Theorie voedingsleer:
1. Inleiding
Vroeger: tekorten aan voedingsstoffen waardoor ziekten ontstonden
Bv: scheurbuiken door te weinig vit. C
Nu: overconsumptie wat zorg voor welvaartziekten/beschavingsziekten
Bv: hart- en vaatziekten
Diabetes type 2
Obesitas
2 soorten:
Overvoeding: een grotere opname van energie en macronutriënten (kh, eiwitten, vetten)
Ondervoeding: een tekort aan voedsel, essentiële voedingsstoffen of/en energie
3 belangriijke voedingstekorten in België:
1. Ijzer
2. Jodium
3. Calcium
Wanvoeding: gebrej aan 1 of meerdere macro- of micronutriënten
Voedingsgewoonten:
- wat op tafel komt wordt bepaald door: economische, sociale factoren, culturele factoren
Bv: inkomen, prijs van het voedsel, opvoeding en opleiding
Functies van de voeding:
1. Biologische functie:
- Ons lichaam heeft nutriënten of voedingsstoffen nodig die in het voedingsmiddel aanwezig
zijn.
Nutriënten kunnen ingedeeld worden in:
- Energielevende stoffen: voornamelijk vetten en kh (eiwitten leveren ook energie maar zijn
vooral bouwstoffen) energie hebben we nodig om te overleven.
1g eiwit = 4kcal of 17kJ
1g kh = 4kcal of 17kJ
1g vet = 9kcal of 37kJ
1g alcohol = 7kcal of 29kJ
- Bouwstoffen: eiwitten, water en bepaalde mineralen; ze zijn nodig voor de opbouw van het
lichaam en vernieuwing van het weefsel
- Regulerende stoffen: vitamines,, mineralen en voedingsvezels. Helpen de weerstand tegen
ziekte te verhogen en zorgen voor een goede werking van het lichaam.
1
, 2. Psychologische functie:
- De eetlust kan afgeremd worden door bepaalde gevoelens
3. Sociale en culturele functie:
- Gezellig samen eten, gaan uit eten
4. Medische functie:
- Bij bepaalde ziektes kan voeding een belangrijke rol spelen.
Bv: diabetes
2. Het voedingsvoorlichtingsmodel
2.2 de voedingsdriehoek
- Het is een visueel middel om de basisprincipes van een evenwichtige voeding aan te leren
een realistisch en duurzaam model dat rekening houdt met de actuele eetgewoonten in
Vlaanderen
Grijze zone:
- in het model niet visueel weergegeven-in de meeste gevallen om basisVMdie bepaalde
bewerkingen hebben ondergaan (bv: fruitsap, wit brood)-Of waaraan suiker, vetstof of zout
werd toegevoegd (bv chocolademelk, gezouten noten)
- Door deze bewerking of toevoegingen zijn ze niet meer zo gezond als het basis VM→
geenvoorkeur
- Ze behouden wel nog een zekere voedingswaarde en horen daarom niet thuis in de rode
categorie.
2
, Voedingsmiddelen zijn in 13 categorieën ingedeeld
Bij elke categorie vind je telkens
Voorkeur
Geen voorkeur
Zo weinig mogelijk
Drie uitgangspunten:
1. Eet in verhouding meer plantaardige producten dan dierlijke voeding
2. Verlijd ultrabewerkte voeding zoveel mogelijk
3. Verspil geen voeding en matig je consumptie
3. Voedingsaanbevelingen voor volwassenen
Aan de algemene bevolking worden hoeveelheden aangegeven die nuttig en veilig zijn voor de
gezondheid van de grote meerderheid van de populatie.
Gemiddelde behoefte: AR= Average Requirement
- 50% van de bevolking is voorzien met deze inneming
- 50% van de bevolking is niet voorzien met deze inneming
De aanbevolen hoeveelheden zullen steeds hoger zijn dan de “gemiddelde behoeften” van de
bevolking.
- Gemiddelde behoefte + 2 standaarddeviatie (standaardafwijking)
- “bevolkingsreferentie-opname
- PRI = population reference intake
- 97,5% van de bevolking wordt voorzien met deze aanbeveling
ADH is geen minimum niveau van opname maar een waarde hoger dan de individuele behoefte voor
het grootste deel van de bevolking.
P3-1 staat grafiek
Adequate inneming (AI):
- Bij onvoldoende onderzoeksgegevens
- De gemiddelde behoefte is dus niet bekend
- Het zal hoger zijn dan de aanbevolen hoeveelheid
- AI voorziet in de behoefte van vrijwel de hele bevolking
Maximale toelaatbare inname (MTI):
= Tolerable upper intak level (UL)
- Het hoogste niveau van inname waarbij geen schadelijke gezondheidseffecten waargenomen
of te verwachten zijn volgens momenteel beschikbare gegevens
No observed adverse effect level (NOAEL)
= het hoogste niveau van inname waarbij geen effecten van overdosering zijn waargenomen
3
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller silkeraes. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.96. You're not tied to anything after your purchase.