100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Les aantekeningen Aardrijkskunde $8.05
Add to cart

Interview

Les aantekeningen Aardrijkskunde

 1 view  0 purchase
  • Course
  • Level

Dit zijn de aantekeningen van hoofdstuk 3 die horen bij het boek 'De wereld van - 4 VWO'. Deze aantekeningen zijn compleet met verduidelijkende afbeeldingen.

Preview 3 out of 17  pages

  • May 23, 2022
  • 17
  • 2019/2020
  • Interview
  • Unknown
  • Unknown
  • Secondary school
  • 4
avatar-seller
HOOFDSTUK 3
KLIMAAT EN LANDSCHAPSZONES
BEGRIPPEN


PARAGRAAF 2 WARMTETRANSPORT DOOR DE ATMOSFEER

Atmosferische circulatie – de verplaatsing van lucht in de atmosfeer via de grote circulatiecellen en
windsystemen. Zorgt op aarde voor energietransport van de lage breedten naar de hoge breedten.

Corioliseffect – het effect dat luchtstromen een afwijking krijgen door de draaiing van de aarde. Op het
noordelijk halfrond is deze afwijking naar rechts, op het zuidelijk halfrond naar links.

Hogeluchtdrukgebied – gebied met hoge luchtdruk en daardoor een dalende luchtbeweging en het uitstromen
van lucht naar alle richtingen (divergentie). Wordt gekenmerkt door een wolkeloze hemel en droogte.

Lagedrukgebied – gebied met lage luchtdruk en dus met een opstijgende luchtbeweging en het toestromen
van lucht uit alle richtingen (convergentie). Wordt gekenmerkt door wolkenvorming en neerslag.

Stralingsbalans – het saldo op een bepaalde plaats aan het aardoppervlak van de inkomende kortgolvige
straling van de aarde. Dit saldo kan positief (stralingsoverschot) of negatief (stralingstekort) zijn.

Wet van Buys Ballot – wet die de afbuiging van lucht bij stroming van hoge druk naar lage druk formuleert:
‘Met de wind in de rug ondervindt een wind op het noordelijk halfrond een afwijking naar rechts en op het
zuidelijk halfrond een afwijking naar links’.




PARAGRAAF 3 LUCHTCIRCULATIES

Intertropische Convergentiezone (ITCZ) – zone van lage luchtdruk in de tropen die het gevolg is van intensieve
verhitting op plaatsen met een loodrechte zonnestand. De ITCZ heeft geen vaste ligging maar verschuift met
het verplaatsen van de loodrechte zonnestand. Omdat land sneller opwarmt dan zee, is de verschuiving boven
landoppervlak het sterkst.

Moesson – een passaat waarbij sprake is van een halfjaarlijkse omkering van de windrichting. In de zomer is er
een natte moesson (sterke verhitting en lage luchtdruk) en in de winter een droge moesson (afkoeling en hoge
luchtdruk).

Passaat – constant waaiende wind aan het aardoppervlak van het subtropisch hogedrukgebied rond de 30
breedte naar de Intertropische Convergentiezone (ITCZ) rond de evenaar.




PARAGRAAF 4 WARMTETRANSPORT DOOR ZEESTROMEN

Diepwaterpomp – de daling van zeewater door afkoeling en een hoog zoutgehalte in de afzinkgebieden op
hoge breedte. De daling bevordert de oceanische circulatie en verbindt de warme bovenstromen en de koude
onderstromen in de oceanen met elkaar.

Koude zeestroom – zeestroom die koud, afgekoeld water uit de poolgebieden naar de lagere breedten voert.

,Oceanische circulatie – het stromingspatroon van het zeewater in de oceanen.

Thermohaline circulatie – het optreden van bovenstromen en onderstromen in het zeewater door verschillen
in dichtheid op basis van temperatuur (thermo) en zoutgehalte (haline).

Warme zeestroom – zeestroom die opgewarmd warm zeewater uit de tropen en subtropen naar de hogere
breedten voert.




PARAGRAAF 6 LANDSCHAPSZONES

Aride zone (semi-aride) – de landschapszone in het gebied van het woestijn- en steppeklimaat (BW en BS) met
woestijnplanten en steppegrassen als natuurlijke plantengroei.

Bodem (geofactor) – het bovenste deel van de grondsoort of het gesteente waar de planten hun
voedingsstoffen uit halen. Geofactor die in de rangorde van de geofactoren boven plantengroei (vegetatie)
staat.

Boreale zone – de landschapszone in de koud gematigde zone van het D-klimaat met naaldbos als natuurlijke
plantengroei.

Flora en fauna – de planten- en dierenwereld die als geofactor de werking van het landschap mede bepaalt.

Gematigde zone – de landschapszone in de koel gematigde zonde van het Cf- en Df-klimaat met zomergroen
loofbos als natuurlijke plantengroei.

Geofactoren – de factoren die samen de werking van het landschap bepalen: gesteente en reliëf, klimaat en
lucht, bodem, (grond)water, flora en fauna en de mens.

Gesteente en reliëf (geofactoren) – na klimaat de belangrijkste geofactor. Bepaalt sterk de stroming van water
en de eigenschappen van de bodem.

(grond)water (geofactor) – geofactor die de werking van het landschap mede bepaalt. Is een belangrijke factor
bij erosie, transport en sedimentatie. Is in de bodem belangrijk als transporteur van voedingsstoffen naar
planten. Is een leefmilieu voor waterorganismen.

Klimaat en lucht (geofactoren) – klimaat is de belangrijkste geofactor. Het klimaat is het gemiddelde van
weersverschijnselen (zoals temperatuur en neerslag) in een gebied over een langere periode).

Landschapszone – groot gebied dat de breedtezones volgt en dat wat betreft de opbouw en werking van
klimaat, plantengroei, water en bodem een eenheid vormt.

Mens (geofactor) – geofactor met een aparte positie in het landschap. Vaak beïnvloed de mens de andere
geofactoren.

Polaire zone – landschapszone met een E-klimaat met toendraplanten als natuurlijke vegetatie.

Semi-aride zone – zie aride zone (de landschapszone in het gebied van het woestijn- en steppeklimaat (BW en
BS) met woestijnplanten en steppegrassen als natuurlijke plantengroei.)

Subtropische zone – landschapszone in de warm gematigde zone (subtropen) met of een Middellandse
Zeeklimaat (Cs) en een altijd groene mediterrane vegetatie of een Cw-klimaat met grassen en zomergroen
loofbos.

, Tropische zone – landschapszone in de tropen met een A-klimaat (Af- en Aw-klimaat) en als natuurlijke
vegetatie tropisch regenwoud, moessonbos of savanne.




PARAGRAAF 8 LANDDEGRADATIE

Irrigatie – kunstmatige bevloeiing of beregening van het land

Klimaatverandering – een verandering van het klimaat in een land of gebied door natuurlijke of menselijke
oorzaken.

Landdegradatie – alle veranderingen in het landschap die het vermogen van bodem en grond verminderen om
gezond voedsel, zoet water en brandhout (natuurlijke hulpbronnen) te produceren.

Ontbossing – het verdwijnen van bos door houtkap voor economische doeleinden of om land te winnen voor
landbouw.

Overbeweiding – verdwijnen van de bodembeschermende plantengroei door een te intensieve beweiding door
vee.

Versnelde bodemerosie – het opnemen en afvoeren van gronddeeltjes aan de bovenkant van de bodem door
wind of water. Kan door de mens versneld worden, bijvoorbeeld door het kappen van bomen of het weghalen
van begroeiing

Verwoestijning – een ernstige vorm van landdegradatie waarbij in een gebied door natuurlijke of menselijke
oorzaken steeds minder planten en gewassen groeien en waarbij het gebied steeds meer woestijnachtige
kenmerken krijgt.

Verzilting – toename van de concentratie aan zouten in en op de bodem. Is vaak het gevolg van het verdampen
van irrigatiewater.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller christavanes1. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $8.05. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

49160 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$8.05
  • (0)
Add to cart
Added