100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Europees Recht II - Academiejaar $11.82
Add to cart

Summary

Samenvatting Europees Recht II - Academiejaar

1 review
 281 views  17 purchases
  • Course
  • Institution

Samenvatting van zowel slides als wat de prof erover zegt, 101 pagina's, volledig dus!

Last document update: 2 year ago

Preview 4 out of 102  pages

  • May 21, 2022
  • May 21, 2022
  • 102
  • 2021/2022
  • Summary

1  review

review-writer-avatar

By: pedro987 • 2 year ago

avatar-seller
Samenvatting Europees recht II 2022
Module 1: Eerste college, structuur en inhoudelijk overzicht
Structuur van eerste college

Welke thema’s worden behandeld in EUII?
 Basisbegrippen in de Europese ruimte en het materiële EU-recht
 Welke zijn de bronnen van dit recht?
 De inhoud van de colleges

Praktische afspraken
 Organisatie colleges en lesmethode
 Evaluatie (examen + paper)

Inhoud cursus: materiële recht

 In EUI hebben we het institutionele kader van de EU bestudeerd, in deze cursus zal het gaan
over het inhoudelijke, materiële kader van het EU recht (het beleid dat de EU voert op
verschillende bevoegdheidsdomeinen).
 Programmatorisch karakter van het EU-recht: verwezenlijking van algemene waarden en
concrete doelstellingen (vervat bv. in art. 2 en 3 VEU, maar ook vele andere artikelen)
 Veel van de artikelen van de EU verdragen geven een doel weer, de lidstaten komen
overeen een aangelegenheid op een bepaalde manier te behandelen (bv. Goed
milieubeleid uitbouwen, interne markt uit te bouwen, vrij verkeer van goederen,…)

Doelstellingen

Art. 3 VEU:
1. (...) (vrede)
2. De Unie biedt haar burgers een ruimte van vrijheid, veiligheid en recht zonder binnengrenzen,
waarin het vrije verkeer van personen gewaarborgd is in combinatie met passende
maatregelen met betrekking tot controles aan de buitengrenzen, asiel, immigratie, en
voorkoming en bestrijding van criminaliteit.
3. De Unie brengt een interne markt tot stand. Zij zet zich in voor de duurzame ontwikkeling van
Europa, op basis van een evenwichtige economische groei en van prijsstabiliteit, een sociale
markteconomie met een groot concurrentievermogen die gericht is op volledige
werkgelegenheid en sociale vooruitgang, en van een hoog niveau van bescherming en
verbetering van de kwaliteit van het milieu. De Unie bevordert de wetenschappelijke en
technische vooruitgang.
4. De Unie stelt een economische en monetaire unie in die de euro als munt heeft.
5. (buitenlands beleid en waarden/beginselen)

 Programmatorisch kan de doelstelling heel ruim zijn en kan het dus veel facetten bevatten.
Het Hof van Justitie vervult een belangrijke rol binnen het geheel omdat de algemene
doelstellingen richting aangeven, maar laten ook veel ruimte. Op dat vlak weegt het HvJ af.
 De Unie bestrijdt sociale uitsluiting en discriminatie, en bevordert sociale rechtvaardigheid en
bescherming, de gelijkheid van vrouwen en mannen, de solidariteit tussen generaties en de
bescherming van de rechten van het kind.
 In lid 3 ziet men een politiek compromis vormen, waarin iedereen zich wel kan vinden.

,  Lid 4 stelt eigenlijk een verplichting in, waarbij je als lidstaat in het geval dat je aan de
economische criteria voldoet, verplicht bent de euro in te voeren in de interne economische
orde.

Een aantal belangrijke doelen op een rijtje gezet:
 De totstandkoming van een “Europese Ruimte” (NIET de Europese Economische Ruimte):
 Het materiële Unierecht strekt ertoe één Europese Ruimte tot stand te brengen,
waarrond heen een gemeenschappelijke buitengrens wordt gebouwd.
 Hoe? Door het wegnemen van juridische, economische en andere belemmeringen
tussen lidstaten (de binnengrenzen)
 Interne markt
 Eén buitengrens
 Door één juridische ruimte te creëren (“ruimte van vrijheid, veiligheid en recht”)
 Bv vrije uitlevering tussen lidstaten van criminelen
 Door een gezamenlijk beleid te voeren op gebieden waarvoor de EU bevoegd is
(douane, handel, landbouw en visserij,...)
 Door gezamenlijke waarden en rechtsstatelijke principes te huldigen
 “Ruimte van vrijheid, veiligheid en recht” veronderstelt dat er wederzijds
vertrouwen is.
 Bv. een vonnis van een rechter van een andere lidstaat te laten uitvoeren in
een andere lidstaat d.m.v. wederzijds vertrouwen in de rechtsordes van de
lidstaten
 Geen binnengrenzen:
 Art 1 VEU: ‘een steeds hechter verbond tussen de volkeren van Europa’
 Overgang van natiestaat naar EU: nieuw paradigma
 Eigenschap van supranationale organisatie
 Traditioneel: grens is territoriale afbakening van rechtsorde en waarden
 Grote evolutie op relatief korte tijd: groeipijnen (zeker in crisiscontext: eurocrisis,
migratie, Brexit, Covid-19, Oekraïne)
 Bijkomend element: globalisering en klimaat
 De uitdagingen zijn dermate groot geworden dat de Europese Unie een alsmaar
belangrijkere rol speelt in het proces van antwoorden te zoeken.
 Een gemeenschappelijke buitengrens met derde landen en een eengemaakte interne
juridische ruimte
 Regels inzake handel en douanerechten, maar ook immigratie, asiel en strijd
tegen criminaliteit/politie- en rechterlijke samenwerking
 Interne markt
 Sinds 1957 (EEG-Verdrag), oorspronkelijk ‘gemeenschappelijke markt’.
 Europese akte (1987) – agenda 1992
 In 1987 merkte men eigenlijk dat de gemeenschappelijke markt nog altijd niet
volledig tot stand was gekomen. Er werd dan ook een agenda gemaakt op
initiatief van Delore dat de struikelblokken tegen 1992 helemaal weg te
werken. Dat is ook gelukt.
 Interne markt (term sinds verdrag van Lissabon, 2009)
 Zie art. 26(2) VWEU:
 ‘De interne markt omvat een ruimte zonder binnengrenzen waarin het vrije
verkeer van goederen, personen, diensten en kapitaal is gewaarborgd volgens
de bepalingen van de Verdragen.’
 Interne markt en mededinging
 Mededingingsregels voor ondernemingen (zie art 101-102 VWEU en
steunmaatregelen (art 107-109 VWEU) met als doel situaties tegen te gaan

, waar er sprake is van staten die bepaalde bedrijven staatsteun gaan geven. In
dergelijke situaties heb je impliciet terug grenzen tussen de verschillende
actoren. Daarnaast kan het ook zijn dat private afspraken worden gemaakt
tussen bedrijven, dit moet ook worde gereguleerd.
 Er zijn dus raakvlakken tussen de mededingingsregels die noodzakelijk zijn om
vrije concurrentie te garanderen, maar ook de vrije markt te bevorderen, en
de doelstellingen van het materieel EU recht.
 Fiscaliteit? Zie bv Commissie - Apple/Ierland (14 miljard euro) (zaak is nog
aanhangig)
 Ook verband met klimaatbeleid
 Staatssteunregels EU worden deels aan de kant gezet om een
klimaatbeleid te kunnen voeren, want daarvoor heb je grote
staatsinvesteringen nodig
 Interne markt en internationale situatie
 Zeer recent: “soevereiniteit”, bevoorradingsonafhankelijkheid
 8 februari 2022: Commisse doet voorstel voor EU Chips Act
(semiconductoren) (Chips dat gebruikt worden voor gsm’s, consoles,
auto’s,…)
 EU had te weinig eigen productie op dit vlak
 43 miljard euro investeringen
 Economie/burgerschap
 De interne markt was oorspronkelijk bedoeld voor economische ‘actieven’:
ondernemers, werknemers, consumenten, ...
 De ruimte van vrijheid, veiligheid en recht (EU- burgers)
 Status van EU-burger ontstaat met Verdrag van Maastricht in 1993
 Evolueert de EU naar een Staat? Er is wel sprake van een ‘constitutionele paradox’ in
de EU: Het materiële recht van de EU is zo alomvattend geworden dat het volledig is
te vergelijken met wat een nationale staat doet. Er bestaat daarentegen ook wel een
institutioneel recht, waarin aspecten vastleggen die overeenstemmen met
internationaal recht en dus niet als dusdanig in nationale ordes worden geregeld.
(Materieel vs Institutioneel recht)
 ‘Economische integratie’: EU-wetgeving kan strekken tot het wegnemen van economische
grenzen (op het vlak van prijsvorming en levensstandaard). Dit hangt samen met een beleid
van solidariteit (zie bv de ‘structuurfondsen’: Europees Sociaal Fonds (ESF); Europees Fonds
voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) en Cohesiefonds
 ‘Vrijhandelszone’: Geen invoer- of uitvoerheffingen en geen kwantitatieve beperkingen
(grens op aantal goederen dat kan circuleren naar een bepaald land)
 ‘Douane-unie’: ook gemeenschappelijke tarieven aan buitengrens
 Negatieve/positieve integratie
 ‘Marktintegratie’ of ‘negatieve integratie’: wegnemen van economische of juridische
belemmeringen (zie bv. art. 28 VWEU of art. 45(2) VWEU)
 Primair EU-recht, in de vorm van verboden.
 De verboden zijn ‘fundamentele bepalingen’ volgens de rechtspraak
van het HvJ; thans ook vaak in het Handvest van de grondrechten
vermeld (bv. art. 21 non-discriminatie)
 Grote rechtsgevolgen voor het nationale beleid (bv milieu, sociale
zekerheid, ...), ze beperken de beleidsruimte van de nationale
overheden.
 Discriminatie/maatregelen zonder onderscheid

, o bv. boter alleen in ronde verpakkingen; Duitse
Reinheitsgebot (Beieren, 1516 - oudste warenwet ter wereld:
bier= water + gerst + hop)
o Franse wetgeving: auto’s alleen met gele koplampen
 Grote rol Hof van Justitie daarbij: motor van het integratieproces (toetsing
van de rechtmatigheid van nationale wetgeving)
 Voorbeelden: verbod van discriminatie op grond van nationaliteit (art. 18
VWEU); verbod van kwantitatieve invoerbeperkingen en maatregelen van
gelijke werking (art. 34 VWEU)
 Niet alleen gericht tot lidstaten maar tot iedereen! Bovendien rechtstreekse
werking en voorrang op nationaal recht
 ‘Positieve integratie’ of ‘beleidsintegratie’: Werkelijk beleid gaan voeren op EU-
niveau
 Deze wisselwerking verklaart de opbouw van verdragsartikelen
 Soms is harmonisatie van wetgeving in de lidstaten nodig (zie art. 113 en
volgende VWEU, via verordeningen en/of richtlijnen)
 bv. omzetbelasting (BTW)
 Harmonisatie en onderlinge erkenning van diploma’s en
beroepsregels
 Onderscheid tussen minimumharmonisatie/volledige harmonisatie
 Vb. volledige harmonisatie: Mediaprint, 2010, C-540/08:
o Oostenrijkse krant: verkiezing voetballer van het jaar en win
als lezer een etentje
o Concurrent: Oostenrijkse wet zegt dat er geen geschenken
gegeven mogen worden bij aankoop van een product
o Deze maatregel is echter strenger dan de richtlijn
2005/29/EG betreffende oneerlijke handelspraktijken van
ondernemingen jegens consumenten op de interne markt, en
dat is tegen het principe van volledige harmonisatie,
waardoor oostenrijk niet strenger mag zijn dan andere
lidstaten.
 Vb. minimumharmonisatie: Safe Interenvios, 2016, C-235/14:
o In dit geval mocht de Spaanse wetgeving wel strenger zijn
o Safe maakt geld over tussen lidstaten onderling en derde
landen – heeft rekening bij o.m Spaanse bank
o Spaanse wetgeving: bijzondere meldingsplichten bij
vermoeden van witwasoperaties
o Witwasrichtlijn 2005/60/EG (gewijzigd in 2010)
 Harmonisatie
 Commissie gaat uit van ‘hoog beschermingsniveau’ voor harmonisatie op het vlak van
volksgezondheid, veiligheid, milieu- en consumentenbescherming (art. 114 VWEU)
 Commissie houdt rekening met recentste stand van de wetenschap
 Bovendien eventueel ‘vrijwaringsclausule’: lidstaat kan tijdelijke uitzondering maken
voor bepaalde producten (bv pesticide). Lidstaat moet dit aanmelden bij Commissie,
die besluit.
 Er is sprake van een uitdijend effect van het EU-recht:
 Bv. onderlinge aanpassing regels inzake plaatsing van overheidsopdrachten
(richtlijnen 2014/24/EU en 2014/25/EU)
 Er is ook sprake van coördinatie inzake intellectuele- eigendomsrechten (art
118 VWEU) en Gegevens bescherming (“AVG”)
 Europees octrooirecht (verordening 1257/2012)

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller laurenvandenberghe. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $11.82. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

52510 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$11.82  17x  sold
  • (1)
Add to cart
Added