EF (ejectie fractie) < 30% wordt gezien als een zwak hart
- (normale EF ligt rond de 60%)
Advies aan patiënten met hartfalen om dagelijks het gewicht te wegen: als
er plots 2-3 kg bij komt kan dit duiden op te veel vocht vasthouden.
CRT (cardiale resynchronisatie therapie)
- Zorgt ervoor dat de 2 hartkamers weer tegelijk samentrekken
- Vaak voor patiënten met en een verminderde pompfunctie
(hartfalen) en een prikkelgeleidingsstoornis
Ventrikelfibrilleren is altijd, voor iedereen, levensbedreigend,
boezemfibrilleren is in essentie niet levensbedreigend, maar wel voor
mensen met structureel hartlijden.
Ventrikelfibrilleren: toestand waarbij de spiervezels van de hartkamers wel
samentrekken, maar niet gecoördineerd, zodat er geen pompfunctie
bestaat. Hierdoor verliest het slachtoffer binnen ca. 10 seconden na het
ontstaan van ventrikelfibrilleren het bewustzijn, en zal, als er niet wordt
ingegrepen, binnen ca. 5 minuten onherstelbare hersenbeschadiging
optreden, en na meer dan 10 minuten vrijwel zeker de dood intreden.
Boezemfibrilleren: hartritmestoornis waarbij de boezems van het hart niet
meer zoals normaal samentrekken na een ontlading van de sinusknoop,
maar veel te snel en onregelmatig samentrekken. Het hart blijft wel een
groot deel van de vitale pompfunctie behouden, omdat de kamers nog wel
effectief werken, maar in een onregelmatig ritme.
(niet medicamenteuze) behandeling van hartritmestoornissen
- Elektrische cardioversie (stroomstoten geven aan het hart)
- Pacemaker / ICD / CRT
Een pacemaker geef je alleen om de trage hartritmes op te vangen :
niet om het hart sneller te laten kloppen.
CRT hart synchroner laten kloppen (naast een rechterkamerdraad
ook een linkerkamerdraad; hart wordt zo op 2 plaatsen
gestimuleerd)
- Ablatie
Van binnen uit in het hart littekens maken
- Mini-MAZE operatie (boxlesie)
- Hartoor sluiten
, Syndroom van ROW : mensen die niet goed bloedverdunners kunnen
dragen
HC impulsvorming en geleiding
Maximum hartslag (jong)volwassenen = 220 – leeftijd
Hart kan op 2 manieren de cardiac output verhogen:
1. frequentie verhogen
2. slagvolume verhogen (hogere contractiekracht)
1e graads AV blok : eerder een vertraging dan een blok
3e graads AV blok: pacemaker geven
3 Geleidingstijden
- PQ tijd: de PQ tijd duurt van het begin van de boezemcontractie tot
het begin van de kamercontractie. Deze tijd geeft aan hoe snel het
elektrisch signaal door de AV-knoop wordt doorgegeven van de atria
naar de ventrikels. De normale PQ tijd ligt tussen de 0,12 en 0,20
seconden. Een verlengde PQ tijd is een teken van een verslechtering
van het geleidingssysteem. Er wordt dan gesproken van een 1e, 2e of
3e graads AV blok. Bij een AV blok is er een vertraging of blok in de
AV knoop, waardoor de PQ tijd toeneemt (1e graads), er sporadisch
geen QRS volgt op een P top (2e graads) of zelfs geen verband meer
bestaat tussen de QRS complexen en de P toppen (3e graads). Een
korte PQ tijd komt voor bij het WPW syndroom, waarbij er naast de
normale AV knoop een tweede snellere verbinding bestaat tussen de
atria en de ventrikels.
- QRS duur: geeft aan hoe snel de ventrikels depolariseren. Als > 0,12
seconden spreek je van een geleidingsvertraging
(linkerbundeltakblok of rechterbundeltakblok).
, - QT tijd: geeft aan hoe lang het duurt tot de ventrikels zijn
gerepolariseerd en dus weer klaar zijn voor een nieuwe hartslag. De
normaalwaarden zijn: <450ms voor mannen en <460 ms voor
vrouwen. Bij een verlengde QT tijd duurt het lang voordat de
hartspiervezels weer klaar zijn voor een nieuwe hartslag. Het kan
dan voorkomen dat sommige vezels nog niet gerepolariseerd zijn,
terwijl er wel al een hartslag ‘aankomt’. Deze vezels kunnen
vervolgens op een ongecontroleerd moment gaan depolariseren en
zo aanleiding geven tot een torsade de pointes, een ventriculaire
tachycardie.
4 hartas
5 P top
6 QRS morfologie
7 ST morfologie
1 vergelijking met oude ECG
2 Conclusie
Hartritmestoornissen
- Supraventriculair (atriaal en nodaal) & ventriculair
, Congenitale ritmestoornissen
- Lange QT syndroom: kan aangeboren zijn, maar ook verworven
- Brugada syndroom: erfelijke aandoening die een verhoogde kans
geeft op plotselinge hartdood. ST elevatie in V1-V3 al dan niet
samen met ventriculaire tachyaritmieën (ventrikelfibrilleren).
- Aritmogene rechterventrikeldysplasie (ARVD): vervetting en
fibrosering van het hart.
- Cathecholamine geïnduceerde ventrikeltachycardie:
Inspanningsgebonden of door stress uitgelokte ventriculaire
ritmestoornissen, syncope of plotse dood. Meestal al zichtbaar in de
kinderleeftijd, maar kan zich ook pas in de volwassen leeftijd
manifesteren.
WC behandeling cardio- farmacotherapie
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller coassistentuva. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.89. You're not tied to anything after your purchase.