100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
complete samenvatting van alle Kunst Algemeen examenstof $8.05
Add to cart

Summary

complete samenvatting van alle Kunst Algemeen examenstof

 11 views  0 purchase
  • Course
  • Level
  • Book

Dit document bevat alle examen content die je moet weten. Ook staan er nog dingen in waar je op moet letten bij het beantwoorden van je examenvragen.

Preview 2 out of 15  pages

  • No
  • Hoofdstuk 4, 7, 8 en 9. alle examen onderwerpen
  • May 18, 2022
  • 15
  • 2021/2022
  • Summary
  • Secondary school
  • 6
avatar-seller
Hofcultuur in de 16e en 17e eeuw
In de 16e eeuw is Italië het centrum van de Renaissance. In de 15 e eeuw richtten de humanisten zich
al op de capaciteiten van de individuele mens, maar in de 16 e eeuw wilden ze die capaciteiten ook
daadwerkelijk gaan gebruiken. Het ideaal was de homo universalis: de trotse mens die alles kan. Er
brak een periode aan waarin veel projecten werden gestart die niet altijd haalbaar waren.

Een goed voorbeeld van de homo universalis is Michelangelo. In 1501 krijgt hij de opdracht een
beeld te maken van David, een Bijbelse held. Het moest een beeld worden van 5 meter gehakt uit 1
blok marmer. Dit beeld kreeg een ere plek. In 1505 vertrekt Michelangelo naar Rome want Rome
wordt het nieuwe centrum van de Renaissance.

Het beeld dat Michelangelo had gemaakt leek op een Grieks godenbeeld. Dat kwam omdat de
Renaissance een tijd is van ‘wedergeboorte’ van de klassieken. Michelangelo had veel onderzoek
gedaan naar de anatomie (oude beelden bekijken + eigen onderzoek). Hij gebruikte de anatomie niet
alleen om het beeld realistisch te laten lijken, maar ook om bepaalde uitdrukkingen te weergeven en
daarmee een verhaal te kunnen vertellen.

In de renaissance verandert de kijk van mensen op kunstenaars. Daar waar ze eerst als
ambachtslieden werden beschouwd worden ze nu als ware helden gezien.

De hoveling: het ideaal voor elke hoveling is om een homo universalis te zijn, vooral kunstenaars
worden zo gezien. Een volmaakte hoveling moet veelzijdig zijn. Hij moet veel kunnen, veel weten op
het gebied van literatuur, geschiedenis, muziek en theater, heeft goede manieren en is een goede
soldaat. Een hoveling mag niet laten merken dat iets hem moeite kost.

Vasari: Vasari schreef in 1550 een boek over de levens van Italiaanse kunstenaars. Hij was de eerste
die de renaissance en voorgaande eeuwen als middeleeuwen (iets negatiefs) te benoemen. Hij
schrijft over hoe kunstenaars opkrabbelden vanuit deze tijd en uiteindelijk beter werden dan de
kunstenaars uit de klassieke oudheid. De grootste kunstenaar was Michelangelo, maar ook Leonardo
da Vinci kreeg een goddelijke status.

Leonardo da Vinci: da Vinci had veel vrijheid bij het uitvoeren van opdrachten. Hij werkte aan het hof
in Milaan waar hij onder andere wapens, waterleidingen en dingen als toneeldecors,
feestversieringen en een enorm ruiterstandbeeld dat onvoltooid bleef. Hij deed ook veel
anatomische studies en maakte ontwerpen voor vliegmachines en fietsen. De Mona Lisa is een van
zijn bekendste werken.

De menselijke maat: de architectuur en verschillende typen gebouwen uit de Romeinse tijd werden
enorm veel bestudeerd Vitruvius beschreef in zijn boek Architectura de architecten als homo
universalis. Voor Vitruvius had het ideale bouwwerk de onderlinge verhoudingen van een menselijk
lichaam. De homo quadrarus (Vitruviaanse man) is een poging van Leonardo da Vinci om deze
verhoudingen te tekenen. Het kunstwerk benadrukt dat de schepping van de mens door God een
wiskundige constructie moet zijn, en is een goed voorbeeld van de manier waarop in de renaissance
de klassieke oudheid wordt verbonden met de christelijke leer.

Villa suburbana: Giorgio Vasari bouwt voor zichzelf de eerste villa suburbana, een buitenhuis vlakbij
de stad. Dit doet hij omdat er in de stad groot verlangen is naar het platteland. Palladio speelt daarop
in met de woonhuizen die hij ontwerpt. In de ontwerptekeningen zijn vierkanten en cirkels te
herkennen, en daarvan afgeleid de kubus en de bol. Dit is gebaseerd op de wiskundige constructies
van Vitruvius.

, In de 16e eeuw kiezen machtige en welvarende families steeds meer voor het uiterlijk vertoon,
omdat ze vinden dat ze trots mogen zijn op wat ze hebben bereikt.

De renaissancetuin: in 1549 koopt een welvarende familie met een hoge status een groot hof (paleis)
buiten de stad. Er is veel ruimte en er wordt een enorme tuin aangelegd; de boboli. In de renaissance
tijd worden nog veel meer van zulke tuinen aangelegd. Het zijn tuinen met wandelpaden langs
kopieën van klassieke beelden, vijvers, fonteinen, uitkijkpunten en een collectie van antieke kunst. Er
is ook een amfitheater in de tuin om feesten en theatervoorstellingen buiten te kunnen houden. Een
van de best gedocumenteerde feesten is een huwelijk met een groot toneelstuk die meerdere malen
werd onderbroken door intermedi (tussenstukjes die los staan van het toneelstuk) wat gebruikelijk
was in die tijd.

De muziek aan de belangrijkste Italiaanse hoven werd in de 16 e eeuw vooral verzorgd door Vlaamse
componisten. De muziek wordt gedrukt en kan snel verspreid worden en tekstexpressie wordt steeds
belangrijker.

Muziekdrukken: in Venetië verschijnen rond 1500 de eerste muziekdrukken. Ook Antwerpen wordt
in de loop van de tijd een belangrijke uitgeversstad. Door het drukken van muziek kunnen
streekgebonden muziekstijlen elkaar beïnvloeden. Doordat muziek van componisten als belangrijke
componist Di Lasso snel verspreidt, wordt de status van componisten beter.

Madrigalen: In deze tijd werden madrigalen heel beroemd. Het zijn kleine stukjes muziek waarin de
emotie en tekst heel belangrijk is. De instrumentale muziek gaat mee in de emotie in de tekst.

L’Orfeo: deze opera is geschreven door Claudio Monteverdi een hofcomponist. De tekst wordt
voorafgaand aan de voorstelling aan het publiek uitgedeeld zodat het kan meelezen. Het wordt
éénstemmig gezongen in het Italiaans. Als begeleiding hoor je de basso continuo. Alleen de melodie
en de bas worden uitgeschreven. Er is aan het begin ook een verteller die het stuk inleidt.

Seconda pratica: de prima pratica houdt zich aan de regels die door de eeuwen heen voor muziek
zijn bedacht. Tekst is ondergeschikt. In de seconda pratica wordt de muziek echter gebruikt om de
tekst te versterken, ook als dit betekent dat de muzikale wetten daarmee worden overtreden. Dit zie
je ook terug in het L’Orfeo.

Venetiaanse opera: in de publieksopera krijgen de personages meer menselijke trekken, hoewel ze
vaak nog wel op mythologische figuren zijn gebaseerd. Koren verdwijnen en de muzikale gedeelten
worden vaak niet meer uitgeschreven.

Vanaf het begin van de 16e eeuw krijgen kunstenaars opdrachten voor nieuwe kerkelijke
monumenten in Rome. Pausen geven opdrachten voor gebouwen en schilderijen die grootsheid van
de katholieke kerk vergroten. Rome wordt nu in plaats van Florence de hoofdstad van de Italiaanse
kunst. De Barok ontstaat -> kunstenaars zijn vrijer.

Sint-Pieter: rond 1503 besluit Paus Julius de tweede dat de Sint-Pietersbasiliek moet worden
vervangen. Het duurt meer dan een eeuw voordat deze uiteindelijk klaar is. Bijna alle belangrijke
kunstenaars zijn als architecten bij het project betrokken (denk aan Raphael, Michelangelo en
Bernini). Michelangelo en Bernini zijn de meest bepalende architecten van het gebouw.
Michelangelo ontwerpt het exterieur met pilasters en bepaalt de omvang en vorm van de
uiteindelijke koepel. Bernini ontwerpt het voorplein met de ‘armen’ en een groot deel van het
interieur.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller larissaderks. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $8.05. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

50064 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$8.05
  • (0)
Add to cart
Added