Verzekeringen:
Hoofdstuk 1: De verzekeringswereld:
1. Waarom verzekeren?
Iedereen wil zich beschermen tegen de talrijke en gevarieerde gevaren of risico’s die een
financiële bedreiging kunnen vormen.
3 verschillende beschermingswijzen:
o Preventie
o Sparen
o Kostenspreiding
Maar die 3 beschermingswijzen bieden onvoldoende bescherming verzekeringen
2. De oorsprong van verzekeringen:
Belangrijk te weten dat de verzekeringen mee evolueren met de noden van zijn
verzekeringsnemers.
3. Soorten verzekeringen:
Schade – en persoonsverzekeringen:
o Schadeverzekering (art. 5, 15°) = vergoedt aan de verzekerde de schade aan zijn
vermogen, die voortvloeien uit het zich voordoen van een onzeker voorval.
Vb. zaakverzekeringen, aansprakelijkheidsverzekeringen,
rechtsbijstandverzekeringen
o Persoonsverzekering (art. 5, 16°) = zowel de premie als de vergoeding afhankelijk van
het zich voordoen van een onzeker voorval, dat iemands leven, fysiek integriteit of
gezinstoestand aantast.
Vb. levensverzekeringen, hospitalisatieverzekering, ziekteverzekering, …
Verzekeringen tot vergoeding van schade en verzekeringen tot vergoeding van een vast
bedrag:
o Verzekeringen tot vergoeding van schade (art. 55, 3°) = indemnitaire verzekering
o Verzekering tot vergoeding van een vast bedrag (art. 55, 4°) = forfaitaire vergoeding
o Opgelet:
Elke schadeverzekering is een verzekering tot vergoeding van schade
Een levensverzekering is steeds een verzekering tot uitkering van een vast bedrag
Een persoonsverzekering andere dan een levensverzekering, kan ofwel een
verzekering tot vergoeding van schade zijn. Ofwel een verzekering tot vergoeding
van een vast bedrag afhankelijk wat de partijen hieromtrent bepaald hebben.
Wettelijk verplichte verzekering versus contractueel verplichte verzekering versus vrij te
onderschrijven verzekering:
o Wettelijke verplichte verzekering (door de wet verplicht)
Vb. B.A. autoverzekering, arbeidsongevallenverzekering
o Contractueel verplichte verzekering (door een instantie verplicht) = verzekeringen die
verplicht worden opgelegd door een contractuele verbintenis.
Vb. Brandverzekering, omniumverzekering (bij autolening)
o Vrij te onderschrijven verzekering (keuze bij VN) = alle verzekeringen die niet onder de
wettelijk verplichte en contractueel verplichte verzekeringen vallen, vrij te
onderschrijven. Sommige zijn wel wenselijk:
Een omniumverzekering
Een familiale verzekering
Burgerlijke aansprakelijkheidsverzekering
1
,4. De verzekeringsovereenkomst (art. 5, 14°):
Bestanddelen:
o De verzekeraar (art. 5, 1°):
= namelijk de partij die het risico draagt , die zich verbindt tot het leveren van een
bepaalde prestatie.
o De verzekeringnemer:
= de partij die aan de verzekeraar vraagt een bepaald risico ten laste te nemen en
die daartoe een premie betaalt.
o De verzekerde (art. 5, 17°)
= de persoon op wie de verzekering slaat.
o Benadeelde, begunstigde en/of rechthebbende:
Benadeelde (art. 55, 1°) = een aansprakelijkheidsverzekering, degene aan wie
schade is toegebracht waarvoor de verzekerde aansprakelijk is.
Begunstigde (art. 5, 18°) = de persoon, rechts- of natuurlijke persoon, aan wie de
overeengekomen schadevergoeding uitgekeerd moet worden.
o Risico:
= een potentieel gevaar. Het moet gaan om een onzekere gebeurtenis.
o Verzekerbaar belang:
Een verzekerde of begunstigde moet er dus belang bij hebben dat het risico zich
niet voordoet:
In de personenverzekering volstaat een moreel belang
In de schadeverzekering is een materieel, in geld waardeerbaar, belang
vereist, een moreel belang volstaat niet.
o Premie (art. 5, 19°):
= een financiële vergoeding door de verzekeringnemer aan de verzekeraar
o Verzekeringsprestatie (art. 55):
= ten laste van de verzekeraar.
Hoofdstuk 2: Riskmanagement:
1. Risico of risk:
Risico = een van de essentiële elementen van een verzekering. Zonder risico is er geen
verzekering mogelijk.
De onzeker gebeurtenis kan slaan op:
o De gebeurtenis zelf, het risico zelf
o Het ogenblik waarop de gebeurtenis zich voordoet
o De gevolgen van de gebeurtenis
o De omvang van de schade
2. Management:
Het voor de verzekeraar van groot belang om de risico’s te kunnen inschatten en evalueren.
Dat doet hij door middel van een goed riskmanagement.
2.1.Identificatie van het risico:
o Door middel van een checklist, vragenlijst of door een rechtstreekse inspectie
2.2.Beoordeling van het risico:
o Regels van de statistiek
De frequentie van het risico is de graad van de waarschijnlijkheid dat het risico zich
voordoet, de kans op schade
2
, De ernst van het risico duidt op de mogelijke globale omvang van het schadegeval.
2.3.Preventiemaatregelen:
o Preventieve maatregel is een maatregel die genomen wordt duur ongewenste situatie
te elimineren om het optreden daarvan te voorkomen.
o Voorbeelden: verplichting van een erkend alarm te plaatsen bij een diefstalverzekering
of het alcoholslot of brandwerende deuren, …
2.4.Financiering van het risico:
o Vereiste van voldoende spreiding van het risico:
Brand (gewone risico’s – bedrijven)
Arbeidsongevallen (binnen eenzelfde beroepscategorie) iedereen loopt
hetzelfde risico
Natuurrampen niet iedereen loopt hetzelfde risico
Vb. overstroming (vandaar verplicht in brandverzekering)
o Vereiste van frequentie:
Voldoende schadegevallen (contradictie)
Zeer kleine frequentie: niet in te schatten = niet verzekerbaar
Vb. kernramp, terrorisme, …
o Vereiste van homogeniteit van het risico:
Aard van het risico (vb. privaat – professioneel)
Voorwerp van het risico (vb. roerende – onroerende goederen)
Waarde van het risico (vb. Ferrari – Dacia/ premie volgens leeftijd)
Duur van het risico (vb. tijdelijke – levenslange levensverzekering)
o Risicocompensatie en antiselectie:
Slechte risico’s neutraliseren door goede risico’s
Voorwaarden:
Gelijkaardige risico
Voldoende frequentie
Omvang van de gebeurtenis
o Moral Hazard:
= het morele risico dat erin bestaat dat de verzekerde minder voorzichtig zou
kunnen gaan handelen precies omdat hij zich verzekerd weet.
Voor de verzekeraar is de bestrijding van het morele risico een voortdurende en
centrale bekommernis. Om de verzekerde tot een normale graad van
voorzichtigheid aan te sporen.
Samenstelling van de premie:
Zuivere premie (risicopremie of technische premie)
+ beheers- en commerciële kosten (commissies en distributiekost)
= handelspremie
+ taksen (geen BTW) en bijdragen
= uiteindelijke premie
Nieuw in de wet van 04/04/2014: verplicht publiceren van de
segmenteringscriteria consumenten:
Acceptatie
Tarief
Omvang van de waarborg/ vrijstelling
Wet op 10/05/2007: verbod discriminatie
o Medeverzekering en herverzekering:
Sommige risico’s zijn voor verzekeraars te groot om alleen te dragen, hetzij:
Individueel risico (vb. brandverzekering petroleumraffinaderij)
In totaliteit (vb. een portefeuille aan brandverzekeringen)
Medeverzekering:
Risico wordt verdeeld over meerdere verzekeraars
3
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller karolinelutsch. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.06. You're not tied to anything after your purchase.