Samenvatting van het vak bedrijfseconomie in het eerste jaar bedrijfsmanagement aan Artevelde. Het vak werd gegeven door Deborah Branswijck. Ik woonde alle lessen bij. De samenvatting is gemaakt aan de hand van de powerpoint en de notities gemaakt tijdens de lessen. Ik behaalde een score van 16/20 ...
Wat betekent bedrijfseconomie?
Wat zijn de verschillende onderdelen?
Een bedrijf wil zoveel mogelijk behoeften bevredigen met zo weinig
mogelijk middelen. Bedrijfseconomie is de studie van het economische
handelen van een bedrijfshuishouding. Het bestaat uit de onderdelen:
Behoeften
Keuzeprobleem
Middelen
Een bedrijf bestaat uit verschillende stakeholders. We maken een
onderscheid tussen intern en extern.
Stakeholders hebben een informatiebehoefte. Deze kent twee soorten:
Management accounting
Financial accounting
De interne verslaggeving gebeurt via management accounting. Hierbij
vragen we ons af welke info de managers willen weten om goede
beslissingen te maken. De externe verslaggeving gebeurt dan weer via
financial accounting. Hierbij vragen we ons af hoe we kunnen beoordelen
of een onderneming goed of slecht is en welke ratio’s hiervoor berekent
moeten worden.
1
, Bij financial accounting moet elk
bedrijf dezelfde regels volgen. Het
is vertraagd aangezien de
resultaten telkens van het vorige
boekjaar zijn. Het is objectief
doordat alle bedrijven dezelfde
regels volgen.
Hoofdstuk 1: kostenbegrippen
Begrip kosten
Kosten zijn middelen die doelmatig werden of zullen worden ingezet in
een onderneming om het gewenste eindproduct/dienst voor te brengen.
Voorbeelden van middelen kunnen zijn:
Grondstoffen
Arbeid
Machines
Gebouwen
…
Een kost is dan weer de geldwaarde van middelen die worden opgeofferd
of verbruikt door een bedrijf. Met verbruik bedoelen we dat na het
gebruik het product gedeeltelijk of volledig weg is bv. elektriciteit die
wordt verbruikt bij het maken van badjassen (productiemiddel)
Begrip onkosten
Onkosten zijn kosten die konden vermeden worden.
Begrip uitgaven
Uitgaven zijn de betalingen van productiemiddelen bv. de betaling van
een factuur van aangekochte elektriciteit.
Begrip kaskosten
Kosten die tevens ook uitgaven zijn.
Begrip niet-kaskosten
Kosten die geen uitgaven zijn.
Kost die ook een uitgave is (kaskost): elektriciteit. Uitgaven die geen
kosten zijn: terugbetaling van geld. Kost die geen uitgaven zijn (niet-
2
,kaskost): afschrijving bv. aankoop van een machine is een uitgave maar
het verbruik vd levensduur van een machine de jaren erna is een kost.
Bij twijfel of iets een uitgave is of niet kan je jezelf de vraagstellen of je
armer bent geworden.
Een uitgave is dus bv. de betaling van een factuur bij aankoop van een
naaimachine = machine betalen (éénmalig). Een kost is dan bv. het
gebruiken van een machine om badjassen te maken = verbruiken van de
levensduur van de machine/productiemiddel (afschrijving, jaarlijks)
Een uitgave kan ook bv. een terugbetaling zijn van een ontleend bedrag
van een lening (meerdere keren). Een uitgave + kost is bv. de rente
die je moet terugbetalen omdat geld moet worden aangewend van de
bank tijdens het productieproces
Begrip kostenobject
Een kostenobject is hetgeen waar je kosteninformatie voor verzamelt. Het
kan specifiek zijn voor elk bedrijf of heel breed:
De kostprijs van een kostenobject bepaal je door de som van alle kosten
(waarde doelmatig ingezette middelen). De verzameling van
kostengegevens wordt berekend op basis van werkelijk gemaakte
kosten. Deze zijn toe te wijzen aan elk kostenobject. Meestal is een
kostenobject een product in BECO.
Doeleinden van de kostprijsberekening
De voor- en nadelen van beleidsalternatieven worden in geld uitgedrukt.
We maken een onderscheid tussen een planning op lange termijn (3 tot 5
jaar) en korte termijn (max. 1 jaar).
Kostprijsberekening is nodig om een budget te bepalen.
Standaardkostprijsberekening
De standaardprijs is de noodzakelijke/maximaal toegestane kostprijs per
eenheid. Dit wordt berekend op basis van de verwachte prijzen in de
toekomst. Het is de gemiddelde te verwachten inkoopprijs.
De standaardhoeveelheid is de vermoedelijke benodigde hoeveelheid.
Dit ontstaat op basis van berekening, kennis of ervaring. Het bestaat dus
uit technische gegevens.
De standaardkostprijs/ramingen = standaardprijs x standaardhoeveelheid
Kostenindeling
Kostensoort
Gevoeligheid voor verandering
Toerekenbaarheid tot kostenobject
Hoofdstuk 2: kostensoorten
We maken een onderscheid tussen kosten met gelijkaardige
economische kenmerken en kosten met een categorische indeling:
1. Kosten van grond –en hulpstoffen
2. Kosten van arbeid
3. Kosten van duurzame productiemiddelen of afschrijvingskosten
4. Kosten van grond
5. Kosten van diensten van derden
6. Kosten van belastingen
7. Rentekosten
1. Kosten van grond –en hulpstoffen
Grondstoffen worden verwerkt bv. katoen. Hulpstoffen zijn grondstoffen
in geringe hoeveelheid vaak afval en uitval bv. bij een meubelstuk is hout
de grondstof en zijn de vijsjes de hulpstof.
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller shirleyvk. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.88. You're not tied to anything after your purchase.