Hoe ga je om met kinderen op school? En met hun ouders?
Deel 1:
Hoofdstuk 1:
Een goede relatie vormt de basis voor een goed functionerende leerling, effectief onderwijs
en optimale leeropbrengsten. Leerlingen zijn sneller bereid dingen van leerkrachten aan te
nemen, ze voelen zich veilig, vertonen geen slecht gedrag om de relatie te verpesten.
Een goede relatie bestaat uit de volgende elementen:
1. Acceptatie: Elk kind is uniek, en het kind moet zich veilig voelen om te ontwikkelen.
2. Ondersteuning: Ouders, leraren hebben vertrouwen en geven bevestiging. Het kind
krijgt zelfvertrouwen.
3. Betrokkenheid: Willen en kunnen aangaan van een relatie met het kind.
Het is belangrijk om als leerkracht te weten hoe het kind in elkaar zit, zijn zelfbeeld kennen.
Het zelfbeeld van een kind is in hoge mate bepalend voor zijn gedrag. Je kunt het zelfbeeld
positief beïnvloeden.
In onze samenleving is er aandacht voor het individu, het gaat om zelfontplooiing. Vroeger
stond God en religie centraal, maar in onze tijd staat het individu centraal. Kennisoverdracht
en het kind werden belangrijk.
Zelfbeeld is een brede term. Wat is nou eigenlijk jouw zelfbeeld? Identiteit, persoonlijkheid en
zelfbeeld zijn niet hetzelfde, maar ze hebben wel alles met elkaar te maken.
Identiteit: Een goed, samenhangend identiteitsgevoel vormt een goede basis voor alle
keuzes en beslissingen waarmee een volwassene te maken krijgt.
- Continuïteit: Je kunt erop rekenen dat je morgen dezelfde persoon bent als vandaag.
- Contrast: Identiteit is iets unieks, je onderscheid je ermee van anderen.
Een identiteitsbesef bouw je op, het is een ontwikkeling waarbij sociaal-emotionele
ontwikkeling centraal staat.
Persoonlijkheid: Datgene waardoor iemand een persoon is. Het is een begrip, waarmee wij
gedrag proberen te verklaren. We gedragen ons in verschillende gezelschappen anders.
- Stabiliteit: Een type gedrag moet je regelmatig vertonen.
- Consistentie: In verschillende situaties vertoont iemand een bepaald type gedrag.
Sommige mensen gaan ervan uit dat persoonlijkheid aangeboren kenmerken bevat, anderen
denken dat persoonlijkheid zich vormt naar ervaringen en invloeden.
Vijf Factoren die een groot aantal persoonlijkheidskenmerken omvat:
1. Extraversie
2. Vriendelijkheid
3. Zorgvuldigheid
4. Emotionele stabiliteit
5. Intellectuele anatomie
Met de ontwikkeling van een kind ontstaat ook een zelfbeeld. Reacties van de omgeving
spelen een grote rol bij de vorming van het zelfbeeld. Bij negatief commentaar negatief
zelfbeeld vervelend voelen en doen.
Het zelfbeeld en welbevinden van een kind gaan hand in hand. De leerkracht moet inspelen
op acceptatie, ondersteuning en betrokkenheid. Je let op wát je zegt, en hóé je iets zegt.
Het is de vraag of jouw positieve benadering opweegt tegen wat er thuis allemaal gebeurt,
maar een positieve benadering heeft zeker ook waarde in de klassensituatie.
, Hoofdstuk 2:
Kinderen die een negatief zelfbeeld hebben zijn meestal minder of niet ontvankelijk voor
een positieve benadering. Je kan terecht komen in een vicieuze cirkel, waarbij welbevinden
leerling, leren en lesgeven in het gedrang komen.
Het zelfbeeld wordt deels gevormd door ouders, en wat ouders belangrijk vinden.
1. Emotioneel aspect: Ik voel me veilig, heb vertrouwen en voel zekerheid.
2. Sociaal aspect: Ik ben aardig en lief.
3. Cognitief aspect: Ik ben bekwaam.
4. Lichamelijk aspect: Ik ben mooi, sterk en atletisch.
Als een kind een ‘min’ ervaart op één van deze vlakken, waardoor het leidt tot een negatief
zelfbeeld, dan kan het kind dit ombuigen tot positieve ervaringen. Hij zal de min willen
omzetten in een plus, en hierdoor positieve reacties willen uitlokken. Als hij geen positieve
reacties krijgt, dan zal het kind zich moedeloos en als een mislukking voelen.
Compensatiegedrag:
- Negatief compensatiegedrag binnen het negatief ervaren aspect. Als hij een min ervaart op
sociaal gebied, dan zal hij aandacht vragen van kinderen uit de klas om een plus te krijgen.
- Een grotere plus maken van een ander aspect, omdat het hem niet lukt om een plus te
krijgen op het negatief ervaren aspect.
Een kind op school heeft weinig keus: het moet rekenen, het moet gymmen etc. Daardoor
kan compensatiegedrag probleemgedrag worden.
Herkennen negatief zelfbeeld:
1. Emotionele aspect: Kind voelt zich onzeker en onveilig in iedere omgeving.
2. Sociaal aspect: Slechte relatie met omgeving, ervaart dat iedereen hem niet mag.
3. Cognitief aspect: Kind met leerproblemen: naar binnen gericht of op zijn omgeving
gericht (uitsloverig gedrag).
4. Lichamelijk aspect: Laat merken wat het niet kan, onhandigheid, lelijkheid uiten.
5. Alle aspecten negatief: totaal negatief zelfbeeld, vinden zich niet de moeite waard.
Compensatiegedrag:
1. Emotioneel gedrag: Versterking van veiligheid, vertrouwen en zekerheid.
2. Sociaal aspect: Hij wil aardig en lief gevonden worden (slijmen).
3. Cognitief aspect: Waardering vragen voor zijn cognitieve prestaties.
4. Lichamelijk aspect: Super goed haar best doen bij gym, en in de klas niets presteren.
Eenzijdig zelfbeeld: Slechts op één aspect heeft het kind een positief zelfbeeld.
Voorbeeld: een kind is heel slim, en vanaf jongs af aan wordt daar veel aandacht op gelegd.
De beleving van andere aspecten staat in de schaduw en dragen weinig bij tot het zelfbeeld.
Door het ervaren van mislukkingen, is het zelfbeeld beperkt tot één aspect.
Reden tot zorg bij een eenzijdig zelfbeeld:
1. Kwetsbaarheid: Als het ene aspect waarop het positieve zelfbeeld gebaseerd is in de
problemen komt, dan verandert het zelfbeeld meteen naar negatief.
2. Achterstand in ontwikkeling: De verwaarloosde aspecten lopen een achterstand op.
Het kind wat cognitief sterk is, is op gebied van sociaal-emotioneel en lichamelijk
zwak.
3. Sociaal opzicht: Het kind richt al zijn energie op dat ene aspect, daardoor heeft het
moeite met aansluiting met de omgeving te krijgen.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller charlottevanleerzem. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.90. You're not tied to anything after your purchase.