Hoofdstuk 7: Celfysiologie 33
7.1 Organisatie van het zenuwstelsel 33
7.2 De cellen van het zenuwstelsel 34
7.3 Elektrische signalen in neuronen 34
7.4 Voortbewegen van prikkels 35
Hoofdstuk 8: Fysiologie van de voortbeweging 38
8.1 Beweging van één- en meercelligen 38
8.2 Neuromusculaire transmissie 39
8.3 Spiercellen, spierweefsel 39
8.3 Glad spierweefsel 42
2
,Hoofdstuk 1: Inleiding in de fysiologie
1.1 Wat is fysiologie?
= werking en functie van levende materie
- Aristoteles: “kennis van de natuur”
- Hippocrates: “geneeskracht van de natuur”
- biologische functies
- anatomie, biochemie, chemie, fysica
Karakteristieken van leven:
1. complex, georganiseerd en bestaande uit cellen
2. gekenmerkt door homeostase (vb. lichaamstemperatuur; signaal voor aanpassing
3. reageren op prikkels
4. nood aan energie (=fotosynthese, autotroof, heterotroof)
5. mogelijkheid tot groei
6. mogelijkheid tot reproductie
7. capaciteit om te evolueren
heterotroof= energie halen uit voedingsstoffen vb. dieren, schimmels
autotroof= organismen produceren zelf organische stoffen die ze nodig hebben met energie vanuit
zonlichten/ of anorganische stoffen vb. bacteriën, planten
1.2 Geschrapt
1.3 Geschrapt
1.4 Homeostase
vb. ‘s ochtends gelere urine, lichaamstemperatuur
- We willen een zo stabiel mogelijk systeem
- Homeo= gelijkend, stase= condities
Walter Cannon
⇨ variabelen onder controle van homeostase
1. omgevingsfactoren die cel beïnvloeden
3
, 2. interne afscheidingsstoffen
= Interne milieu in evenwicht houden desondanks veranderingen in omgeving
Homeostase van een cel
- intracellulaire vloeistof: midden in de cel
- extracellulaire vloeistof: buiten de cel, maar nog steeds inwendig
- membranen niet exact tegen elkaar, belangrijk voor vloeistofwisseling
➔ ECF werkt als buffer tussen cellen en buitenwereld
➔ actie-reactie ⇒ nooit een evenwicht
➔ indien homeostase verstoord is ⇒ ziekte
Hoe wordt homeostase gemeten?
1. lokale controle: input signaal (verandering: nabijgelegen structuren reageren)
2. reflex control: integrating center
3. output signaal
4. response
⇨ Bij reflexcontrole is er een verandering, deze stuurt stimulus naar de hersenen via zenuwen/
hormonen (response lus + feedback lus)
vb. zuurstoftekort, bloedbanen gaan uitzetten, meer rode bloedcellen kunnen doorkomen
Feedback mechanismen
- terugkoppeling; genoeg compensatie
- geeft aan wanneer aanpassing homeostase-evenwicht moet stoppen
Negatieve feedback lus
- homeostatisch (= ontworpen om systeem op instelpunt te houden)
- werkt de stimulus tegen en sluit de responsulus af
- stabiliseren gereguleerde variabelen en helpen zo homeostase te handhaven
- dubbele streep
- kan de reactie starten of stoppen
- variabele varieert hierdoor tussen de grond- en plafondwaarde
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller elinegillis2. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.40. You're not tied to anything after your purchase.