Alle stof van het vak Inleiding privaatrecht II: goederenrecht staat hierin duidelijk samengevat. Het document geeft een duidelijk overzicht van wat je voor het tentamen moet weten. Ik haalde mede dankzij dit document, en het andere document (jurisprudentie) een 9 voor het vak.
Week 1:
Goederenrecht: BW3 ‘vermogensrecht in het algemeen’. BW5 ‘zakelijke rechten’.
Kenmerken goederenrecht:
- Absolute werking: rechten op goederen die de rechthebbende in beginsel tegenover
iedereen kan inroepen. We noemen deze rechten ‘absolute rechten’ of
goederenrechtelijke rechten’. Bijv iedereen respecteert eigendomsrecht over laptop.
- Gesloten systeem: slechts de absolute rechten die in de wet zijn genoemd, kunnen
worden gevestigd op een goed.
- Dwingend recht: partijen kunnen vaak contractueel niet van de wet afwijken.
Basisbegrippen goederenrecht:
Art. 3:1 BW: goederen zijn alle zaken (3:2) en alle vermogensrechten (3:6).
Art. 3:3 BW: lid 1 geeft limitatief onroerende zaken, lid 2 geeft roerende zaken.
Portacabin-arrest: belangrijke categorie onroerende zaken is “gebouwen en werken die
duurzaam met de grond zijn verenigd”. Duurzaam met de grond verenigd “gebouw of
werk kan duurzaam verenigd zijn met grond doordat het naar aard en inrichting bestemd is
om duurzaam ter plaatse te blijven. Dit beoordelen adhv bestemming van zaak en bedoeling
van bouwer van constructie, mits bestemming en bedoeling kenbaar zijn. RO 3.3.
Art. 3:6 BW: vermogensrechten: zijn rechten die:
- Afzonderlijk overdraagbaar zijn; tezamen met ander recht overdraagbaar zijn; ertoe
strekken de rechthebbende stoffelijk voordeel te verschaffen; verkregen zijn in ruil
voor in het vooruitzicht gesteld stoffelijk voordeel.
Art. 3:10 BW: registergoederen: goederen waarbij inschrijving in register noodzakelijk is.
Voor overdracht van een registergoed zijn andere vereisten (3:84 jo. 3:89).
Drie belangrijke categorieën registergoederen:
- Onroerende zaken
- Teboekstaande schepen en luchtvaartuigen
- Beperkte rechten op registergoederen
Art. 3:8 BW: beperkte rechten:
Eigendomsrecht is meest omvattende recht dat persoon op zaak kan hebben (5:1). Er zijn
ook andere rechten die een persoon op een zaak kan hebben, dit zijn beperkte rechten.
Het recht waaruit beperkte recht is gevormd heeft moederrecht, zoals bijv het
eigendomsrecht of recht van erfpacht.
Beperkte rechten indelen in genotsrechten (recht op gebruik en genot van zaak) en
zekerheidsrechten (zekerheid ter verzekering van een vordering). Zekerheidsrechten:
- Pandrecht (3:227)
- Hypotheek (3:227)
Genotsrechten:
- Vruchtgebruik (3:201)
- Erfdienstbaarheid (5:70)
- Erfpacht (5:85)
- Opstal (5:101)
, Natrekking:
Natrekking= het verschijnsel dat een voorwerp zijn zakenrechtelijke zelfstandigheid verliest
doordat het bestanddeel wordt van andere zaak. Het eigendomsrecht van de hoofdzaak gaat
door de natrekking, een ander voormalig zelfstandig eigendomsrecht omvatten.
Deze week natrekking van onroerende zaken, waarbij grond is hoofdzaak.
Eigendomsverkrijging door natrekking vindt plaats bij eigenaar van grond. Bijv eigenaar
bouwt huis op grond. Verkoopt grond, maar omdat grond nu ook het huis omvat verkoopt
hij het huis automatisch ook.
Art. 5:20 BW: grond.
- Lid 1 sub e: gebouwen en werken die duurzaam met de grond zijn verenigd (3:3). Zie
HR Portacabin RO 3.3.
- Het is bepalend of naar aard en inrichting bestemd is om duurzaam ter plaatse te
blijven (bestemmingscriterium). Let hierbij op bedoeling van bouwer voor zover
kenbaar is. Verkeersopvatting kan als hulpbron fungeren. Technische mogelijkheid
om te verplaatsen speelt geen rol.
Toepassing:
- Eigendom van grond
- Volgens art. 5:20 lid 1 sub e BW omvat eigendom van grond ook eigendom van
gebouwen en werken, die duurzaam met grond zijn verenigd.
- Volgens HR Portacabin kan gebouw duurzaam met grond verenigd zijn doordat het
naar ‘aard en inrichting bestemd is om duurzaam ter plaatse te blijven’.
- Toets vervolgens de casus aan deze maatstaf.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller maxmax11. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.19. You're not tied to anything after your purchase.