Bestuursrecht = het recht voor, van en tegen het overheidsbestuur.
Bestuursrecht gaat over een goed geordende samenleving waarin de
overheid iedereen eerlijk behandelt. Daarnaast betreft het regels en
middelen die burgers tegen de overheid kunnen inzetten op het moment
dat zij het gevoel hebben oneerlijk behandeld te worden.
Het bestuursrecht geldt daar waar bestuursorganen besturen. Maar wie
zijn de bestuursorganen? Dit is te vinden in art. 1:1 lid 1 Awb.
Art. 1:1 lid 1 sub a omschrijft de ‘A-organen’: een orgaan van een
rechtspersoon die krachtens publiekrecht is ingesteld.
Art. 1:1 lid 1 sub b omschrijft de ‘B-organen’: een ander persoon of college
met enig openbaar gezag bekleed. Deze B-organen kunnen weer worden
onderscheiden in twee soorten:
1. Wettelijk;
Een college of persoon die rechtspersoonlijkheid uit de wet heeft
verkregen en is belast met een publieke taak, dit zijn vaak
stichtingen of andere privaatrechtelijke rechtspersonen.
2. Buitenwettelijk;
Een college of persoon die anderszins is bekleed met openbaar
gezag, niet uit de wet maar op basis van een materieel criterium.
De buitenwettelijke B-organen zijn verder gedefinieerd in de
jurisprudentie, o.a. in het stichting silicose-arrest.
Stichting silicose-arrest
In deze zaak ging het om mijnwerkers die in mijnen werkten onder toezicht
van de overheid en jaren later werd bekend dat deze mijnwerkers
stoflongen (silicose) kregen door het werken. Een ziekte waaraan je
uiteindelijk kon overlijden. De overheid wou niet expliciet de
aansprakelijkheid bevestigen en richtte daarom een stichting op met
overheidsgeld en keerde op deze manier geld uit aan de gedupeerden.
Bij 1 van de ex-mijnwerkers werd en uitkering geweigerd en hij ging
daartegen in bezwaar. Om in bezwaar te kunnen gaan moet het gaan om
een besluit, en die moet genomen zijn door een bestuursorgaan. Het is
dus van belang om te weten of de stichting silicose een bestuursorgaan is.
Uiteindelijk werd geoordeeld dat de stichting silicose een bestuursorgaan
was en wel om twee redenen:
1. Er is een financiële band met de overheid: minstens 2/3 van het geld
van de stichting moet afkomstig zijn van een A-orgaan.
2. Er is een inhoudelijke band met de overheid: ministers bemoeien
zich met de uitoefening.
Omdat er een zodanige verwevenheid is met de overheid, financiële en
inhoudelijke band, dan is zo’n stichting aan te merken als B-orgaan.
, Wat doen bestuursorganen?
1. Presterend bestuur: dit zijn organen die bepaalde prestaties
leveren, bijvoorbeeld het verstrekken van uitkeringen en subsidies.
Voornamelijk begunstigde bevoegdheden.
2. Dwingend/handhavend bestuur: dit zijn organen die
bevoegdheden hebben om dwangsommen en boetes op te leggen
indien een burger zich niet conform de regels gedraagt. Dit zijn
voornamelijk belastende bevoegdheden.
Het verschil tussen begunstigde en belastende bevoegdheden zit in
de rechterlijke toetsing. Bij begunstigde bevoegdheden toetst de
rechter marginaal en bij belastende bevoegdheden zo goed als vol.
3. Bestuur ter uitvoering van EU-recht: dit zijn organen die zich
bezig houden met de Europese wetgeving en de harmonisatie
hiervan in de nationale rechtsorde.
4. Schadeveroorzakend bestuur: hier gaat het om organen die
belastende besluiten hebben genomen en deze zijn nadelig voor de
burger en richten schade aan de burger.
5. Bestuur d.m.v. privaatrecht: de overheid ‘verstopt’ in een
privaatrechtelijk rechtspersoon in hoeverre is het publiekrecht
hierop van toepassing?
Hoe komen bestuursorganen aan bevoegdheden?
In een rechtsstaat is het zo geregeld dat een overheid een bevoegdheid
moet hebben voorafgaand aan het optreden. Dit wordt ook wel het
legaliteitsbeginsel genoemd; overheidsoptreden moet in principe altijd
worden vastgelegd in de wet.
Bevoegdheden kunnen aan bestuursorganen worden geattribueerd,
gedelegeerd of gemandateerd. Attributie is toebedeling van een ‘nieuwe’
bevoegdheid aan het bestuursorgaan. Bij delegatie wordt een
bevoegdheid overgedragen aan een ander bestuursorgaan, dit
bestuursorgaan dat de bevoegdheid ‘ontvangt’ gaat deze bevoegdheid
zelfstandig, onder eigen verantwoordelijkheid, uitoefenen. Als een
bevoegdheid wordt gemandateerd wordt er ook een bevoegdheid over
gedragen aan een ander bestuursorgaan, maar de verantwoordelijkheid
blijft berusten bij het bestuursorgaan dat de bevoegdheid mandateert.
De bestuurden
Wie worden er bestuurd door het bestuur? Dit zijn (meestal) de burgers.
Hierbij is van belang om het volgende vast te stellen:
1. Wiens rechtspositie wordt er door de bestuursorganen bepaald?
2. Wie worden er door de genomen besluiten geraakt?
3. Wie krijgen er bestuursrechtelijke rechten en bevoegdheden? bijv.
wie mag er bij de bestuursrechter procederen?
Belanghebbenden
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller MRang. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.58. You're not tied to anything after your purchase.