Samenvatting 2.6 Niet-traditionele gezinnen, probleem 6 'single or patchwork'
1 view 0 purchase
Course
2.6 Gezinspedagogiek
Institution
Erasmus Universiteit Rotterdam (EUR)
2.6 Niet-traditionele gezinnen, probleem 6 'single or patchwork'
Complete samenvatting, bewerkt na de nabespreking met de bronnen: Amato (2005), Van Gaalen & Van Roon (2020), Daley & Sweeeney (2020), Heireman & Lemmens (2010), Anderson (2012), Parke (2013).
Probleem 6 ‘Single or patchwork?’
Amato (2005), Van Gaalen & Van Roon (2020), Daley & Sweeeney (2020), Heireman & Lemmens (2010),
Anderson (2012), Parke (2013).
Leerdoel 1: Wat is de achtergrondinformatie rondom interlandelijke adoptie op het gebied van
definitie, demografische trends, theorieën en interventies?
Definitie
Heireman & Lemmens
Nieuw-samengesteld gezin: een gezin waarbij de biologische band tussen minstens een partner en zijn of haar
kinderen voorafgaat aan de band tussen de partners; een gezin met een kind dat maar met een van de volwassen
partners een biologische band heeft. In een nieuw samengesteld gezin is er geen fase waarin de partners geen
kinderen hebben.
- Simpel samengesteld gezin: kinderen zijn afkomstig van slechts een van de partners.
- Complex samengesteld gezin: een gezin waarin beide partners kinderen hebben uit een vorige relatie,
plus eventueel samen een of meer kinderen.
Stiefvader- en stiefmoedergezinnen: gezinnen waar men met de biologische ouder en een stiefvader of -moeder
samenwoont.
Blended family: huishouden met stiefouders, stiefbrusjes, en halfbrusjes. Daley & Sweeeney (2020)
Gezin: elk leefverband met een of meerdere volwassenen die verantwoordelijkheid dragen over verzorging en
opvoeding van een of meerdere kinderen. Van Gaalen & Van Roon (2020)
Drie gezinstypen:
- Neotraditioneel samengesteld gezin: benaderd ‘normale’ kerngezin het meest veel aandacht
besteden aan uitbouw van gezinsidentiteit
- Matriarchaal samengesteld gezin: stiefvader neemt geen ouderrol op zich moeder wel, stiefvader
wordt meer gezien als mentor/vriend
- Romantisch samengesteld gezin: houdt minst vaak stand gebaseerd op onrealistische
verwachtingen, funcioneert slechter, er is geen oog voor aanwezige problemen.
Demografische trends
Nieuw samengesteld gezin Heireman & Lemmens
- 365.000 complexe gezinsverbanden en minderjarige kinderen in 2017 Van Gaalen & Van Roon (2020)
- NL: 1 op de 10 gezinnen is stiefgezin; 1 op de 12 kinderen leeft hierin.
- Slechts 15% leeft met biologische vader + stiefmoeder. Kinderen ervaren meer stress in deze gezinnen
dan in stiefvader-gezinnen.
- Graduele stijging van aantal hertrouwers nieuw-samengestelde gezinnen zijn in opmars en groeien
uit tot meest voorkomende gezinsvorm van Westen.
- Afname in aantal kinderen dat opgroeit in huishouden met twee biologische ouders. Amato (2005)
Van Gaalen & Van Roon (2020)
- Er is geen verband tussen moederlijk opleidingsniveau en mate van gezinscomplexiteit
- Laagopgeleide moeders: kinderen met meer half-brusjes en vaker kinderen van verschillende vaders.
- Geen migratie-achtergrond: vaker complexe gezinsverbanden.
- Kinderen van laagopgeleide ouders: vaker niet-samenwonende ouders.
- Kinderen van middelbaar-/hoogopgeleide ouders: vaker deel van stiefgezinnen.
- Kinderen van gescheiden moeders zonder migratieachtergrond: vaker complexe gezinsverbanden.
Alleenstaand ouderschap Anderson (2012)
- Aantal alleenstaande ouderschappen gestegen laatste decennia, onder alle SES-groepen.
- VS: 1/4e van alle gezinnen
- 75% van alleenstaande ouders zijn moeders met laag inkomen, vaak tienermoeders (geweest).
Patronen van hertrouwen Daley & Sweeeney (2020)
- Hertrouwen komt minder voor (2008 versus 2016) maar deel van de huwelijken die hertrouwen is
toegenomen in afgelopen decennia. Het absolute aantal huwelijken is dus gedaald, daarmee het relatieve
aantal hertrouwen toegenomen. Het absolute aantal hertrouwde huwelijken is dus ook gedaald.
- Minder snel de neiging om te hertrouwen of opnieuw relatie aan te gaan: zeker het geval bij
moeders die als enige voogdij hadden in België, of hen die op jonge leeftijd zijn gescheiden.
, - Sneller geneigd oom te hertrouwen: mannen (oudere mannen trouwen sneller, mannen van
middelbare leeftijd gaan sneller relatie aan), lager-opgeleiden (door economische middelen, maar
geen consensus over), witte vrouwen (vergeleken met Latina en zwarte vrouwen).
- Volgende huwelijk is minder stabiel. 60% van alle hertrouwde huwelijken eindigt toch in echtscheiding,
meestal binnen eerste vijf jaar en met veel stiefkinderen. Heireman & Lemmens
Theorieën Parke (2013).
Mogelijke verklaringen voor verschillen tussen (niet) getrouwde gezinnen:
1. Gezinsproces in samenwonende gezinnen: weinig verschillen tussen samenwonende of gehuwde
ouders en dit geldt voor alle kinderleeftijden.
2. Selectie-effecten: groep die trouwt verschilt mogelijk in kenmerken van die samenwoont; deze
kenmerken (en niet de gezinsvorm zelf) leiden mogelijk tot andere kinduitkomsten.
3. Relatie van koppels: kwaliteit van relatie is grote voorspeller voor opvoedkwaliteit (in gehuwd en
samenwonend).
4. Sociale steun: kan soort buffer zijn voor kinderen.
5. Te veel transities: samenwonende gezinnen mogelijk instabieler, waardoor kinduitkomsten anders zijn
dan bij die van gehuwde gezinnen. Kinderen met veel transities hebben slechtere uitkomsten op
verscheidene gebieden.
6. Culturele context: bepaalde gezinnen zijn normaler (waardoor meer steun uit sociale netwerk) in
bepaalde culturele contexten.
Interventies Heireman & Lemmens (2010)
Preventie
Toekomstige samengestelde gezinnen kunnen het beste voldoende tijd nemen om het samenwonen voor
te bereiden en realistische doelen te stellen (vaak doen ze dit om materiële of emotionele redenen niet).
Gezinnen die dit doen hebben meestal minder problemen
Hulpverlening
In eerste instantie focussen op de partnerrelatie en ouder-stiefouder combinatie
Gesprekken vaak met ouders en jonge kinderen samen als jong kind probleem stelt
Bij adolescenten kinderen gesprekken met alleen ouders, alleen adolescent en gesprekken met alle
samen
Houding therapeut belangrijk: achtereenvolgens aan de kant van de ene en dan de andere betrokkenen
als zij hun gevoelens en standpunten verwoorden, om de behoeften en verwachtingen van alle partijen
t.o.v. elkaar duidelijk te maken
Samenhang bevorderende activiteiten
Gezinsidentiteit en -samenhang verbeteren door gezinsactiviteiten en/of rituelen. Probleemdoosritueel:
iedereen doet voorwerp in doos, met symbolische wijze (wat geef je op? Wat win je? Wat moet er
veranderen?) Brug bouwen: verwijzen naar twee gezinnen. Kijken wat nodig is om de brug te kunnen
bouwen en de twee landen met elkaar te verbinden. Wat is ervoor nodig dat je het land aan de overkant
zou willen bezoeken?
2. Wat is de invloed van de verschillende soorten gezinnen op ouder en kind?
Alleenstaand ouderschap
Anderson (2012)
Paden tot alleenstaand ouderschap:
1. ‘Bij gebrek aan beter’: partnerschap is beëindigd door echtscheiding of overlijden
2. Gewenst partnerschap om samen de kinderen op te voeden heeft zich nooit ontwikkeld
Alleenstaande moeders hebben vaak het gevoel dat ze gefaald hebben: het is hen niet gelukt om een echtgenoot
te vinden of een relatie in stand te houden. Dit wordt versterkt door negatieve feedback van omgeving.
Uitdagingen voor alleenstaande ouders
Dingen die alleenstaande ouders en hun kinderen psychologisch kwetsbaar maken: er alleen voor staan, omgaan
met verlies van relatie, financiële moeilijkheden.
Alleenstaande ouders in vergelijking met getrouwde ouders → werken gemiddeld meer uren; hebben meer
economische problemen; worden geconfronteerd met meer stressvolle levensveranderingen; zijn vaker
depressief; hebben minder emotionele steun bij het uitvoeren van hun ouderlijke rol.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Pedagogiestudent. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.81. You're not tied to anything after your purchase.