Hoofdstuk 9: Het zenuwstelsel ..................................................................................................................... 92
1
,HOOFDSTUK 1: DIERLIJKE ONTWIKKELING
1. BEVRUCHTING
Versmelting: haploïde gameten (M+V) à diploïde zygote à ontwikkeling = embryo
• Drie gebeurtenissen:
o Sperma-penetratie en membraanfusie
§ Celmembranen gaan met elkaar versmelten
o Eicel-activatie
o Versmelting van de kernen (kernfusie)
• Tegenstrijdige vereisten:
o Bevruchting bevorderen
o Verhinderen polyspermie (polyploïdie) of versmelting met zaadcel andere soort (bij uitwendige
bevruchting)
§ Polyspermie: versmelten van meerdere zaadcellen met een eicel.
• Moet voorkomen worden om abnormaal aantal chromosomen te vermijden
• Dan krijg je heel veel allelen van 1 gen (= polyploid)
• Niet leefbaar: resulteert tot afwijkingen (bv trisomie: 3 vormen van
chromosoom 21 à uitzondering die wel leefbaar is)
Ontwikkeling
• Van zygote naar embryo: mitotische delingen
• Haploide geslachtscellen gevormd door meiose
• Haploid : van elk gen 1 allel
• Diploid: van elk gen 2 allelen
1. SPERMA-PENETRATIE EN MEMBRAANFUSIE
• Eicel is omgeven door een aantal beschermende lagen à verhinderen dat de zaadcellen zomaar
binnenkomen
o Zee-egels: vitelline-enveloppe en gelatinelaag
o Zoogdieren: zona pellucida + Granulozacellen (voeding naar eicel)
• Acrosoomreactie
o Acrosoom van het sperma bevordert het versmelten van de zaadcel met de eicel
§ Bevat verteringsenzymes
§ Acrosoom vd zaadcel breekt open, waardoor enzymes vrijkomen die de omringende
laag vd eicel afbreken en het celmembraan vd eicel oplossen
§ Zo kan de spermacel door de celmembraan van de eicel
• Membraanfusie
o Spermakern dringt binnen ih eicel-cytoplasma
o Cytoplasma van zaadcel en eicel versmelten met elkaar en
uiteindelijk versmelten de kernen
Eicel tijdens bevruchting met omgevende lagen in a) zee-egel; b) zoogdier.
• Zee-egel: sperma-cellen binden met receptor molecules op vitelline-
enveloppe,
• Zoogdieren op zona pellucida, dat steekt de acrosoomreactie in
gang.
2
,Sperma-penetratie heeft drie andere effecten:
1. Triggert eicel om meiose te vervolledigen
a. Voordat zaadcel binnenkomt: meiose nog niet voltrokken dus eicellen nog niet volledig haploid
b. Als zaadcel eicel activeert, wordt dna material volledig opgedeeld (ifv versmelting met dna
zaadcel)
2. Triggert cytoplasmatische herstructurering
a. = Vloeistof rond de kern in de cel
b. Herstructurering (door calciumstromen)
3. Veroorzaakt een sterke stijging in proteïne-synthese en metabolische activiteit ih algemeen in de eicel
a. Eiwitten worden aangemaakt
b. Eicel gaat metabolisme verhogen
c. Gaat al die andere structuren ook activeren
d. Dat gaat mee induceren dat die corticale granullen daar geactiveerd worden (zeker verhoogde
metabolisme)
2. EICEL-ACTIVATIE
• Membraanfusie triggert eicel-activatie door het vrijzetten van Ca2+ à zona pellucida zal opzwellen (=
zona-reactie)
o Vrijzetten van calciumionen gaat heel vaak cellen triggeren à ook belangrijk proces bij spieren)
• Blockage voor polyspermie treedt op
o Veranderingen in membraanpotentiaal ei door influx NA
o Verandering externe eicel-mantel
o Corticale reactie: corticale granulen zetten enzymes vrij
o Door deze 3 aspecten:
§ Verharden zona pellucida à zona-reactie (geen nieuwe zaadcellen geraken binnnen)
§ Verwijderen sperma-receptormoleculen op buitenste mantel
§ Gevolg: geen polyspermie
• Andere effecten
o Triggert eicel om meiose te voltooien
o Triggert cytoplasmatische herstructurering
o Stijging proteïnesynthese en metabolische activiteit in de eicel
Afhankelijk vd soort, gebeurt de bevruchting op
verschillende tijdstippen id ontwikkeling vd eicel.
Bij bevruchting (sperma-binding):
• Zee-egels: meiose afgerond
• Zoogdieren: in 2de metafase v meiose
o à oöcyt
o Bevruchte eicel = zygote
o Ontwikkelende zygote = embryo
3. VERSMELTING VAN DE KERNEN (KERNFUSIE)
• De haploïde spermacel en haploïde eicelkernen migreren naar elkaar
• Vervolgens versmelten ze, zodat een diploïde kern in de zygote gevormd wordt
3
, SAMENVATTING (belangrijke figuur)
1. Sperma penetreert tussen granule cellen
(voedingscellen en beschermen) en zet
enzymes vrij
2. Zona pellucida breekt door de acrosomale
enzymes
3. Membraanfusie à eicel wordt
geactiveerd (calciumstromen
4. Spermakern gaat het cytoplasme vd eicel
binnen
5. Corticale granules zetten enzymes vrij à
zona pellucida gaat opzwellen en verharden
a. Osmose = verdikken vd zona pellucida (binnenkomen v water omdat de concentratie v
opgeloste stoffen verhoogt, ondertussen zuigt het water aan à verdikking)
b. Spermareceptoren worden verwijderd: zo kunnen de volgende spermacellen niet meer binnen
6. Andere spermacellen kunnen de zona pellucida niet langer penetreren
7. Spermacel en eicel zullen versmelden
2. KLIEVING
Zygote à morula à blastula à gastrula
• Snelle (mitotische) deling vd zygote i/e groter aantal kleinere cellen,
blastomeren
• Niet vergezeld v/e stijging id grootte vh embryo
• In vele dieren zijn de twee embryo-uiteinden:
o Animale pool = vormt externe weefsels, minder dooier
o Vegetatieve pool = vormt interne weefsels, meer dooier
• Klievingsdelingen: vanaf 16-cellig: morula (in de zona pellucida)
• Centraal id morula komt er een holte (blastocoel): cellen uit elkaar geduwd om
interne holte te vormen
o Ondertussen komt er natrium in de holte
o Door de natriumionen komt er een osmotische gradient dat water aantrekt
§ Osmose = waterstroom van lage naar hoge concentratie van ionen
• Resulteert in een holle bal van cellen, blastula, die een met vloeistof gevulde holte omvat, blastocoel
2.1 KLIEVINGSPATRONEN
• Zee-egel: weinig dooier, holoblastische klieving,
symmetrische blastula
• Kikker: veel meer dooier en de kern is verplaatst
naar één pool (animale), meroblastische klieving,
assymetrische blastula met een verplaatste
blastocoel omdat de eieren meer dooier bevatten in de ene hemisfeer dan in de
anderen
o Animale pool met weinig dooier en veel kleine, cel-delende cellen
o Vegetatieve poon met groter maar kleiner aantal cellen met veel dooier
• Kip (lijkt op mens): complexe eieren met kern dat in een smalle schijf van cytoplasma zit boven op een
centrale dooiermassa, heel veel delingen in die smalle schijf (discoïdaal klievingspatroon)
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller michelletrybou. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $9.25. You're not tied to anything after your purchase.