100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Economie vandaag 2020, Economie 2 (V3A806) $6.96   Add to cart

Summary

Samenvatting Economie vandaag 2020, Economie 2 (V3A806)

 14 views  0 purchase
  • Course
  • Institution
  • Book

Samenvatting van enkele hoofdstukken van het boek 'Economie Vandaag 2020': Hoofdstuk 1: Ondernemingen Hoofdstuk 2: Economische benadering van de onderneming Hoofdstuk 3: Een onderneming opstarten Hoofdstuk 4: Belasting over de toegevoegde waarde Hoofdstuk 5: Inleiding in het boekhouden

Preview 4 out of 32  pages

  • No
  • 1 tot en met 5
  • May 21, 2022
  • 32
  • 2021/2022
  • Summary
avatar-seller
Samenvatting economie 2 Esther Platini


Samenvatting economie 2
Hoofdstuk 1: Ondernemingen
Ondernemen: is een natuurlijk persoon of rechtspersoon die economische activiteiten
uitoefent.
Natuurlijke persoon: is iemand, een mens van vlees en bloed, die een onderneming
heeft. Deze persoon kan als handelaar, ambachtsman, vrij beroep beoefenen of bestuurder
van vennootschappen werken zowel in hoofd- als bijberoep. Deze persoon is onbeperkt
aansprakelijk. Privévermogen en dat van het bedrijf zijn niet gescheiden van elkaar waardoor
als het bedrijf failliet gaat het privévermogen wordt aangesproken.
Rechtspersonen: Het privévermogen en dat van het bedrijf zijn van elkaar gescheiden
waardoor als het bedrijf failliet gaat het privévermogen niet wordt aangesproken. Bv:
naamloze vennootschap (nv) of besloten vennootschap (bv)
Verenigingen of stichtingen: Zijn VZW’s (verenigingen zonder winstoogmerk). Is een groep
natuurlijke personen of rechtspersonen die belangeloos een doel nastreven zonder dat er
winst gemaakt moet worden. (Hebben geen aandeelhouders)
Maatschappen of vennootschappen zonder rechtspersoonlijkheid: Zijn natuurlijke
personen die onder een bepaalde vorm gaan samenwerken.

Hoofdstuk 2: Economische benadering van de onderneming
Producenten: Produceren economische goederen en diensten om winst te maken
Consumenten: Kopen geproduceerde goederen om hun behoefte te bevredigen
Handelaars: is een tussenpersoon tussen producenten en consumenten
Indeling volgens de aard van de ondernemingsactiviteit: Afhankelijk van de soort
bedrijfsactiviteit kan er een onderscheid gemaakt worden tussen
• Industriële ondernemingen: Deze ondernemingen gaan goederen produceren uit
grondstoffen met behulp van personeel, kapitaal en productiemiddelen.
• Handelsondernemingen: Is een bedrijf dat producten (in het groot) aankoopt om ze later
tegen een hogere prijs verder te verkopen. Er wordt niets veranderd aan het ingekochte
product, het product wordt in oorspronkelijke staat doorverkocht. In sommige gevallen kan
het product opnieuw verpakt worden. Vb: Delhaize, Colruyt
• Dienstverlenende ondernemingen: zijn bedrijven die diensten leveren en geen
goederen. Vb: leerkracht, docent, een treinbegeleider, de installateur van je digicorder, KBC,

Indeling volgens de aard van de verhandelde goederen:
• Grondstoffen (tarwe)
• Half-afgewerkte producten (halffabricaten) (bloem)
• Afgewerkte producten (fabricaten) (pasta)




1

,Samenvatting economie 2 Esther Platini


Indeling volgens de sector:
• Primaire sector: Deze sector omvat alle ondernemingen die zich bezighouden met de
ontginning van natuurlijke hulpbronnen. Vb: landbouw, bosbouw, visvangst, …
• Secundaire sector: Is verzameling van ondernemingen die natuurlijke hulpbronnen
omvormen
• Tertiaire sector: Deze sector omvat alle ondernemingen die het leveren van diensten als
voorwerp hebben. Vb: financiële diensten, horeca, gezondheidszorg, distributie, …
Indeling volgens de plaats
Binnenlandse handel Buitenlandse handel
Koper en verkoper wonen in Koper en verkoper wonen niet in hetzelfde land
hetzelfde land
Buitenlands handel wordt nog onderverdeeld in:
• Intracommunautaire verwerving: alle aankopen
gebeuren vanuit een land van de Europese Unie (EU-land).
Bv: schoenhandelaar in Oostende koopt schoenen bij een
Italiaanse fabrikant in Milaan
• Intracommunautaire levering: alle verkopen gebeuren
aan een EU-land. Vb: Lingeriewinkel in BE verkoopt lingerie
aan Marie-Jo ook in Frankrijk
• Uitvoer (export): alle verkopen aan niet EU-landen. Bv:
textielfabrikant Oostende levert handdoeken aan Hilton in
New York.
• Invoer (import): alle aankopen buiten de EU. Bv:
vishandel in Zeebrugge koopt scampi’s in Indonesië.
• Veredelingsverkeer: goederen komen vanuit het
buitenland, worden hier be- of verwerkt en gaan nadien
terug naar het buitenland. Bv: Audi in Brussel koopt
onderdelen in Duitsland voor de Audi-productie en verkoopt
de afgewerkte wagens in Groot-Brittannië.
• Doorvoer (transitoverkeer): goederen worden vanuit
een land, via België, zonder dat ze be- of verwerkt worden,
doorgevoerd naar een ander land. Bv: Canadees graan
wordt in Antwerpen op binnenschepen overgeladen en
verscheept naar Duitsland.


Indeling volgens de marktstructuur
• Er is sprake van volmaakte concurrentie als aan volgende
voorwaarden is voldaan:
• Veel vragers en aanbieders (hebben beide geen invloed op
de prijs maar kunnen enkel de aangeboden hoeveelheid
beïnvloeden)
Volmaakte
• Markt is transparant: vragers en aanbieders beschikken
concurrentie
over alle info (prijs, kwaliteit, service, …) van de goederen
• Markt is voor iedereen toegankelijk.
• Er worden homogene producten verhandeld: alle producten
zijn van dezelfde kwaliteit enkel de prijs is verschillend
• Vb: veiling van groenten en fruit



2

,Samenvatting economie 2 Esther Platini


• Er zijn veel vragers en maar 1 aanbieder
• Is een prijszetter: ze kunnen zelf de prijs bepalen zonder
rekening te houden met andere aanbieders
• Vb: NMBS: monopolie op vervoer van personen
Verschillende soorten
Overheidsmonopolie of De overheid is de producent (vb:
Monopolie wettelijke monopolie infrabel, centrale bank, …)
De ondernemer is erin geslaagd
Feitelijke monopolie alle concurrenten uit de markt te
dringen
Is een bedrijf dat als enige over
bepaalde grondstoffen beschikt.
Natuurlijke monopolie
(bv: diamantmijnen in Zuid-
Afrika)
Oligopolie • Heeft enkele aanbieders (kunnen prijs beïnvloeden) en veel
vragers
• Vb: autoproducenten, petroleummaatschappijen
Monopolistische • Veel vragers en veel aanbieders
concurrentie • De producten zijn heterogeen (productdifferentiatie) dit komt
omdat elke producent en eigen imago geeft aan zijn product en
daardoor een eigen markt creëert voor zijn product (verschillen
in levertijd, service, kwaliteit, …)
• Vb: detailhandel en horeca


Indeling volgens de mate van specialisatie:
• Monoproductie: De onderneming produceert maar 1 specifiek product. Het voordeel is
dat de onderneming zich volledig kan concentreren op dat ene product en er een grote
kennis is. Een nadeel is dat het bedrijf afhankelijk is van dit ene product.
• Diversificatie: Het bedrijf is actief op verschillende vlakken en maakt niet 1 specifiek
product. Bv: Phillips verkoopt verschillende elektronica
• Concentratie:
➢ Horizontale concentratie: Ondernemingen zijn op hetzelfde niveau actief
➢ Verticale concentratie: Ondernemingen die actief zijn in verschillende sectoren Vb:
Ijsboerke produceert roomijs (industriële onderneming) en levert roomijs aan huis
(handelsonderneming) of landbouwbedrijven kweken eigen producten en
bewerken/verwerken ze (industriële onderneming) om ze dan te verkopen in hun
eigen winkel (handelsonderneming).
• Conglomeraat: Er is 1 moedermaatschappij die controle heeft over een grote groep
ondernemingen die actief is in verschillende sectoren. Vb: The Walt Disney Company, KBC-
groep
• Global Company: is een onderneming die de hele wereld als één enkele markt
beschouwt en ook zal optreden op het vlak van haar marketingstrategie. Vb: Coca Cola
Company




3

, Samenvatting economie 2 Esther Platini


Indeling volgens hun grootte
• Boekhoudwetgeving: vereenvoudigde boekhouding
• Omzet, exclusief btw, mag niet meer bedragen dan 500.000
euro
• Zijn natuurlijke personen die koopman zijn of om
Zeer kleine vennootschappen onder firma of gewone commanditaire
onderneming vennootschappen
• Kredietinstellingen, verzekeringsondermingen en
verzekeringsondernemingen en
beursvennootschappen/wisselagenten kunnen nooit een zeer
kleine onderneming zijn
KO MO
• Omzet, exclusief btw, • Omzet, exclusief btw,
Kleine en middelgrote mag niet meer bedragen dan mag niet meer bedragen dan
onderneming (KMO) 10 miljoen 50 miljoen
• Mogen niet meer dan 50 • Mogen niet meer dan 250
werknemers hebben werknemers hebben
• Omzet, exclusief btw, is groter dan 50 miljoen
Grote ondernemingen
• Hebben meer dan 250 werknemers


Indeling volgens de aard van het cliënteel:
• Groothandel: De cliënten van deze onderneming zijn handelaars
• Detailhandel (kleinhandel): De cliënten van deze onderneming zijn consumenten
Indeling volgens hun juridische vorm
Voordelen Nadelen
• Bij het oprichten is er geen • Bij een faillissement zal ook de
tussenkomst van derden nodig eigenaar zijn privévermogen
(notaris, advocaat, aansprakelijk gesteld worden de
bedrijfsrevisor, ...) schulden
• Er zijn geen wettelijke • Door beperkt financieel
Eenmanszaak kapitaalvereisten en vermogen van de eigenaar wordt
administratieve verplichtingen er maar weinig kapitaal in de zaak
zijn beperkt gestoken
• In een eenmanszaak is alleen • De ondernemer krijgt soms het
de eigenaar, eigenaar van de nadelig sociaal statuut van de
zaak en kan dus alleen zelfstandige
beslissingen nemen en heeft als
enige recht op de winst
Is een organisatievorm met als hoofddoel het realiseren van winst voor
de eigenaar(s) van de vennootschap
Er zijn 4 vormen
Vennootschap
• Is een kapitaalsvennootschap met beperkte
Besloten
aansprakelijkheid
vennootschap
(bv) • Is een vennootschapsvorm voor kleine en
middelgrote ondernemingen



4

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller estherplatini. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $6.96. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

72042 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$6.96
  • (0)
  Add to cart