100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Nectar, Havo 5, Hoofdstuk 13, Gaswisseling en uitscheiding $6.49   Add to cart

Summary

Samenvatting Nectar, Havo 5, Hoofdstuk 13, Gaswisseling en uitscheiding

 2 views  0 purchase
  • Course
  • Level

Nectar, Havo 5, Hoofdstuk 13, Gaswisseling en uitscheiding

Preview 2 out of 5  pages

  • May 3, 2022
  • 5
  • 2021/2022
  • Summary
  • Secondary school
  • 5
avatar-seller
Biologie H13 gaswisseling en
uitscheiding
§13.1
Bloedvaatjes in de neusholte warmen koude lucht op. Dankzij je neus zijn je longen beter
beschermd tegen kou en uitdroging. Grote hoeveelheden lucht gaan via de neus en de
mondholte naar binnen. Via de luchtpijp stroomt de lucht naar de longen. Stevige
kraakbeenringen houden de luchtpijp open. De luchtpijp vertakt bij de longen naar de twee
hoofdbronchiën. Steeds nauwere buizen, de bronchiën met kraakbeenringen en kleine
bronchiolen zonder kraakbeenringen, leiden de lucht dieper de longen in.

Slijmvlies maakt de lucht vochtig en warm, maar het vormt ook een plaklaag die per uur
miljoenen stofdeeltjes en bacteriën tegenhoudt. Witte bloedcellen in de slijmlaag doden
gevangen ziekteverwekkers, waarna trilharen in het slijmvlies het vervuilde slijm afvoeren
naar de keelholte. Bacteriën die aan de witte bloedcellen zijn ontsnapt, sterven meestal in
het maagsap. Trilharen en maagsap maken deel uit van de niet-specifieke afweer. Soms
komen stukjes voedsel of stof in je luchtpijp, d.m.v. hoesten pers je de luchtpijp dan weer
leeg.

De spieren voor een rustige, ondiepe inademing zijn je middenrifspieren en buitenste
tussenribspieren. Trekken de spieren in het middenrif samen, dan beweegt het middenrif
omlaag en vergroot het longvolume. De buitenste tussenribspieren trekken de ribben naar
voren en omhoog. Gaat de borstkas omhoog, dan volgen de longen deze beweging. Voor
een extra diepe inademing zet je als belangrijkste hulpspieren de kleine borstspier en
bepaalde nekspieren aan het werk. Die trekken je borstkas maximaal omhoog. Wil je snel,
krachtig of extra diep uitademen, dan gebruik je ook de binnenste tussenribspieren en de
buikspieren. De binnenste tussenribspieren drukken tegen de darmen en lever, waardoor
het middenrif extra omhoog gaat en het longvolume maximaal verkleint. Er blijft altijd een
restvolume (Vrest) achter in de longen, zo’n 1200 ml lucht.

Rond de longen zit het longvlies. Aan de binnenkant van de borstkas zit het borstvlies.
Tussen die vliezen zit een dunne laag weefselvloeistof, zodat de vliezen niet aan elkaar
blijven plakken. Hierdoor kunnen de vliezen soepel langs elkaar bewegen, anders zouden ze
scheuren bij in- en uitademing.

Ademfrequentie: aantal ademhalingen per minuut.
Ademvolume (VT): aantal liter lucht per ademhaling, in rust.
Vitale capaciteit (VVC): aantal liter lucht dat je kan uitademen (bij mannen bijna 5L en bij
vrouwen iets meer dan 3L).
Longcapaciteit (VTC): vitale capaciteit + restvolume

§13.2
Aan het uiteinde van de luchtpijpvertakkingen zitten de longblaasjes. Dit zijn zakjes
dekweefsel, omgeven door haarvaten, die als een soort grottenstelsel onderling zijn
verbonden.

, O2- en CO2-moleculen passeren twee cellagen: die van de wand van een longblaasje en van
de wand van een haarvat dat strak over het longblaasje heen loopt. Dit heet gaswisseling.

Snelle diffusie bij gaswisseling is mogelijk door:
1. Groot concentratieverschil van O2 tussen de longblaasjes en de haarvaten. Door
ventilatie blijft de hoeveelheid O2 in je longblaasjes hoog. De concentratie O2 in het
bloed is laag. De bloedstroom voert steeds nieuw O2-arm bloed langs de
longblaasjes. Voor CO2 geldt iets vergelijkbaars.
2. Kleine diffusieafstand. Doordat de wanden van longblaasjes slechts één cellaag dik
zijn, is de afstand er tussen erg klein: 1 m.
3. Groot diffusieoppervlak. Dankzij de vele longblaasjes met een gezamenlijk oppervlak
van 70-80 m2 kan er op veel plekken tegelijk diffusie plaatsvinden.

Een deel van de lucht (150 ml) die je in en uit ademt blijft in de luchtwegen hangen, dit heet
de dode ruimte.

Sommigen mensen krijgen astma-aanvallen: de spiertjes om de luchtwegen trekken samen,
de slijmvliezen zwellen op en ontsteken. Dit leidt tot een gevoel van benauwdheid. Anderen
hebben COPD (Chronic Obstructive Pulmonary Disease) waarbij de luchtwegen zijn
aangetast. De twee belangrijkste vormen zijn chronische bronchitis en longemfyseem. Bij
chronische bronchitis zijn de luchtwegen langdurig ontstoken, vernauwen de luchtwegen en
hoopt slijm zich op. Bij longemfyseem zijn veel longblaasjes kapot. Kortademigheid is het
gevolg. Meestal is roken de oorzaak.

Het ademcentrum is een groep zenuwen in de hersenstam die de ademhalingsspieren
aanstuurt. Het ademcentrum reageert vooral op de pH en de CO2-concentratie in je bloed.
Tijdens het sporten reageren chemoreceptoren in de wand van de aorta dat in het bloed de
concentratie CO2 stijgt en de pH daalt. Zij sturen deze informatie naar het ademcentrum. Bij
een zeer lage O2-concentratie in het bloed, neemt het centrum dit mee in de berekeningen.
Ook hormonen, zoals adrenaline, beïnvloeden het ademcentrum.

§13.3
Planten wisselen ook voortdurend gassen uit met de buitenlucht. Die gaswisseling vindt
plaats via de huidmondjes in bladeren en stengels. Om CO2 binnen te laten staan de
huidmondjes wijd open. Maar door de openstaande huidmondjes verdampt ook veel water.
Vaatbundels voeren normaal gesproken voldoende water vanuit de wortels naar de
bladeren. Onder droge omstandigheden stoppen planten met verdampen. Ze sluiten hun
huidmondjes om uitdroging te voorkomen. Ze kunnen dan echter geen CO2 meer opnemen,
de fotosynthese vermindert en hun groei stopt. Sommige woestijnplanten openen alleen ’s
nachts hun huidmondjes om CO2 op te slaan. Dat gebruiken ze dan overdag voor hun
fotosynthese.

Het samentrekken van de kringspieren rond de slagadertjes in de huid geeft atleten een
bleek uiterlijk. Minder bloed in de huid beperkt warmteverlies. Hun schildklier produceert
extra schildklierhormoon, de verbranding in de cellen gaat omhoog en de
lichaamstemperatuur stijgt. Tijdens sporten is de afkoeling door warmtestraling via de huid

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller isadijkhuis. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $6.49. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

60281 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$6.49
  • (0)
  Add to cart