Summary
Samenvatting van het boek 'Biological Psychology' 13e editie. Eerste deeltentamen; hoofdstuk 0 t/m 7
- Course
- Institution
- Book
Samenvatting van het boek met aanvullende plaatjes.
[Show more]
Connected book
Book Title:
Author(s):
- Edition:
- ISBN:
- Edition:
More summaries for
-
Test Bank For Biological Psychology, 14th Edition, James W. Kalat || Complete Guide A+||Latest Update 2024
-
Test Bank For Biological Psychology, 14th Edition, James W. Kalat Fully Covered Complete Guide A+ Solution ISBN:9781305105409 Newest Version
-
Test Bank For Biological Psychology, 14th Edition, James W. Kalat || Complete Guide A+||Latest Update 2024
Seller
Follow
margohelmus
Content preview
Samenvatting BiopsychologieIntroductie
Onderwerpen Biopsychologie:
o Genetica
o Evolutie
o Hormonen
o Lichaamsfysiologie
o Hersenmechanismen
Het universum heeft 4 fundamentele krachten:
1. Zwaartekracht
2. Elektromagnetisme
3. Sterke kernkracht
4. Zwakke kernkracht
Snaartheorie (string theory): een tak van de natuurkunde die wiskundig onderzoek doet naar de manier
waarop het universum zou kunnen zijn. Volgens hen is dit de enige manier. Van alle mogelijke universa zijn
er maar weinig die leven ondersteund:
o Als de zwaartekracht zwakker zou zijn, zouden er geen sterren en planeten zijn. Als het sterker was,
zouden sterren hun brandstof te snel opgebruiken om leven te laten evolueren.
o Als de elektromagnetische kracht sterker zou zijn, zouden de protonen in een atoom elkaar zo sterk
afstoten dat atomen uit elkaar zouden barsten.
o Als de zwakke kernkracht ofwel een beetje sterker of zwakker zou zijn, zou een ster niet kunnen
exploderen. Het exploderen van een ster is nodig om bijvoorbeeld waterstof te krijgen.
o Door de exacte verhouding van de elektromagnetische kracht tot de sterke kernkracht, gaan helium en
beryllium in resonantie (trilling) binnen een ster, waardoor ze gemakkelijk kunnen samensmelten tot
koolstof, wat essentieel is voor het leven zoals wij dat kennen.
o De elektromagnetische kracht is 10 tot de macht 40 keer sterker dan de zwaartekracht. Als de
zwaartekracht sterker zou zijn, zouden er geen planeten ontstaan. Als het zwakker was, zouden
planeten alleen uit gassen bestaan.
o De massa van een neutron is 0,14% groter dan die van een proton. Als het verschil iets groter was
geweest, zou alle waterstof zijn gefuseerd tot helium.
o Als watermoleculen elkaar wat minder zouden aantrekken, zou al het water gas zijn. Maar als ze elkaar
wat sterker zouden aantrekken, zou water altijd een vaste stof zijn.
Mind-brain problem: het universum bestaat uit materie en energie. Maar er is geen duidelijke verklaring
voor het bewustzijn. Chalmers en Rensch stelden dat bewustzijn een fundamentele eigenschap van materie
is. Een fundamentele eigenschap is een eigenschap die niet tot iets anders kan worden herleid, bijvoorbeeld
massa en elektrische lading. Maar na deze stelling is het nog steeds moeilijk te begrijpen wat bewustzijn nou
daadwerkelijk is.
Richtingen van het lichaam:
o Dorsaal: van bovenaf
o Ventraal: van onderaf
Drie hoofdpunten uit dit boek:
1. Waarneming vindt plaats in de hersenen. Wanneer iets contact maakt met je hand, stuurt de hand een
bericht naar je hersenen. Je voelt het in je hersenen, niet in je hand.
, 2. Geestelijke activiteit en bepaalde soorten hersenactiviteit zijn onafscheidelijk. Dit heet monisme; het
idee dat het universum uit slechts één soort wezen bestaat. Het tegenovergestelde hiervan is dualisme;
het idee dat de geest één soort substantie is en materie een andere.
3. Het is handig om voorzichtig te zijn met wat een verklaring is en wat niet. Wat leidt tot het ene en wat
leidt tot het andere? Het ene hoeft niks te maken met het andere.
Biologische verklaringen van gedrag:
o Fysiologisch: relateert een gedrag aan de activiteit van de hersenen en andere organen. Dit gaat over
de machinerie van het lichaam.
o Ontogenetisch: de oorsprong van het zijn. Dit beschrijft hoe een structuur of gedrag zich ontwikkelt,
inclusief de invloeden van genen, voeding, ervaringen en hun interacties.
o Evolutionair: reconstrueren van de evolutionaire geschiedenis van een structuur of gedrag.
o Functioneel: beschrijven waarom een structuur of gedrag is geëvolueerd zoals het is gegaan. Het gen
met een voordeel die is geëvolueerd.
Voorbeeld verklaringen:
Soort verklaring Voorbeeld van vogelzang
Fysiologisch Een bepaald gebied van de hersenen van een
zangvogel groeit onder invloed van testosteron;
daarom is het groter bij broedende mannetjes.
Ontogenetisch Bij bepaalde soorten leert een jonge mannelijke
vogel zijn lied door naar volwassen mannetjes
te luisteren. De ontwikkeling van het lied vereist
bepaalde genen en de mogelijkheid om het
juiste lied te horen tijdens een gevoelige
periode.
Evolutionair Bepaalde soorten hebben vergelijkbare liedjes.
Dit suggereert dat de twee zijn geëvolueerd uit
één voorouder.
Functioneel Bij de meeste vogelsoorten zingt alleen het
mannetje. Hij zingt alleen tijdens het
reproductieve seizoen en alleen in zijn
territorium. De functies van het lied zijn om
vrouwtjes aan te trekken en andere mannetjes
te waarschuwen.
Het gebruik van dieren in onderzoek
Redenen waarom dieren worden gebruikt voor het onderzoeken van het menselijk brein:
o De onderliggende gedragsmechanismen zijn vergelijkbaar tussen soorten en soms gemakkelijker te
bestuderen bij een niet-menselijk soort. De hersenen en het gedrag van niet-menselijke gewervelde
dieren lijken qua chemie en anatomie op die van mensen, maar zijn kleiner en gemakkelijker te
bestuderen.
o De interesse in het mechanisme van het dier.
o Wat we leren werpt licht op de menselijke evolutie.
o Wettelijke of ethische beperkingen verhinderen bepaalde soorten onderzoek op mensen.
In sommige gevallen observeren onderzoekers dieren; zoals het gedrag en voeding. Dit levert geen ethische
problemen op. Er zijn echter wel onderzoeken geweest waarbij dieren blootgesteld zijn aan
hersenbeschadiging, implantatie van elektroden, injecties etc. Dit is natuurlijk verschrikkelijk, maar het is
niet voor niks geweest. Deze onderzoeken zijn van cruciaal belang geweest voor het medisch onderzoek wat
heeft geleid tot een preventie of behandeling van ernstige aandoeningen.
,Verzet onderzoek dieren
o Minimalisten tolereren bepaalde soorten dierproeven, maar willen andere beperken of verbieden.
Volgens hen hangt dit af de waarde van het onderzoek, het ongemak van het dier en het type dier. Zij
zijn voorstander van strenge regels.
o (Reduction) vermindering van het aantal dieren.
o (Replacement) vervanging van dieren. Bijvoorbeeld met behulp van computers.
o (Refinement) verfijning. Het aanpassen van procedures om pijn en ongemak te verminderen.
o Institutional animal care and use committee: zij evalueren, beslissen of experimenten acceptabel zijn.
o Society of neuroscience: publiceren richtlijnen voor het gebruik van dieren in onderzoek.
o Abolitionisten stellen dat dieren dezelfde rechten hebben als mensen. Zij beschouwen het doden van
een dier als moord en het houden van een dier in een kooi als slavernij. Dieren kunnen namelijk geen
toestemming geven.
, Hoofdstuk 1: zenuwcellen en zenuwimpulsen
Module 1.1: de cellen van het zenuwstelsel
Het zenuwstelsel bestaat uit twee soorten cellen:
1. Neuronen: ontvangen informatie en geven deze door aan andere cellen.
2. Glia: heeft veel functies die moeilijke samen te vatten zijn.
Santiago Ramón y Cajal
Aan het eind van de 19e eeuw gebruikte Santiago Ramón y Cajal nieuw ontwikkelde kleurtechnieken om aan
te tonen dat een kleine opening de punt van de vezel van een neuron scheidt van het oppervlak van het
volgende neuron. Het onderzoek van Cajal toonde aan dat zenuwcellen gescheiden blijven in plaats van in
elkaar over te gaan. Hij en Charles Sherrington worden algemeen erkend als de belangrijkste grondleggers
van de neurowetenschappen.
De structuren van een dierlijke cel
o Membraan: het oppervlak van een cel. Dit is een structuur die de binnenkant van de cel scheidt van de
buitenkant. De meeste chemicaliën kunnen het membraan niet passeren, maar eiwitkanalen in het
membraan zorgen voor een gecontroleerde stroom van water, zuurstof, natrium, kalium, calcium,
chloride en andere belangrijke chemicaliën.
o Chromosomen: zit in de kern van bijna alle dierlijke cellen.
o Mitochondrion: de structuur die metabolische activiteiten uitvoert en de energie levert die de cel voor
alle activiteiten gebruikt. Mensen met overactieve mitochondriën hebben de neiging om hun brandstof
snel te verbranden en oververhit te raken, zelfs in een koele omgeving. Mensen vanwaar de
mitochondriën minder actief zijn dan normaal, zijn vatbaar voor depressie en pijn.
o Ribosomen: plaatsen in een cel die nieuwe eiwitmoleculen synthetiseren. Sommige ribosomen zweven
vrij in de cel, maar andere zijn vastgemaakt aan het endoplasmatisch reticulum; een netwerk van
dunne buisjes die nieuw gesynthetiseerde eiwitten naar andere locaties transporteren.
Plaatje figuur 1.2 blz 19
De structuur van een neuron
Het meest onderscheidende kenmerk van neuronen zijn hun vorm. Deze vorm kan van neuron tot neuron
verschillend zijn; dit hangt van hun functie af. In tegenstelling tot de meeste andere lichaamscellen hebben
neuronen lange vertakkingen.
o Alle neuronen hebben een soma (cellichaam) en de meesten hebben ook dendrieten, een axon en
presynaptische uiteinden.
o Motorneuron: heeft zijn soma in het ruggenmerg en ontvangt excitatie (tijdelijke verplaatsing) via zijn
dendrieten en geleidt impulsen langs zijn axon naar een spier.
o Sensorisch neuron: is aan het uiteinde gespecialiseerd om zeer gevoelig te zijn voor een bepaald type
stimulatie, zoals licht geluid of aanraking. Hij geleidt aanrakingsinformatie van de huid naar het
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller margohelmus. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.82. You're not tied to anything after your purchase.
Can Stuvia be trusted?
4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)
72042 documents were sold in the last 30 days
Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now