Deze samenvatting bevat de informatie uit de slides, lessen en het boek van hoofdstuk 1 tot en met 10. Het vak werd gegeven door prof. Andreas de Block.
Hoofdstuk 1: Wat is filosofie?
Definitie
Als we ons de vraag stellen wat filosofie is, zijn we eigenlijk opzoek naar kenmerken en naar
gemeenschappelijke zaken. We zoeken naar alles en enkel.
Filosofen houden zich bezig met onmogelijke vragen, waarop geen eensluidend en
sluitend antwoord kan worden gegeven.
- Wat is filosofie? = een onmogelijke vraag
- Het is moeilijk om een lijst van filosofische kenmerken op te stellen die voorkomen
bij alle filosofen en hun opvattingen en enkel bij filosofen en hun opvattingen
De geschiedenis helpt ons te begrijpen hoe het komt dat de filosofie zo veelvormig en
ongrijpbaar is
Filosofie = de liefde voor de wijsheid/het verlangen om te weten
Drie aspecten: attitude, methodologie, domein
In de filosofie spelen 3 aspecten een rol bij het schetsen van de betekenis van de filosofie:
- Attitude
- Methodologie
- Domein
Het is onmogelijk om te bepalen waarin de unieke eigenheid van elk deeldomein bestaat
en wat ze precies gemeen hebben
Attitude
Filosofie = kritisch denken
Voorbeeld: Descartes’ twijfel
Descartes merkte op dat ons gezichtsveld ons vaak bedriegt. Hij redeneerde dat het
mogelijk was dat onze zintuigen ons vaker bedriegen dan we denken. Onze zintuigen spelen
een belangrijke rol in het verwerven van kennis. Als onze zintuigen dan onbetrouwbaar zijn,
is onze kennis dan wel betrouwbaar?
Hij dacht van wel. Hij dacht niet dat het kon dat ons denken voortdurend op een dwaalspoor
gezet zou worden door God of een Malin génie.
Descartes ziet twijfel als zijn methode om antwoorden te vinden. Verwondering is een vast
fundament van onbetwijfelbare zekerheden.
Filosofische kritiek opent de mogelijkheid dat dingen ander zouden zijn. Het tracht een
positief of constructief project te formuleren.
,Kunnen we filosofen onderscheiden van niet-filosofen op basis van hun kritische geest?
- Men kan kritisch zijn zonder onmiddellijk aan filosofie te doen.
Het lijkt alsof hedendaagse wetenschappers en filosofen heel wat attitudes
gemeenschappelijk hebben:
- Ze zijn kritisch
- Ze zoeken naar waarheid
- …
Attitudes: We zoeken naar gedrag. Daarnaast zoeken we naar een houding tegenover de
wereld, verwondering en kritisch zijn. Maar anderen kunnen deze eigenschappen vertonen
en toch geen filosoof zijn. Een houding is niet algemeen filosofisch. Je vindt het bij filosofen
maar ook elders.
Whitehead: Hij beschrijft de filosofische attitude als verwondering. Ook hier is
verwondering iets niet enkel te vinden bij filosofen
Louis CK: Je kan de vragen van kinderen niet beantwoorden, op het einde weet je zelfs
niet meer wie je bent.
Methodologie
De attitudes zijn misschien niet voldoende om de filosofie te karakteriseren, misschien
hebben we de methode nodig om tot de definitie te komen.
Zijn er methoden die enkel worden gebruikt door filosofen, en niet door wetenschappers?
Zijn er methoden die enkel worden gebruikt door wetenschappers, en niet door filosofen?
- Er is een hele waaier aan methoden, er is geen enkele uniek voor de filosofie. Ook dit
is niet exclusief voor de filosofie. De methoden die wel uniek zijn, worden niet door
alle door filosofen gebruikt en niet door enkel filosofen
Van welke methoden maken filosofen gebruik?
Eigen intuïtie
- Veel betekenissen:
o 17e eeuw: Het verwijzen naar kennis die op een onmiddellijke manier wordt
verkregen
o Descartes: ideeën die geen redelijk mens zou durven betwijfelen
Voorbeeld: je pense, donc je suis
o 20e eeuw: De spontane overtuigingen die we in onze eigen geest aantreffen
wanneer we over een bepaald onderwerp beginnen te denken
“common sense”
- Problemen bij gebruik van intuïtie
o Intuïties zijn heel variabel
o Het is geen unieke filosofische methode
,Filosofen maken vaak en veel gebruik van eigen intuïtie. Het woord intuïtie heeft
verschillende betekenissen in de filosofie.
In de 17 en 18 eeuw betekende dit de kennis die op een onmiddellijke manier kan worden
e e
verkregen. Descartes spreekt over heldere en we onderscheidende ideeën (des idées claires
et distinctes) = ideeën of intuïtie waar geen mens zou durven aan twijfelen Bv. Je pense,
donc je suis.
De andere betekenis is negatief. De term verwijst naar de spontane overtuiging die we in
onze eigen geest aantreffen wanneer we over een bepaald onderwerp beginnen te denken
(= common sense, het gezond verstand). Deze overtuiging is vaak moeilijk te veranderen of
op te geven, zelfs is er bewijsmateriaal.
Filosofen die gebruik maken van intuïtie en niet van empirisch onderzoek noemt men
fauteuilfilosofen. Een probleem bij deze methode is dat het niet enkel door de filosofie
wordt gebruikt, ook wetenschappers gebruiken hun intuïtie die later bevestigd, weerlegd of
aangepast kan worden.
Conceptuele analyse
- De belangrijke begrippen die we gebruiken, ontleden in meer eenvoudige begrippen.
Zodat we ze beter kunnen begrijpen en gebruiken
o Wordt niet door alle filosofen gebruikt, en niet enkel door filosofen
o Heel veel ontwikkelingen. Van de menselijke kennis komen voort uit de
conceptuele analyse
Dit is het ontleden van belangrijke begrippen die we gebruiken zodat we deze beter
begrijpen en ook beter kunnen gebruiken. (Bv. Liefde, tijd, vrijheid,…). Met andere woorden:
bepalen waarover we precies spreken.
Dit is een populaire methode, maar deze wordt niet door alle filosofen gebruikt en zeker niet
door alleen filosofen. Denk aan het verschil tussen gewicht en massa in de fysica. Het zit dus
in de kern van alle wetenschap, inclusief filosofie. Dus je kan dit ook niet gebruiken om
filosofie te onderscheiden van wetenschap
Gedachte-experiment
= Een instrument van de verbeelding, dat gebruikt wordt om nieuwe informatie over een
thema te verkrijgen zonder gebruikt te maken van nieuwe empirische data. Het speelt zich af
in het laboratorium van de menselijke geest.
- Voordelen:
o Ze verhelderen een probleem door het te visualiseren
o Ze leveren gegevens die voor of tegen een bepaalde theorie kunnen worden
gebruikt
o We kunnen er financiële, technologische en morele problemen mee omzeilen
die zich zouden stellen bij echte-wereld experimenten
o Brain in a vat: Het is een experiment dat de sceptische positie van kennis
ondersteunt. Het vraagt ons om ons in te beelden dat onze hersenen zich
eigenlijk op een andere planeer bevinden waar een of andere dolgedraaide
wetenschapper ons brein allerlei signalen geeft. Door die signalen krijgen wij
, de indrukken. De hersenen in het vat beschikken niet over een eigen manier
om na te gaan of hun indrukken echt zijn.
- Het gedachte-experiment is niet enkel toegepast in de filosofie. Ook wetenschap
gebruikt het, dit toont aan dat ook wetenschap niet louter empirisch is.
- Ontstaan van de experimentele filosofie: Deze filosofen zijn van mening dat
emprisch-wetenshappelijke methoden soms kunnen bijdragen aan een oplossing
voor traditionele filosofische problemen
-
Zijn er methoden die enkel worden gebruikt door filosofen, en niet door wetenschappers?
Zijn er methoden die enkel worden gebruikt door wetenschappers, en niet door filosofen?
- Er is een hele waaier aan methoden, er is geen enkele uniek voor de filosofie. Ook dit
is niet exclusief voor de filosofie. De methoden die wel uniek zijn, worden niet door
alle door filosofen gebruikt en niet door enkel filosofen
Domein
Je hoopt dat het domein de sluitende definitie kan geven op wat is filosofie, ook dit is niet
het geval.
Wat is filosofie?
- Het houdt zich bezig met onbeantwoordbare vragen en fundamentele problemen.
Maar ook hier zijn er niet-beantwoordbare vragen in andere disciplines, niet enkel in
de filosofie. In de filosofie wordt niks opgebouwd, omdat er geen vooruitgang is.
Argumenten waarom er “zogezegd” geen vooruitgang is in de filosofie, maar wel in de
wetenschappen
- De vooruitgang binnen de wetenschappen is ook niet altijd evident. Wetenschappelijke
problemen volgen elkaar op zonder echt verder te bouwen
- In de filosofie is er wel sprake van vooruitgang. Er zijn talloze wetenschappen ontstaan,
komende uit de filosofie. Psychologie bijvoorbeeld
gedrag, houding tegenover
wereld en samenleving,
blijvende verwondering,
kritisch
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller louisehaverbeke. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.14. You're not tied to anything after your purchase.