Samenvatting (belangrijkste uit hoorcolleges en werkgroepen) Law and Governance 2022
25 views 4 purchases
Course
Law And Governance (R_LAWGOV)
Institution
Vrije Universiteit Amsterdam (VU)
Samenvatting van alle hoorcolleges en werkgroepen van het vak Law and Governance uit het jaar van de studie Rechtsgeleerdheid aan de Vrije Universiteit. Ook wordt kort de relevantie van sommige arresten weergeven.
Week 1 Overlast in de wijk, de burgemeester als sheriff
Leerdoelen
● Studenten kunnen identificeren wat de rol is van de burgemeester bij verstoringen van de
openbare orde en lokale leefbaarheidsproblemen.
● Studenten kunnen de aanpak van overlast veroorzaakt in woningen onderscheiden van de
aanpak van openbare ordeverstoringen die plaatsvinden op de openbare weg en kunnen aan de
hand van een casus beargumenteren wat een geschikt instrumentarium is.
● Studenten kennen de inhoud van het artikel 151d Gemeentewet en kunnen kritisch reflecteren
op de toegevoegde waarde en de rol van de overheid bij de aanpak van woonoverlast.
● Studenten kunnen beargumenteerd een standpunt innemen over de juridische
aanvaardbaarheid van de aanpak van woonoverlast door de burgemeester, gelet op het recht op
privacy.
Samenvatting
o Woonoverlast: De hinder die in of direct rond een woning wordt veroorzaakt. Dit gebeurd door
gevaarzetters, drugsdealers of hinderlijken (restcategorie)
o Het optreden tegen woonoverlast is mede een publieke taak; het raakt een publiekelijk belang.
Privaatrechtelijke middelen zijn vaak onvoldoende om woonoverlast goed aan te pakken.
o Nederlandse overheid heeft actieve verplichting om woonoverlast aan te pakken.
o Twee beginselen die botsen bij woonoverlast zijn het vrijheidsbeginsel en het tijdigheidsbeginsel.
o Vrijheidsbeginsel: Overheid moet de autonomie van de burger respecteren en zich zo min
mogelijk bemoeien met diens vrijheid. De overheid mag volgens dit beginsel zich niet zomaar
bemoeien met de privésfeer van de burger. Artikel 10 Grondwet.
o Tijdigheidsbeginsel: De lokale overheid moet op tijd tegen overlast optreden. De situatie moet
niet uit de hand lopen en slachtoffers moeten zo snel mogelijk worden geholpen.
o Deze beginselen botsen aangezien als je je aan het vrijheidsbeginsel houdt je niet vroegtijdig kan
ingrijpen aangezien de vrijheid in het gevaar komt. Maar het tijdigheidsbeginsel zegt juist dat de
overheid zich er op tijd mee moet bemoeien zodat de situatie niet uit de hand loopt. Leg je veel
nadruk op het vrijheidsbeginsel, dan zou dat een afbreuk leggen op het tijdigheidsbeginsel. En
andersom.
o Poortbewaking vloeit voort uit de Rotterdamwet. Het houdt de bevoegdheid in dat ongewenste
woningzoekenden geen toegang krijgen tot woningen of wijken en dat ongewenste bewoners
worden uitgezet. Voordat Poortbewaking toegepast kan worden moet er een gebied worden
aanwezen op verzoek van de gemeenteraad en wanneer de minister voor Wonen en Rijksdienst
dat verzoek honoreert kunnen er bijvoorbeeld eisen worden gesteld aan personen die in het
gebied willen wonen. Het gaat vaak om gebieden waarbij de leefbaarheid al langere tijd onder
druk staat. De overheid bemoeit zich met de privésfeer van de burger, er wordt daarom veelal
gezegd dat dit een schending is van het vrijheidsbeginsel.
o Op grond van artikel 17 Woningwet is het college van B&W bevoegd bij herhaaldelijke
overtreding van de Woningwet, die samengaat met een bedreiging van de leefbaarheid of een
gevaar voor de gezondheid en veiligheid, bevoegd een woning te sluiten.
o Artikel 13b Opiumwet geeft de bevoegdheid voor de burgemeester een woning te sluiten indien
er in de woning drugs worden verkocht of aanwezig zijn. Hiervoor hoeft geen sprake te zijn van
overlast.
o Artikel 174a Gemeentewet geeft de bevoegdheid tot uitzetting aan de burgemeester indien
gedragingen in deze woning de openbare orde verstoren. Enkel geluidsoverlast is niet genoeg; er
moet sprake zijn van een ernstige bedreiging van de veiligheid en gezondheid van mensen in de
omgeving van de woning, waarbij de gedragingen op zichzelf ernstig zijn.
,o Handhaving van de openbare orde is de belangrijkste taak van de burgemeesters; art. 172 Gemw
o Artikel 172 lid 3 Gemw (lichte bevelsbevoegdheid) geeft burgemeester de bevoegdheid om bij
verstoring van de openbare orde of ernstige vrees voor het ontstaan daarvan, bevelen te geven
die noodzakelijkheid te achten zijn voor de handhaving van de openbare orde. Hij mag hierbij
niet afwijken van wettelijke bepalingen.
o De burgemeester mag van artikel 174a Gemw beperkt gebruik maken. er moet sprake zijn van
een verstoring van de openbare orde in die zin dat aan de hand van concrete, objectieve en
verifieerbare gegevens aannemelijk gemaakt is dat er sprake is van gedragingen die de veiligheid
en gezondheid van mensen in de omgeving van de woning regelmatig en langdurig in ernstige
mate in gevaar hebben gebracht.
o Burgemeester kan veiligheidsrisicogebieden aanwijzen bij verstoring van de openbare orde door
de aanwezigheid van wapens, of ernstige vrees voor het ontstaan daarvan. De gemeenteraad
moet hem bij verordening hebben gemachtigd. In geval van een noodsituatie is er geen
voorafgaande machtiging nodig.
o Gemeenteraad bepaalt of er behoefte aan cameratoezicht bestaat. De burgemeester kan bij
behoefte bij verordening de bevoegdheid verlenen om daadwerkelijk de camera’s te plaatsen.
o Overlastgevers kunnen voor een beperkte periode worden verboden in een bepaald gebied te
komen op grond van artikel 172a Gemw (voetbalwet). Ook kan er een meldplicht worden
opgelegd. Bevoegdheden liggen bij de burgemeester.
o De gemeenteraad kan een verordening vastleggen met een zorgplicht voor burgers om geen
woonoverlast te veroorzaken; artikel 151d Gemw. De burgemeester kan handhaven met
gedragsaanwijzingen en in extreme gevallen met de sanctie van tijdelijke uithuisplaatsing.
o In de APV zijn bijna altijd bepalingen opgenomen om overlast zo veel mogelijk te voorkomen. Er
kan bijv. worden opgenomen dat de burgemeester de bevoegdheid heeft om overlast
veroorzakende mensen te verwijderen uit een bepaald gebied. De maatregel mag geen
disproportionele omvang hebben en moet altijd voldoende gemotiveerd zijn.
o De bevoegdheid van artikel 174a Gemw wordt bijna niet gebruikt omdat het lastig te bewijzen is
dat de gedragingen in de woning de ordeverstoringen hebben veroorzaakt.
o Artikel 13b Opiumwet en artikel 174a Gemw worden niet gezien als een bestraffende sanctie.
o Artikel 174a Gemw is uitsluitend van toepassing wanneer de openbare-ordeverstoring van dien
aard is dat die een bedreiging vormt voor de veiligheid en de gezondheid van mensen, en
wanneer die overlast uitsluitend of overwegend vanuit de te sluiten woning is ontstaan.
o Artikel 174a Gemw geeft drie vereisten: een gedraging in een woning, een verstoring van de
openbare orde, een causaal verband tussen die twee.
o Er bestaat een voornemen om artikel 174a Gemw uit te breiden. Het is voorgesteld om twee
nieuwe sluitingsgronden toe te voegen. Ten eerste wordt het mogelijk om een woning te sluiten
wanneer door ernstig geweld, of bedreiging daarmee, in of in de onmiddellijke nabijheid van de
woning of het lokaal of op het erf of in de onmiddellijke nabijheid van het erf, de openbare orde
rond de woning, het lokaal of het erf wordt verstoord of ernstige vrees bestaat voor het ontstaan
daarvan. Ten tweede wordt het mogelijk de woning te sluiten indien door het aantreffen in de
woning of het lokaal of op het erf van een wapen de openbare orde rond de woning, het lokaal
of het erf wordt verstoord of ernstige vrees bestaat voor het ontstaan daarvan.
o Er bestaat een discrepantie tussen de wettelijke taak van de handhaving van de openbare orde
en de ontwikkeling van nieuwe bevoegdheden. Die discrepantie zou volgens Van der Vorm
worden opgelost door de burgemeester een wettelijke taak krijgt in de bestuurlijke aanpak van
misdaad. Dus de burgemeester is dan belast met de openbare orde waaronder ook het
bestuurlijk voorkomen van strafbare feiten valt.
Hoorcollege
Bestuursrecht
o Bij woonoverlast denk je aan vervuiling, lawaai etc.
,o Bij straatoverlast denk je aan hangjongeren, voetbalvandalisme en drugsdealers.
o Wetgevers, politie/OM, bestuurders (college van B&W en burgemeester), particulieren
(woningbouwcorporaties) en rechters zijn actoren die er wat tegen kunnen doen.
o Belangrijkste bestuurlijke instrumenten zijn ten eerste bestuursdwang/dwangsom bij overtreding
APV. Ten tweede sluiting woning/gedragsaanwijzing (art. 174a Gemw, art. 151d Gemw, art. 13b
Opiumwet, art. 7 Woningwet). Ten derde de stads-/gebiedsverbod bij straatoverlast (APV, Art.
172 lid 3, art. 172a Gemw).
Woonoverlast:
o Handhaving van een verbod kan mogelijk zijn door een last onder bestuursdwang of dwangsom.
Dit is op te leggen door het college van B&W. College is belast met de uitvoering van
gemeentelijke verordeningen. Burgemeester komt in beeld als het gaat om de openbare ruimte.
o Strafrecht was geen oplossing bij drugsproblematiek want uur na de arrestatie zat er al een
vervanger van de drugsdealer en ging het overlast door. Een oplossing was een bezoekersverbod
in de APV. Het college van B&W kreeg de bevoegdheid om een bezoekersverbod op te leggen.
Probleem was dat hiervoor een specifiek wettelijke bepaling moest worden aangewezen en die
was er niet. Het gaat namelijk om een inbreuk op het recht op bescherming van de persoonlijke
levenssfeer en de grondwet zegt dat dat alleen gebaseerd mag zijn op een specifiek formeel
wettelijke grondslag. Alle problemen kwamen zo weer terug. Artikel 174a Gemw was de nieuwe
wettelijke bepaling die hierdoor werd toegevoegd en gaf de burgemeester de mogelijkheid om
een woning te sluiten.
o Artikel 174a Gemw is alleen geen succes gebleken. Tweede Kamerleden waren bij het
wetsvoorstel bezorgd dat de ruime bevoegdheid een veel te vergaande beperking was op de
bescherming van de persoonlijke levenssfeer. Regering heeft toen gezegd dat voor de
sluitingsbevoegdheid sprake moet zijn van hele ernstige overlast, dat vergelijkbaar is met
drugsoverlast en er moet altijd sprake zijn van een ernstige bedreiging van de gezondheid EN
veiligheid van omwonenden. Dit blijkt dus uit de parlementaire geschiedenis.
o Ook als er veelal incidenten hebben plaatsgevonden wordt er niet voldaan aan de bedoeling van
de wetgever, moet het echt gaan om de veiligheid EN gezondheid. Zodanige overlast kan alleen
plaatsvinden bij gedragingen die op zichzelf ernstig zijn. Het is dus een moeilijke bepaling. Een
zeldzaam voorbeeld dat het wel slaagt is het arrest van ABRvS 6 juni 2018.
o Nog een reden dat de bepaling niet vaak langskomt is omdat woonoverlast vaak plaats vindt
waar mensen te maken hebben met woningbouwcorporaties als verhuurder. Die treedt streng
op door te dreigen met huisuitzettingen waardoor dit niet bij de burgemeester komt.
o Artikel 174a Gemw als regel niet inzetbaar bij thuisprostitutie, giftige slangen, geluidshinder en
stank. Dit zijn situaties waartegen de burgemeester niet kan optreden d.m.v. woningsluiting.
o Er is hierdoor een nieuwe wet met mogelijkheid van gedragsaanwijzing aangenomen. Wet
aanpak woonoverlast: 151d Gemw. De gemeenteraad krijgt de bevoegdheid bij verordening een
algemeen voorschrift dat overlast verbiedt op te nemen. De burgemeester kan dit dan weer
handhaven door middel van bestuursdwang/dwangsom. Voordat het zover komt worden eerste
en aantal specifieke gedragsaanwijzingen opgelegd.
o Artikel 13b was nodig aangezien in het verleden echt moest worden aangetoond dat er sprake
was van overlast. Buurtbewoners zijn vaak angstig om te klagen omdat ze bang zijn voor de
drugscriminelen. Dus ook al wist de politie dat er sprake was van handel in drugs dan hadden ze
geen bewijsstukken van omwonenden dat er sprake was van overlast. Hierom is een nieuwe
bepaling toegevoegd.
o Artikel 13b Opiumwet geeft burgemeesters de mogelijkheid om drugspanden te sluiten. Er hoeft
niet bewezen te worden dat er daadwerkelijk sprake is van overlast. Er hoeft alleen worden
aangetoond dat er drugs worden verhandeld. Dit is ook een van de redenen dat art. 174a in
onbruik is geraakt. Artikel 13b is makkelijker toe te passen vanwege de lage bewijslast. Ook hoeft
de burgmeester niet te bewijzen dat er daadwerkelijk harddrugs dan wel softdrugs is verhandeld.
, Het woordje ‘daartoe’ geeft aan dat de enkele aanwezigheid van een handelshoeveelheid drugs
bestemd voor verkoop, aflevering of verstrekking de bevoegdheid verschaft tot sluiting van de
woning.
o Dus artikel 13b Opiumwet: er dient een handelshoeveelheid drugs aanwezig te zijn. Meer dan 5
gram soft drugs of meer dan 0,5 gram harddrugs.
o Sinds toeslagenaffaire wordt er meer gelet op evenredigheidsbeginsel. Er moet meer rekening
worden gehouden met de persoonlijke omstandigheden.
o Woningwet bevat allerlei voorschriften die betrekking hebben op de leefbaarheid en veiligheid
van woningen. Artikel 17 heeft betrekking op de manier waarop een pand wordt bewoond.
o Bij artikel 17 van de woningwet moet het gaan om een herhaaldelijke overtreding. Ook moet er
sprake zijn van een bedreiging van de leefbaarheid OF een gevaar voor de gezondheid en
veiligheid. Dit is dus het verschil met art. 174a Gemw aangezien daar sprake moet zijn van beide.
Het college van B&W kan volgens dit artikel overgaan tot sluiting. Denk aan hoarders. Van deze
bevoegdheid wordt niet vaak gebruik gemaakt.
Straatoverlast:
o Een gebiedsverbod is een instrument om iets te doen tegen straat overlast. Zowel de
burgemeester, OvJ als de rechter hebben dit middel tot hun beschikking. Het is meestal bedoeld
om een persoon of meerdere personen toegang te ontzeggen tot een bepaald gebied van de
gemeente. Er kan ook een gebiedsverbod worden gegeven aan een crimineel omdat hij zelf
mogelijk slachtoffer kan zijn voor liquidatieacties. Zo wordt de omgeving en de persoon
beschermd. Er zijn meerdere wettelijke grondslagen hiervoor: APV, art. 172 lid 3 en 172a Gemw.
o De APV als grondslag: er zijn grote verschillen tussen gemeenten zowel de gronden voor de
gebiedsontzegging als de tijdsduur van de maatregel. Rechter laat zeer ruim geformuleerde
bepalingen toe.
o Artikel 172 lid 3 Gemw wordt ook wel de lichte bevelsbevoegdheid genoemd. Deze is
opgenomen als tegenhanger van de zware nood bevelsbevoegdheid van artikel 175 Gemw. Nu
kan ook de burgemeester in minder ernstige situaties bevelen geven in het belang van de
openbare orde. De burgemeester mag niet afwijken van andere wettelijke voorschriften, ook niet
van de APV. De bepaling mag ook worden ingezet voor gebiedsverboden. Het moet wel zo zijn
dat de APV geen wettelijke grondslag biedt (het zou raar zijn als de burgemeester kan uitwijken
naar zijn lichte bevelsbevoegdheid die minder geclausuleerd is als de raad een beperkte
bevoegdheid heeft gegeven. Het is dan zo bepaald en de burgemeester moet zich houden aan de
APV). De APV gaat dus voor als die een regeling bevat. Als de APV geen regeling bevat, dan kan er
wel worden ingegrepen met de lichte bevelsbevoegdheid in onvoorziene situaties.
o De Afdeling bestuursrechtspraak laat het gebruik van artikel 172 lid 3 Gemw niet meer toe
wanneer daarmee een inbreuk gemaakt wordt op artikel 10 GW. Hiermee werd een eidne
gemaakt aan de rechtsonzekerheid. Er is wel toch een voorstel van de regering om de
bevoegdheid alsnog te regelen.
o Ook de voetbalwet (artikel 172a Gemw) bevat de mogelijkheid van een gebiedsverbod, als ook
een groepsverbod en contactverbod. Ook een meldplicht is mogelijk. Deze is bedoeld om
voetbalvandalen even naar het bureau te roepen zodat ze dan geen overlast kunnen veroorzaken
tijdens een voetbalwedstrijd
Werkgroep
o 4 mogelijke instrumenten voor woningoverlast: artikel 174a Gemw, artikel 151d Gemw, artikel
13b Opiumwet en artikel 17 Woningwet.
o Toepassing artikel 174a Gemw: Bepaling wordt niet vaak met succes toegepast. Uitzondering is
het arrest van 6 juni 2018 ABRvS. Het ging om een man die in de war was en al meerdere keren
brand had gesticht. Bij totstandkoming van bepaling waren zorgen dat de bepaling te ruim was
en toen heeft de regering aangegeven dat de bepaling strikt moet worden opgevat. Er moet
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller rechtenaandevu. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.50. You're not tied to anything after your purchase.