zorg op de juiste manier declareren. De
NZa bekijkt daarom of raden van bestuur ook hun administratieve organisatie op orde
hebben. Ook dat is een onderdeel van goed bestuur.
Financiering;
1. Zorgverzekeringswet (zvw)
Er zijn twee soorten zorgverzekeringen: de basisverzekering en de aanvullende verzekering. Een
basisverzekering is verplicht voor iedereen die in Nederland woont. Een zorgverzekering
vergoedt vooral medische zorgkosten, waaronder ook:
, - ziekenvervoer;
- bepaalde hulpmiddelen, zoals een kunstgebit of gehoorapparaat;
- persoonlijke verzorging en verpleging via de wijkverpleegkundige;
- persoonsalarmering.
De zorgverzekeraars zijn verantwoordelijk voor het uitvoeren van de Zvw. Er geldt dan geen
eigen bijdrage voor deze zorg thuis. Ook het eigen risico geldt niet voor deze zorg.
2. Het persoonsgebonden budget (pgb)
Met een persoonsgebonden budget (pgb) krijg je een geldbedrag om zelf zorg in te kopen. Een
verzekerde kan met een pgb zelf zorgaanbieders kiezen en met hen een overeenkomst afsluiten.
Bedenk dat bij een pgb een clientondersteuner ook kan ondersteunen. Het pgb is mogelijk in alle
bovenstaande wetten, maar met verschillende regelingen. De vereniging Per Saldo geeft
algemene informatie, advies en ondersteuning, training en voorlichting aan budgethouders én
aan professionals. Zij leggen wetten en regels uit aan hun achterban, ondersteunen
budgethouders bij het omgaan ermee en pleiten voor betere, eenvoudiger regelgeving.
3. Zorg in natura (zin)
Zorg in natura (zin) is zorg van een zorgaanbieder waarmee jouw gemeente of zorgkantoor een
contract heeft. De gemeente en zorgverzekeraar maken afspraken met de leveranciers en
zorgaanbieders en betalen hen rechtstreeks.
Intramuraal betekent binnen de muren. We spreken van intramurale zorg van zorg binnen de muren
van een zorginstelling die tenminste 24 aaneengesloten uren duurt.
Voorbeelden van intramurale zorg zijn verblijf in een:
De cliënt kan naar de zorgverlener gaan maar het omgedraaide waarbij de hulpverlener de cliënt in
haar of zijn omgeving bezoekt. komt ook voor. Extramurale zorg wordt ook wel eerstelijns zorg
genoemd.
Transmurale zorg is een combinatie van intra- en extramurale zorg. Dit betreft patiënten die gebaad
zijn bij een multidisciplinaire zorg en aanpak. Een voorbeeld van transmurale zorg is de verzorging
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller kristiegommers. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.31. You're not tied to anything after your purchase.