Summary
Bedrijfseconomie VWO Samenvattingen
- Course
- Level
Financiële zelfredzaamheid; Bedrijf starten; Circulair ondernemen Uitgebreide samenvatting
[Show more]
Seller
Follow
koenbb
Content preview
Financiële zelfredzaamheidHoofdstuk 1 Studeren is investeren (in jezelf)
Kosten van een opleiding:
-collegegeld
-studieboeken
-gederfde/gemiste inkomsten (in plaats van werken moet je naar school)
Opbrengsten van een opleiding:
-Persoonlijke opbrengsten:
>hogere verdiencapaciteit
-maatschappelijke opbrengsten
>meer geld naar de belasting
Verzekeringen:
De verzekerde sluit bij een verzekeraar een overeenkomst af waarbij de schade van een
voorval wordt vergoed.
Tevens kan er een bedrag worden uitgekeerd bij leden of overlijden van een persoon.
(Levensverzekering)
3 kenmerken:
1.onzekerheid
2.de verzekerde betaalt een premie
3.schadevergoeding
Levensverzekeringen:
-overlijdensverzekering/uitvaart
De uitvaartkosten worden vergoed
-overlijdensrisicoverzekering
De schuld wordt kwijtgescholden
-lijfrenteverzekering
De verzekerde wordt uitgekeerd (event. Levenslang) ~collectief pensioen
Schadeverzekeringen
-reisverzekering
Alles wat misgaat op vakantie wordt vergoed
-inboedel
Meubilair wordt vergoed
-opstal
Woning
-zorg
,Ziektekosten etc
-aansprakelijkheidsverzekering/ WA
Wanneer jij schade toebrengt, hoef je het niet allemaal te betalen
-rechtsbijstandverzekering
Advocaatkosten vergoed alleen als je de zaak wint
Lijfrente:
Een soort collectief pensioen voor zzp’ers, je betaalt lang een premie en wanneer je met
pensioen gaat, kun je bepalen hoe lang je uitbetaald wordt
Zorgverzekering:
1 verplicht
2 verzekeringsmaatschappij mag je zelf kiezen
3 aanvullend (tandarts, ortho etc)
Risicoavers/mijdend=je doet alles eraan om geen risico’s te lopen
Risiconeutraal=je weegt af hoeveel een risico en het vermijden van een risico kost
Schadevergoeding onderverzekering=(verzekerde waarde/werkelijke
waarde)xschadebedrag
Hoofdstuk 2 Lenen
Consumptief krediet:
Alle leningen die gebruikt worden voor de aankoop van duurzame consumptiegoederen
1.Persoonlijke lening
-terugbetalen in vaste termijnen (aflossing+interest)
-geen onderpand (dus hoge rente)
2. Doorlopend krediet
-afgeloste bedragen kunnen opnieuw geleend worden
-krediet limiet=maximale bedrag te lenen
3. Koop op afbetaling
-meteen eigenaar
-totale prijs=aanbetaling+alle termijnen
4. Huurkoop
-je wordt pas eigenaar als alles is betaald
Enkelvoudige interest (ei)
1 rentebedrag per jaar
2 rentebedrag per maand
,3 rentebedrag na aantal weken
4 rentebedrag na aantal dagen
5 rentebedrag na aantal dagen op basis van data
Bij aantal interest dagen de eerste of de laatste dag niet meetellen.
Hoofdstuk 3 Huren of Kopen
Huren
—> huurcontract: overeenkomst waarbij de huurder een woning mag gebruiken tegen
betaling van huur.
—>huurbescherming: je kan niet zomaar uit je huis worden gegooid.
—>huurtoeslag: bijdrage van overheid aan huurkosten
Voordelen huur:
-bescherming
-mobiliteit
-geen onderhouds reparatie kosten
-geen opstalverzekering
Nadelen huur:
-Jaarlijkse stijging van huur
-geen vermogensopbouw
-nooit van jou
-nauwelijks iets zelf veranderen
Wonen is een basisbehoefte—>overheid zorgt dat iedereen kan wonen.
—>sociale huurwoningen: woningen door de overheid voor mensen met een laag inkomen
Scheefwonen: wanneer je in een sociale huurwoning blijft wonen terwijl je genoeg verdient:
-het is gezellig in jouw huis
-wachtrijen van andere huizen
-huizen zijn duur
Kopen
—>onroerend goed: grond en alles wat daaraan verbonden is.
—>hypothecaire lening:
Lening met onroerend goed als onderpand:
Als je niet meer kan aflossen, wordt je huis verkocht op een openbare executie.
—>onderwater staan: wanneer de waarde van het huis kleiner is dan de schuld bij de bank:
wanneer de waarde van het huis daalt.
, Voordelen kopen:
-je mag zelf bepalen wat je verandert
-de waarde gaat omhoog
-het is van jou
Nadelen kopen:
-heel duur
-lange wachtrij
-kans op onderwater staan
Nieuwbouw—>goedkoper maar meer moeite.
Hypotheekrenteaftrek: mensen die een huis kopen hebben een financieel voordeel.
Belastingstelsel Nederland:
Boxen
Box 1:
Stap 1—>totale inkomen
(bruto inkomen+eigenwoningforfait)
Stap 2—>aftrekposten
Stap 3—>belastbaar inkomen (kern stap)
(Stap 1-stap 2)
Stap 4—> belastingschijven: toepassen
Stap 5—>heffingskorting
Box 3: vermogensrendementsheffing (vrh)
Belasting over het vermogen: spaargeld/extra huis/goud etc
Stap 1: totale vermogen
Stap 2: vrijgesteld vermogen (bedrag, wat niet belast mag worden)
Stap 3: belastbaar vermogen=1-2
Stap 4: fictief rendement
=belastbaar vermogen • x%
Stap 5: vermogensrendementsheffing (vhr)
=fictief rendement • x%
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller koenbb. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.29. You're not tied to anything after your purchase.
Can Stuvia be trusted?
4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)
83637 documents were sold in the last 30 days
Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now