Recht
12.1
Vermogensrecht is het recht dat betrekking heeft op de rechten en plichten die onderdeel
van iemands vermogen kunnen vormen. Het wordt ingedeeld op goederen- en
verbintenissenrecht. Goederenrecht zijn re regels voor de verhouding tussen burgers en
goederen en verbintenissenrecht zijn de regels voor de verhouding tussen burgers
onderling. Deze is vooral regelend/aanvullend en dynamisch van aard.
12.1.1
Goederen bestaan uit zaken en vermogensrechten. Zaken zijn stoffelijke objecten voor
menselijke beheersing. Vermogensrechten zijn stoffelijke voordelen die overdraagbaar zijn,
al dan niet in combinatie met een ander recht. Een voorbeeld is een crediteur of debiteur.
Deze is op geld gewaardeerd en kan overgedragen worden.
12.1.2
Zaken kunnen onroerend of roerend zijn. Onroerend zijn dingen als gebouwen, grond, etc.
Het zijn register zaken. Roerende zaken zijn alle zaken die niet onroerend zijn.
12.1.3
Registergoederen zijn goederen waarbij voor overdracht of vestiging een inschrijving in een
openbaar register noodzakelijk is. Niet alle registergoederen zijn onroerende zaken, maar
wel alle onroerende zaken zijn registergoederen.
12.1.4
Bijna alle zaken bestaan uit bestanddelen. Dat zijn al hetgeen dat onderdeel uitmaakt van
een zaak en een zaak die met de hoofdzaak zodanig verbonden wordt dat zij daarvan niet
kan worden afgescheiden, zonder dat er beschadiging wordt toegebracht aan een van de
zaken. Het gaat hier voer de verkeersopvatting en niet zo zeer de mechanische verbinding,
zo kan een motor uit een sleepboot worden gehaald zonder beschadiging, maar is het geen
sleepboot meer zonder motor. De eigenaar van de hoofdzaak wordt ook eigenaar van het
bestanddeel.
12.1.5
Met een rechtshandeling wil iemand een rechtsgevolg in het leven roepen. Het moet met
een verklaring worden uitgevoerd, zoals een bestelling. Als de partij de offerte accepteert
treden de rechtsgevolgen (overdracht, betaling, etc.) in werking.
12.2
Eigendom is het meest volledige recht op een zaak. Men mag de zaak gebruiken zoals hij
wil, mitst dit gebruik niet strijdt met rechten van anderen. Wetten, rechten en
jurisprudentie kunnen het eigendomsrecht dus beperken.
,Arrest grensoverschrijdende garage
Meneer Kuipers had een garage laten bouwen, per ongeluk over de grens van de grond van
zijn buurvrouw De Jongh. Maar Kuipers hoefde die niet af te breken, aangezien dat een te
zware straf zou zijn geweest.
12.2.1
Bezit is anders dan eigendom. Het is een toestand. Een bezitter gedraagt zich als eigenaar.
Een bezitter is vaak ook de eigenaar, maar niet altijd. Als het gestolen, verduisterd of
verloren is niet.
12.2.2
Houderschap is ook weer anders. Een houder is een persoon die een goed onder zich heeft,
maar zich niet als eigenaar gedraagt. Hij erkent dat het van iemand anders is. Hij wil en
moet het teruggeven als de eigenaar dat eist.
12.3 (.1, .2, .3)
Eigendom kan op vele manieren worden verkregen, de levering komt het meest voor. Een
geldige overdracht kent 3 eisen:
1. Geldige titel: de koopovereenkomst;
2. Beschikkingsbevoegdheid van de verkoper: verkoper dient zelf het eigendomsrecht
te bezitten;
3. De levering: hier zijn verschillende vormen. Dit is aanvullend recht en mag je dus van
afwijken. De levering is het moment van eigendomsoverdracht, maar daar kan dus
van afgeweken worden.
12.4
Hier gaan we verder met de levering. Ten eerste die van roerende niet-registerzaken. Deze
worden meestal eenvoudig feitelijk overgedragen.
12.4.1
Bij registerzaken is het anders. De koopovereenkomst maakt iemand niet eigenaar, daar is
een notariële akte voor nodig. Tot slot is er pas na inschrijving een nieuwe eigenaar.
12.4.2
De koop van een woning door een consument heeft veel consequenties, daarom zijn er
beschermingen voor de consument opgezet. Ten eerste mag de overeenkomst niet
mondeling, maar moet die schriftelijk. Ten tweede is er 3 dagen bedenktijd. Ten derde is de
koper 6 maanden na inschrijving beschermd tegen faillissement van de verkoper.
12.4.3
Een vordering op naam is de schuld die een debiteur heeft aan een met naam bekende
crediteur. De vordering kan een crediteur aan een ander overdragen. Dit moet met een akte
en een mededeling aan de debiteur. Het heet cederen, de overdracht heet cessie.
, Aantekening: een levering met de lange hand is een levering met een omweg. Een
symbolische levering is bijv. De sleutels aan iemand heven als een levering in plaats van de
auto in iemands armen leggen.
12.5
Bij overdacht gaat eigendom pas over. Bij eigendomsvoorbehoud blijft de leverancier
eigenaar zolang de prijs nog niet volledig betaald is. De eisen voor overdracht zijn:
- Beschikkingsbevoegdheid;
- De aanwezigheid van een rechtsgeldige aanleiding voor de overdracht (titel);
- Het in acht nemen van de rechtsgeldige leveringsvereisten.
12.5.1
Leverancierskrediet is alleen geldig bij:
- Tegenprestatie voor krachtens overeenkomst geleverde of te leveren zaken;
- Tegenprestatie naast levering ook de verrichte werkzaamheden;
- Schadevergoeding.
Als eigendomsvoorbehoud voor meer beidt dan zekerheid is het nietig.
12.6
Vaak moet er voor een overeenkomst onderhandeld worden. Hier hebben de partijen
gedragsplichten en moeten ze zich redelijk en billijk gedragen. Dit is onderdeel van de
precontractuele periode.
12.6.1
Afbreken van onderhandelingen is grotendeels een vrije keuze, maar niet altijd. Het is niet
altijd toegestaan als bij de wedepartij het vertrouwen is gewekt dat er een overeenkomst
tot stand zou komen. Afbreken kan dan tot schadevergoeding leiden.
Arrest Plas-Valburg
Nadat er onderhandeld was en de offerte van Plas door de gemeente Valbrug aanvaardbaar
was bevonden, was bij Plas het vertrouwen gewekt dat er een overeenkomst aankwam.
Toen de gemeenteraad ging beslissen, en uiteindelijk koos voor een ander plan dat veel
later was ingediend, kreeg Plas een schadevergoeding.
12.7
De overeenkomst is een rechtshandeling waar partijen een verbintenis aangaan. Er
ontstaan rechtsgevolgen (rechten en verplichtingen). Het kan niet eenzijdig opgezegd
worden. Niet elke afspraak is een overeenkomst, hij moet wel juridisch afdwingbaar zijn.
12.7.1
Ook bij een overeenkomst geld redelijkheid en billijkheid.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller justusvanderkam. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.86. You're not tied to anything after your purchase.