, 1. “Geef de verschillende elementen en axioma’s van het procesmodel van
communicatie (Watzlawick) weer, licht deze toe met voorbeelden.”
Procesmodel van communicatie
Dit model tracht rekening te houden met alle elementen en factoren die een rol spelen bij
het tot stand komen van communicatie.
Communicatie = betekenissen bij de ander oproepen.
Zender: degene die spreekt of op een andere wijze info geeft. Die gaat de
boodschap coderen (omzetten in taal).
o Gedachten, gevoelens, ervaringen… Omzetten in woorden, gebaren,
beelden,..
Ontvanger: degene waartoe info gericht is. gaat boodschap decoderen
(betekenis geven aan boodschap).
o Geeft betekenis aan wat hij ziet/hoort (interpreteert de boodschap)
=Vervullen eveneens de functie van ontvanger en zender (tegelijkertijd
zender en ontvanger)
Boodschap: wat de zender wil overbrengen aan de ander.
o Vaak verzegeld van ongewilde en onbewuste elementen
o De wijze waarop de boodschap wordt verstuurd of ontvangen is even
belangrijk als de inhoud (Inhoud van boodschap + manier = belangrijk)
Feedback: hoe de ontvanger de boodschap begrepen heeft.
o Voortdurende kringloop van actie en reactie. Waarbij reactie dient als
feedback
o Door middel van woorden, lichaamstaal,…
Kanaal: weg waarlangs een boodschap doorgegeven wordt.
, o Komt overeen met onze zintuigen (zien, horen, betasten,..)
o In elk kanaal kan ruis of storing optreden (slechte telefoon verbinding)
o Bij kanaalruis is het beter om meerdere kanalen in te schakelen
Medium: datgene dat de zender met de ontvanger verbindt (van A naar B).
o Telefoon, tv, face to face…
Referentiekader: Gekleurde bril = waarmee je naar de werkelijkheid kijkt (voor
iedereen anders). De mens heeft zijn referentiekader nodig om de wereld om zich
geen te begrijpen en om er vat op te krijgen.
o Noodzakelijk maar ook een bron van misverstanden
o Door eigen kennis, ervaringen, voorbeelden, overtuigingen, achtergrond,
opvoeding,.. gevormd door kennis en vervormd door vooroordelen en
bijgeloof
o Elke poging om boodschap te begrijpen is dan ook gekleurd
o Ook gekleurd door zicht op de situatie + kijk op de relatie met de andere
o Andere betekenissen
Situatie: plaats, cultuur, wanneer + duur, met wie, met welke omstaander.
Ruis: storingen die kunnen optreden op verschillende niveaus van het
communicatieschema
Interne ruis: miscommunicatie tussen zender en ontvanger bv. denken
aan taken die je straks nog moet maken.
Externe ruis: komt van buiten het communicatie proces bv. als iemand de
klas binnenkomt tijdens uitleg van de lector.
Belangrijk!! De andere draagt ook zijn/haar eigen gekleurde bril, anders wordt
communicatie lastig.
Basisschema:
Voorbeeld van communicatie:
Zender = lector -> Codering -> Boodschap = mooie trui -> Decodering ->
Ontvanger = leerling, interpreteert, kijkt op welke manier het wordt gezegd. ->
Feedback = geeft reactie, verbaal of non-verbaal.
Communicatietheorie en haar toepassingen (Axioma’s)
Axioma= basistellingen die het fundament vormen voor alle communicatie. Iets wat we
zeggen, en wat voor waar wordt aangezien zonder dat het (wetenschappelijk) bewezen
is. (Paul Watzlawick)
Basisstellingen uit de communicatietheorie
AXIOMA 1: onderscheid maken tussen de bedoelingen die we hebben, het gedrag
dat we vertonen en het effect dat ons gedrag teweeg brengt met andere.
(wederzijdse communicatie)
Je hebt in een interactie steeds invloed op anderen; jij wordt ook beïnvloed door
anderen en moet zich hiervan bewust zijn. Je kan je hieraan niet onttrekken.
Is het mogelijk om niet te communiceren?: Het is onmogelijk om niet te
communiceren. Ook al zeg je geen woord stuur je een boodschap de wereld in.
Ieder gedrag is een vorm van communicatie. Er bestaat geen antigedrag.
Schema:
We beïnvloeden niet met onze BEDOELINGEN, maar wel met ons GEDRAG. Dit GEDRAG
heeft vervolgens een bepaald EFFECT teweeggebracht bij de andere, misschien een
EFFECT dat wij zo niet bedoeld hadden.
a. BEDOELINGEN
Speelt zich af binnen ons, m.a.w. binnen categorieën. Zoals gevoelens,
ideeën, fantasieën..
Men kan dus allerlei voelen, denken, dromen zonder dat dit de andere
beïnvloed.
Bv. wanneer een kind aan het wegdromen is, uit raam staart en denk aan vakantie.
Beïnvloed dit mijn gedrag niet. Moest het kind niet reageren op een opmerking dan zou
dit gedrag mij wel beïnvloeden.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller peetersquincy. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $12.49. You're not tied to anything after your purchase.