Samenvatting eetstoornissen, ontwikkelingspsychopathologie bij kinderen en jeugdigen. ISBN:9789046904947
2 vues 0 fois vendu
Cours
Signaleren En Adviseren
Établissement
Hogeschool Zeeland (HZ)
Book
Ontwikkelingspsychopathologie bij kinderen en jeugdigen
Voor het vak signaleren en adviseren dat ik tijdens mijn minor jeugd en gezinsprofessional krijg, hebben wij elke week een toets van 1 hoofdstuk. Deze week gaat de toets over eetstoornissen. Ik heb een samenvatting gemaakt van hoofdstuk 15; eetstoornissen, uit het boek en ik heb aantekeningen gemaa...
Samenvatting ontwikkelingspsychopathologie bij kinderen en jeugdigen
Hoofdstuk 15 Eetstoornissen
Slank (willen) zijn heeft te maken met gedrag: eten of lijnen, en met opvattingen: slanke mensen, en
dan vooral slanke vrouwen, zijn aantrekkelijk. Niet voldoen aan het slankheidsideaal kan een kind in
onze maatschappij minderwaardigheidsgevoelens geven. Eten lijkt zo eenvoudig, maar dat is het niet.
Zo kunnen lijnen en het slankheidsideaal leiden tot eetgestoord gedrag, zoals veel te weinig eten
en/of veel te veel calorieën verbranden.
Normale ontwikkeling van gewichtsgroei en lichaamsbeeld:
Gewichtsgroei: Wijkt het lichaamsgewicht van een kind 20% af van wat normaal is voor zijn geslacht,
leeftijd en lengte, dan heeft het een problematisch gewicht. Voor volwassenen ligt een gezonde BMI-
waarde tussen de 20 en 25.
Gewicht in evolutionair perspectief: Onze genen zijn erop ingesteld zo economisch mogelijk met
voedsel om te gaan. Mensen die aan de lijn doen, vind je alleen op plekken waar eten in overvloed is,
zoals in onze maatschappij. Die wordt dan ook wel een obesogene omgeving genoemd. Ons lichaam
vat lijnen of vasten op als een periode van voedselschaarste, en probeert in die tijd zoveel mogelijk
calorieën te halen uit het (weinige) voedsel dat we eten. Stoppen we met lijnen, dan haalt het
lichaam extra veel energie uit het voedsel dat we vervolgens eten, om de opgelopen achterstand
weer snel te kunnen inhalen.
Ontwikkeling van het lichaamsbeeld: Onderdeel van iemands zelfconcept is zijn lichaamsbeeld: de
voorstelling die iemand zich maakt van zijn eigen lichaam. Daarbij spelen objectieve kenmerken een
rol, maar ook subjectieve gevoelens, ideeën en opvattingen. Meisjes slaan in de puberteit meer vet
op dan jongens, omdat ze een toekomstige zwangerschap moeten kunnen voldragen en hun kind
lang genoeg moeten kunnen voeden. In deze ontwikkelingsfase lopen meisjes het risico (symptomen
van) anorexia en boulimia te ontwikkeling.
Vijf eetstoornissen:
- Obesitas: Obesitas, vetzucht, is een term voor ernstig overgewicht door te veel lichaamsvet.
Mensen die hieraan lijden, eten te veel in verhouding tot wat ze verbranden. Binnen de
hulpverlening is er veel aandacht voor obesitas, om drie redenen:
o Obesitas op jonge leeftijd is een risicofactor voor talloze problemen op volwassen
leeftijd;
o Obesitas kan praktisch ongemak en psychische problemen veroorzaken;
o Obesitas is bij kinderen veel beter te behandelen dan bij adolescenten en
volwassenen, omdat hun eet- en gedragsgewoonten minder diep zijn ingesleten.
Obese meisjes ervaren in het algemeen meer problemen dan obese jongens. Obese jongens
met problemen ervaren die eerder aan het begin van de puberteit, obese meisjes vaker met
het ouders worden. Ten slotte maakt het uit of de (sub)cultuur waarin een kind opgroeit een
probleem maakt van dik zijn of niet.
- Eetbuistoornis: Kenmerkend voor de binge eating disorder, eetbuistoornis, is het eten van te
grote hoeveelheden voedsel in te korte tijd, als iemand alleen is en zonder dat hij honger
heeft. Ook hebben mensen tijdens zo’n eetbui het gevoel dat ze hun eetgedrag niet
beheersen.
- Anorexia nervosa: Anorexia nervosa is de bekendste, maar minst voorkomende eetstoornis.
Anorexia betekent letterlijk ‘gebrek aan eetlust’; maar anorectische patiënten onderdrukken
hun eetlust juist. Houdt iemand dat lang vol, dan kan ze uiteindelijk wel haar eetlust
verliezen. De DSM-5 onderscheidt twee subtypen: het restrictieve type (dat veel vast en
, extreem beweegt om tot het lage gewicht te komen) en het eetbuien-/purgerende type (dat
door zelfopgewekt braken of met behulp van laxeermiddelen haar lichaam geforceerd van
voedsel ontdoet). Mensen met anorexia willen mager zijn en hebben een angst om aan te
komen.
- Boulimia nervosa: Mensen met boulimia nervosa hebben het gevoel dat hun eetbuien hun
overkomen, ze hebben er geen controle over. Ze eten in relatief weinig tijd heel erg veel en
kunnen daar niet mee ophouden. Die eetbuien worden afgewisseld met pogingen om de
gevolgen voor hun gewicht tegen te gaan, zoals braken, laxeren en klysma’s gebruiken, of
extreem vasten en veel bewegen.
- Overige voedings- en eetstoornissen: Hieronder vallen allerlei variaties op de vier zojuist
genoemde stoornissen. Het gaat hier vooral om mensen wier eetbuien minder dan één keer
per week voorkomen, of mensen die een atypische anorexia hebben: ze voldoen niet aan het
gewichtscriterium, maar wel aan andere criteria. Daarnaast bestaan tamelijk bizarre vormen
van eetgestoord gedrag, zoals; het nachtelijk eetsyndroom, de purgeerstoornis, orthorexia
nervosa en anorexia athletica.
Differentiaaldiagnose: waar lijkt het op? Voor hulpverleners is het lastig te bepalen welke specifieke
eetstoornis iemand heeft, omdat verschillende eetstoornissen in allerlei opzichten op elkaar lijken.
Bovendien kunnen mensen wisselen van stoornis en kan de ene stoornis zich ontwikkelen tot een
andere. Zo kan een anorexia restrictieve type zich ontwikkelen tot het eetbuien type en vervolgens
boulimia worden. Bij obesitas moeten lichamelijke oorzaken van overgewicht, zoals
stofwisselingsziekte, worden uitgesloten. Voor de andere stoornissen geldt dat heel soms een
depressie als hoofdoorzaak moet worden uitgesloten.
Comorbiditeit: waarmee gaat het vaak samen? De eetbuistoornis, boulimia nervosa en anorexia
nervosa gaan vaak samen met andere psychische problemen. De percentages van comorbiditeit
variëren van 56% (voor anorexia) tot 90% (voor boulimia). Het gaat dan vooral om angst- en
stemmingsstoornissen en stoornissen in het middelengebruik.
Bij obesitas komt de minste comorbididteit voor. Mensen de hun dikke lichaam negatief waarderen,
hebben vaker comorbide stoornissen, zoals eetbuistoornis en depressie. Adolescenten met obesitas
hebben meer gedragsproblemen. Omgekeerd zouden stemmingsstoornissen zoals depressie een
risicofactor zijn voor obesitas. Bij adolescenten met bipolaire stoornis en schizofrenie komen
overgewicht (55%) en obesitas (30%) veel voor.
Prevalentie: hoe vaak komt het voor? Het is onduidelijk hoe vaak eetstoornissen voorkomen. Wel
weren we dat eetstoornissen meer voorkomen bij meisjes en vrouwen dan bij mannen en jongens.
- Overgewicht en obesitas: In Nederland kwam in 2009-2010 overgewicht voor bij 44% van de
volwassen vrouwen en 60% van de volwassen mannen voor. Voor obesitas was dat 13% en
14%. Kinderen en adolescenten hebben minder last van overgewicht en obesitas. 15% heeft
overgewicht en 3% obesitas. Overgewicht komt vaker voor bij kinderen van Turkse en van
Marokkaanse afkomst dan bij autochtone kinderen.
- Eetbuistoornis: Naar schatting komt de eetbuistoornis bij 1% tot 2% van de volwassenen
bevolking voor; en bij naar schatting een derde van de mensen met obesitas. Komt evenveel
voor bij jongens als bij meisjes.
- Anorexia nervosa: Anorexia komt voor bij zo’n 0,3% tot 0,4% van de vrouwen tussen 15 en
30 jaar. Van de vijf-tot zesduizend mensen in Nederland die anorexia hebben, is 5% tot 10%
man.
- Boulimia nervosa: Boulimia komt in Nederland voor bij ongeveer 1,5% van de vrouwen
tussen de 15 en 30 jaar. Het gaat dan om ongeveer twintigduizend personen. Net zoals bij
anorexia is 5% tot 10% van die personen man.
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur Kirstentje. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour $3.20. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.