HC 3 Nederland 1948-2008:
DC 1 De Nederlandse maatschappij (1948-1978):
Voor de oorlog had Nederland een neutraliteitspolitiek, maar in de Tweede Wereldoorlog
toch aangevallen door Duitsland. In 1948 tot 1978 was NL meer actief in de wereldpolitiek.
De dreiging van de SU hing boven het hoofd en NL werd lid van de NAVO, het westerse
militaire samenwerkingsverband. In de periode van de Koude Oorlog probeerde de VS als
SU invloedssfeer in Europa te vergroten. VS hielp bijvoorbeeld met de wederopbouw door
middel van de Marshallhulp. NL deed ook mee aan andere samenwerkingsverbanden zoals
de EGKS en was een van de oprichters van de Europese Economische Gemeenschap
(EEG), voorloper van de EU. In de oorlog was NL heel erg verarmd, en de opbouw duurde
tot halverwege jaren '50. De regering nam ook maatregelen. De regering was na de oorlog
de socialistische Partij van de Arbeid en de Katholieke Volkspartij (KVP). Er werd gesproken
van een rooms-rode regering. Ze geloofden in een maakbare samenleving, wat inhoudt
dat de regering de economie kon sturen voor betere samenleving met meer economische
gelijkheid. Toen werd ook de geleide loonpolitiek ingevoerd. De lonen werden laag
gehouden, zo konden er meer werknemers in dienst genomen worden, dus minder
werkloosheid. De producten waren ook relatief goedkoop, waardoor er veel geëxporteerd
werd. In de jaren '60 werd in Groningen veel aardgas gevonden.
De snel groeiende welvaart had twee belangrijke gevolgen: Er werd een verzorgingsstaat
opgebouwd. Omdat de regering vond dat iedereen een bestaansminimum moest hebben en
goede zorg moest kunnen krijgen. Bijvoorbeeld de wetten, ziektewet, AOW, WAO, bijstand,
kinderbijslag enz.
Ook kwam de consumptiemaatschappij, er kwam in de jaren 60 een eind aan de geleide
loonpolitiek en lonen stegen sterk. Daardoor konden er producten worden gekocht die eerst
te duur waren.
Ook was er na WO2 een babyboom. Ook werd het aantal inwoners beïnvloed door
migratie. Duizenden Nederlanders verhuisden naar Australië, Nieuw-Zeeland en Canada.
Eind jaren 60 keerde het juist om, de groeiende welvaart en de baankans trokken
gastarbeiders aan. Eerst uit landen als Spanje en Italië, later uit Turkije en Marokko. In de
jaren 70 bleven veel gastarbeiders in NL wonen. Door dekolonisatie kwamen er ook nieuwe
groepen naar NL.
Dekolonisatie in Indonesië verliep niet fijn. Nederland erkende de onafhankelijkheid van
Indonesië lange tijd niet en voerde een koloniale oorlog. Waren veel politionele acties en
een hele bersiap periode. De Surinaamse onafhankelijkheid verliep een stuk fijner.
Voor WO2 was de Nederlandse maatschappij verzuild. Rond 1960 begon de ontzuiling van
het sociale en politieke leven. Doordat steeds minder mensen naar de kerk gingen, raakten
zij de binding met hun protestantse of katholieke zuil kwijt. Jongeren vooral voelden zich niet
langer thuis in dit zuilensysteem. Ze droegen spijkerbroeken, reden op bromfietsen en en
luisterden naar Britse en Amerikaanse popmuziek. Binnen deze jeugdcultuur had je
verschillende groeperingen.
De nozems uit de jaren 50 (brommers, vetkuiven), daarna de provo's uit de jaren 60
(samenleving opschudden door speelse acties), hippies (harde realiteit ontvluchten met
liefde, muziek en softdrugs).
In jaren 60 en 70 eisten deze groepen meer inspraak. Ook de positie van de vrouwen
veranderde in deze periode. Tot aan 1956 mochten getrouwde vrouwen volgens de wet
geen beslissingen nemen. In 1956 werd dit, de handelingsonbekwaamheid, afgeschaft. En
in jaren 60 kwam de tweede feministische golf op gang. Bijvoorbeeld de Dolle Mina voor
recht op abortus. De MVM (Man Vrouw Maatschappij) wilde een beter overheidsbeleid om
gelijke rechten voor mannen en vrouwen te bereiken. Ook werd de pil ingenomen. Vanaf de
jaren 80 begonnen vrouwen steeds meer hun eigen geld te verdienen.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Nerdjje12. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.40. You're not tied to anything after your purchase.