Het is een samenvatting over De Verlichting met nadruk op Frankrijk, Amerika en Nederland. Ook komen verlichte denkers, emancipatiebewegingen en politiek-maatschappelijke stromingen aanbod.
Welke ideeën ontstonden tijdens de Verlichting over een meer rechtvaardige
samenleving (1650 – 1789)?
In de 17e eeuw begon de Wetenschappelijke Revolutie. Dat had verschillende oorzaken:
Ontdekkingsreizen vanaf de 15e eeuw, samenwerking van de wetenschap en ambachtelijke
technieken, boekdrukkunst, humanistische tekstanalyse, rationalisme van Descartes (logica)
en empirisme van Locke (zintuiglijke waarneming en ervaring). Hierdoor kwam de
dominante rol van godsdienst in de samenleving ter discussie te staan. Mensen wilden zelf
bepalen wat ze geloofden.
Vanaf 1650 ontstond het verlicht denken. Verstand en rede werden belangrijk en
wetenschappelijke methoden moesten worden toegepast op de samenleving. Alles moet
worden getoetst aan de criteria van redelijkheid. Scheiding van kerk en staat vonden zijn
belangrijk. Ook opvoeding, onderwijs en verspreiding van kennis werd belangrijk. Alle
kinderen waren gelijk en met goed onderwijs hadden ze gelijke kansen. Kennis werd
gebundeld en verspreid door het pamflet en het boek.
Sociale verhoudingen veranderden ook. Je bijdrage was belangrijker dan je sociale klasse.
Alle ideeën leidden tot optimisme en geloof in maatschappelijke vooruitgang.
John Locke vond dat iedereen vrij en gelijk was geboren met grondrechten zoals recht op
leven, vrijheid en bezit. Hij was de grondlegger van het liberalisme.
Jean-Jacques Rousseau vond volkssoevereiniteit de enige bron van staatsgezag. Hij wilde
directe democratie, vrijheid en gelijkheid maar geen privébezit. Hij was net als Locke voor
een sociaal contract tussen vorst en volk.
Charles de Montesquieu ontwikkelde de trias politica. De wetgevende, uitvoerende en
rechterlijke macht controleren elkaar. Hij is de grondlegger van het socialisme.
Adam Smith bedacht de vrijemarkteconomie bestaande uit vraag en aanbod. Hij geloofde in
de ‘onzichtbare hand’ die de welvaart zou sturen. Hij stond aan de basis van het kapitalisme.
De ideeën van de verlichte denkers werden veel besproken en zorgden voor een verandering
in de politieke cultuur. Vorsten moesten rekening houden met de publieke opinie. Vorsten
streefden juist naar absolutisme, vanwege het droit devin. Sommige vorsten verboden
verlichtingsideeën, anderen gaven er licht aan toe; verlicht absolutisme.
, Hoe werden verlichte ideeën tijdens de democratische revoluties in de
Verenigde Staten en Frankrijk in de praktijk gebracht (1776 – 1813)?
Britse kolonisten kwamen in opstand tegen de hoge belastingen vanuit Groot-Brittannië die
voortdurend oorlog voerden. Ze hadden zelf nauwelijks inspraak in het bestuur. Ze wilden
zelfbeschikkingsrecht. De Britse koning George III gaf na aandringen van de committees of
correspondence niet toe aan hun verzoeken en daarop startte de kolonisten de Amerikaanse
Onafhankelijkheidsoorlog (1775 – 1783). Op 4 juli 1776 werd door de kolonisten de
Onafhankelijkheidsverklaring opgesteld, geïnspireerd op het Plakkaat van Verlatinghe.
George Washington leidde deze strijd. Thomas Paine had het pamflet Common Sense
uitgebracht en dat zorgde voor veel steun. In 1783 wonnen de kolonisten van de Britten.
In 1787 werd de Grondwet van de Verenigde Staten aangenomen die de ideeën van de
Verlichting weerspiegelde. De Verenigde Staten werden een federale staat met een trias
politica (president, congres, hooggerechtshof). Daarnaast stonden er grondrechten in.
Bepaalde burgers werden in de praktijk nog gediscrimineerd. Daarnaast kwam het noorden
tegenover het zuiden te staan. Het noorden wilden een sterke centrale overheid die hun
producten beschermde tegen de Britten. Het zuiden wilden een centrale overheid met
weinig inspraak zodat ze zelf meer konden beslissen. Het noorden wilden slavernij
afschaffen, hier speelde handel meer dan slavenhandel. De zuidelijke staten wilden slavernij
in stand houden, hier waren veel plantages waar ze geld aan verdienden.
In de 18e eeuw was in Frankrijk nog een standenmaatschappij. De eerste stand waren de
geestelijken, zij hielpen de vorst met bestuur. Ze hadden veel voorrechten. De tweede stand
was de adel, zij hadden veel voorrechten en beschermden de eerste en derde stand. De
derde stad waren de boeren en burgers en de bourgeoisie. Deze groep betaalde veel
belasting maar hadden geen bestuurlijke inspraak. Er kwam verzet tegen deze
standensamenleving, vooral onder de bourgeoisie. Daarnaast had Frankrijk veel schulden. In
1789 was er een financiële crisis waarbij Lodewijk XVI de Staten-Generaal om hulp vroeg.
Deze stemden niet in met het voorstel en gaven veel klachten aan waar niks mee gedaan
werd, hierna volgde de bestorming van de Bastille op 14 juli 1789, het begin van de Franse
Revolutie.
In 1789 kwam de Verklaring van de rechten van de mens en de burger en in 1791 kwam de
grondwet waardoor Frankrijk een constitutionele monarchie werd. In 1792 kwam een
tweede revolutie waardoor Frankrijk een republiek werd en de Jacobijnen de macht kregen.
Zij wilden zoveel mogelijk macht bij het volk en voerden stemrecht voor mannen in. Ze
waren onder leiding van Maximilien de Robespierre. Ze lieten tegenstanders vermoorden. In
1792 werd Lodewijk XVI onthoofd en kwam er een einde aan het ancien régime.
Rond 1795 namen de Girondijnen de macht over, het Directoire. Zij waren minder radicaal.
In 1799 kwam Napoleon Bonaparte aan de macht. Hij kroonde zichzelf in 1804 tot keizer, hij
veroverde grote delen van Europa en werd dictator. Hij maakte in 1804 zijn eigen wetboek,
Code Napoleon. Hier werd de persoonlijke vrijheid en gelijkheid van burgers in vastgelegd.
Van stemrecht was geen sprake. Hij verloor in 1815 de Slag bij Waterloo.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller emmarenkema. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.85. You're not tied to anything after your purchase.