BEWEGING
NIEUW LEERPLANCONCEPT: ZIN IN LEREN, ZIN IN LEVEN (ZILL)
DE ONTWIKKELVELDEN: MOTORISCHE EN ZINTUIGELIJKE ONTWIKKELING EN MUZISCHE
ONTWIKKELING
HET ONTWIKKELVELD: MOTORISCHE EN ZINTUIGELIJKE ONTWIKKELING (MZ)
= Ik beschik over voldoende (psycho) motorische en zintuigelijke basisvaardigheden om zelfredzaam te
functioneren.
ONTWIKKELTHEMA’S
Zintuigelijke ontwikkeling (MZzo)
= Ik kan mijn zintuigen optimaal gebruiken.
Lichaams-en bewegingsperceptie (MZlb)
= Ik ken mijn lichaam en beschik over een goede lichaamscoördinatie.
Omgaan met bewegingsruimte (MZrt)
= Ik kan mijn bewegingen afstemmen op tijd en ruimte.
Groot-motorisch bewegen (MZgm)
= Ik beweeg vlot en behendig.
Klein-motorisch bewegen (MZkm)
= Ik ben behendig in manipulatieve handelingen en kan functionele grepen gedifferentieerd gebruiken.
= Ik beheers mijn spraak-en gezichtsmotoriek en schrijf vloeiend
HET ONTWIKKELVELD: MUZISCHE ONTWIKKELING (MU)
= Ik geniet van kunst en expressie en kan me muzisch en kunstzinnen uitdrukken.
ONTWIKKELTHEMA’S
Muzische grondhouding (MUgr)
= Ik sta open voor het kunstzinnige.
= Ik durf verbeelden en creatief vorm geven.
Muzische geletterdheid (MUge)
= Ik ben me bewust van de eigenheid van beeld, muziek, dans en drama.
= Ik kan muzisch uitdrukken wat in me leeft.
Muzische vaardigheid (MUva)
= Ik beschik over voldoende technische en instrumentele kennis en vaardigheid om me creatief en kunstzinnig
te uiten.
Pa g i n a |1
, DEEL 1: BEWEGINGSMOMENTEN/ -INTEGRATIE EN
BEWEGINSVAARDIGHEDEN
BEWEGINGSMOMENTEN
WAAROM?
Leerlingen zijn meer dan een hoofd alleen, we mogen het lichaam niet vergeten te betrekken bij het leren.
Ervaringsgericht leren zorgt voor beleving, motivatie en leereffect. Deze werken aan bewegingsdoelen zoals
motorische competenties en een gezonde en veilige levensstijl. Maar natuurlijk ook aan persoonsdoelen zoals
samenwerken en expressie.
WANNEER?
Deze bewegingsmomenten kunnen aangeboden worden als leermoment of bewegingstussendoortje, maar ook
tijdens een leerwandeling.
telkens wanneer je het nodig acht
KENNISMAKEN – SOCIALE INTERACTIE
= Deze zorgen voor een warme, ontspannen sfeer, waardoor iedereen zich gauw gaat thuis voelen. De spelers
leren elkaar kennen op een eenvoudige, aangename maar vooral prettige manier.
ENERGIE – FYSIEKE PARAATHEID
= Dit zijn oefeningen of spelvormen die de hart- en longfuncties aanspelen.
COÖRDINATIE – LATERALITEIT – DISSOCIATIE
Coördinatie
= Het harmonisch en economisch samenwerken van spieren, zenuwen en zintuigen om doelgerichte, stabiele
bewegingsacties en snelle aangepaste reacties tot stand brengen.
Voor optimale samenwerking hebben we volgende aspecten:
- een juiste krachtmaat (bewegingsomvang en snelheid)
- een juiste spierkeuze (bewegingsuitvoering en richting)
- een vlot wisselspel tussen spierspanning en ontspanning voor een goede motorische aanpassing
Lateraliteit
= Het zegt iets over de functionele ongelijkheid van 2 symmetrische lichaamsdelen.
- vanaf 4-5 jaar is de bewustwording tweezijdig (linker hersenhelft = rechterkant)
Lateralisatie
= Het proces dat leidt tot lateraliteit.
Dissociatie
= Het samengaan van bepaalde natuurlijke bewegingen bewust doorbreken en er een nieuwe onnatuurlijke
beweging van maken
Concentratie- en zintuigspelen
= Het zijn spelen waarbij het waarnemen via de verschillende zintuigen aan bod komt. Ze bevorderen
concentratie/ aandacht/ focus. Het is van belang dat het nauwkeurig gebeurt.
Reactie-oefeningen of -spelen
= Het zijn activiteiten waarbij vooral de snelheid van reageren van belang is. Ze bevorderen concentratie/
aandacht/ focus, daar waar de reactiespelen ook expliciet op snelheid oefenen.
RELAXATIE – ADEMHALING
Stiltespelen
= De spelen waarbij we zelf inwendig stil proberen te worden, zonder storende gedachten of gevoelens.
Relaxatie- en ontspanningsoefeningen/ spelen
= Het zijn oefeningen met aandacht voor het aanvoelen en bewust worden van spanning en ontspanning in het
lichaam. Ze kunnen dit vanaf 8 jaar, maar als hulpmiddel kan je fantasie of materialen gebruiken.
Ademhalingsoefeningen en -spelletjes
= Het zijn oefeningen om bewust te worden van de eigen ademhaling en ademhalingsmogelijkheden. Dit zijn
oefeningen die leerlingen individueel moeten uitoefenen omdat dat iedereen een andere longcapaciteit heeft.
EVENWICHT
= Oefeningen die het houden van je evenwicht bevorderen.
LICHAAMSHOUDING – RUGSCHOLING
= Oefeningen waarbij je je bewust wordt van de verschillende lichaamsdelen en hun respectievelijke
bewegingsmogelijkheden
LICHAAMSBEWUSTZIJN – LICHAAMSGEVOEL
= Hierbij voeren we oefeningen uit waarbij je je bewust wordt van de verschillende lichaamsdelen en hun
respectievelijke bewegingsmogelijkheden.
FIJNE MOTORIEK
= De bewegingen waarbij vaardigheden worden geoefend met de extremiteiten van het lichaam zoals de
polsbeweging, hand- en vingerbeweging, enkelbewegingen, voet- en teenbewegingen.
BEWEGINGSINTEGRATIE
= Bewegend leren of leren in beweging
= Alle activiteiten die toe te passen zijn in de klaspraktijk met het oog op enerzijds bereiken van kennis,
vaardigheden en attitudes en anderzijds het verhogen van de fysieke activiteitsgraad.
Waarom?
= Het bewegen zorgt ervoor dat leerlingen sneller kennis, vaardigheden en attitudes bereiken.
Pa g i n a |3
, 3 vormen
1. Bewegen als middel
= Er is geen rechtstreeks verband tussen de bewegingen en de leerinhoud
VB. meerder antwoordmogelijkheden
2. Leren door beweging
= De bewegen die worden uitgevoerd zijn een manier om de leerstof onder de knie te krijgen.
3. Inzichtelijk leren
= De bewegingen krijgen en functionele invulling.
VB. hoeken maken aan de hand van de benen
= Elk menselijk gedrag is een geheel van de 3 componenten en niet te beschouwen als afzonderlijk
componenten.
Lichaamsplan
= Het totaal van een goede organisatie van
sensomotorische structuren dat het geautomatiseerd
gedrag (zonder nadenken) bepaald.
Lichaamsbesef
= Het bewust zijn van eigen lichaam
Pa gi n a |4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller billietnyssa. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.83. You're not tied to anything after your purchase.