Summary
Samenvatting Burgerlijk Procesrecht 2022
- Course
- Institution
- Book
Een samenvatting die alle nodige onderwerpen voor het vak BPR (burgerlijk procesrecht) aan de UvA omvat.
[Show more]
Connected book
Book Title:
Author(s):
- Edition:
- ISBN:
- Edition:
Seller
Follow
michaelvverhoeven
Content preview
Samenvatting burgerlijk procesrechtWeek 1
Het burgerlijk procesrecht kent voor twee onderwerpen een regeling: 1. Een procedure die tot een
beslissing voor de rechtsverhouding tussen twee partijen moet leiden; en 2. Een procedure voor de
tenuitvoerlegging van die beslissing (executie).
1.2 Eigenrichting
De hoofddoelstelling van het burgerlijk procesrecht is het mogelijk maken dat een crediteur die een
aanspraak heeft op een geven, doen of nalaten een veroordeling van een debiteur krijgt, die hij zo
nodig met overheidshulp kan executeren. Eigenrichting is niet toegestaan.
1.3 Eigenlijke en oneigenlijke rechtspraak
Eigenlijke rechtspraak: de rechtspraak van de burgerlijke rechter in vermogensrechtelijke
veroordelingen. Verloopt doorgaans via een dagvaarding
Oneigenlijke rechtspraak: (vrijwillige rechtspraak) de rechtspraak van de rechter op het terrein van
personen- en familierecht. Doorgaans ingeleid door verzoekschrift.
1.4 Soorten procedures
Dagvaardingsprocedure vangt aan dmv een dagvaarding: een door een deurwaarder uitgebrachte
oproep om op een bepaalde dag voor de rechter te verschijnen (art. 111-124 Rv). De
verzoekschriftprocedure wordt ingeleid met een schriftelijk verzoek, ingediend bij de griffier. In
eerste aanleg is in het algemeen de rechtbank bevoegd kennis te nemen van burgerlijke zaken
(absolute competentie). Er moet wel bepaald worden welke rechtbank (relatieve competentie). In
dagvaardingszaken is vaak woonplaats gedaagde. Bij verzoekschrift is dit vaak woonplaats van
verzoeker. In de dagvaardingsprocedure reageert de gedaagde schriftelijk op de dagvaarding
(conclusie van antwoord). Vervolgens komt mondelinge behandeling. Na mondelinge behandeling
kan er verdere conclusiewisseling zijn (repliek/dupliek). Uiteindelijk wordt bij vonnis uitspraak
gedaan.
Bij verzoekschriftprocedure wordt na ontvangst van rekest vastgesteld wanneer het verzoek ter
zitting behandeld gaat worden. Daarvoor roept de griffier de belanghebbenden op.
Belanghebbenden kunnen een verweerschrift indienen. Uiteindelijk volgt een beschikking. De rechter
is minder actief bij een dagvaarding dan een verzoekschrift.
Het gebruik van vordering en vorderen geeft een dagvaardingsprocedure aan. De termen verzoek en
verzoeken geven blijk van een verzoekschriftprocedure.
1.5 De rechtsvordering
De rechtsvordering is het processuele middel dat in het procesrecht vereist is om een beslissing te
krijgen. Uitgangspunt bij de rechtsvordering is dat een partij meent een materiële aanspraak te
hebben.
1.6 Wisselwerking tussen formeel en materieel recht
-
1.7 Doorwerking van redelijkheid en billijkheid
,De rechtsbetrekking tussen partijen wordt mede bepaald door de eisen van redelijkheid en
billijkheid.
1.8 Belangvereiste en misbruik van procesrecht
Art 6 EVRM bepaalt dat iedereen recht heeft op toegang tot de civiele rechter. Wel moet iemand
voldoende belang hebben om een vordering in te stellen (3:303 BW). Het gekozen processuele
middel (bijv. vordering, verzoek/verweer, grief of cassatiemiddel) moet dienstbaar kunnen zijn aan
het doel dat dat middel in het procesrecht heeft. Het middel moet de partij in een betere
rechtspositie kunnen brengen.
Misbruik van bevoegdheid levert een tot schadevergoeding verplichtende OD op. Er kan misbruik van
procesrecht optreden indien een eiser zijn vordering heeft gebaseerd op feiten en omstandigheden
waarvan hij de onjuistheid kende of had moeten kennen of op stellingen waarvan hij op voorhand
had moeten weten dat deze geen kans van slagen hebben.
2.1 Inleiding
In het burgerlijk procesrecht zijn normen voor een behoorlijke procedure tot stand gekomen. Zij
worden ook aangeduid als beginselen van procesrecht. Ze hebben twee functies. Allereerst zijn zij bij
nieuwe wetgeving van belang voor de inrichting daarvan; en daarnaast dienen zij als leidraad voor de
rechtspraak.
Er zijn twee categorieën beginselen: 1. Fundamentele eisen: deze normen zijn van zulk fundamenteel
belang dat afwijking hiervan alleen in bijzondere gevallen kan; 2. Functionele eisen: deze normen zijn
nodig voor een goed ingericht en goed functionerend procesrecht.
In art. 6 EVRM staan de eisen voor behoorlijk procesrecht. Deze eisen zijn fundamenteel. Ze zien op
de manier waarop de overheid de civiele procedure moet inrichten en de rechterlijke macht moet
instrueren en sturen. Een strijd met art 6 EVRM kan leiden tot buitenwerkingstelling van een
nationale regeling. De beperking van art. 6 EVRM is dat deze geen horizontale werking kent. Ze
kunnen art. 6 alleen tegen de overheid inroepen en niet rechtstreeks tegen elkaar.
Een ander belangrijk artikel is art. 13 EVRM. Dit artikel bepaalt dat aan partijen een effectief
nationaal rechtsmiddel ophanden moet zijn om tegen schending van art. 6 op te kunnen komen.
Er is een vertaling van art. 6 EVRM in Rechtsvordering. Algemene voorschriften voor procedures:
hoor en wederhoor (19 Rv), openbaarheid van behandeling en uitspraak (27/28 Rv), motivering van
uitspraak (30 Rv), eis van redelijke termijn (20 Rv). Algemene voorschriften: rechter móet een
beslissing geven (26 Rv), op basis van wat partijen hebben aangevoerd en gevraagd (23/24 Rv),
waarbij de rechter wel ambtshalve recht toepast (25 Rv). Ook waarheidsplicht van partijen (21 Rv).
2.2 De toegang tot de rechter
Belangrijk voor de toegang tot de rechter is dat deze niet alleen rechtsgang biedt aan burgers maar
ook 1. Daadwerkelijk en effectief openstaat; 2. Zo eenvoudig en informeel mogelijk is; en 3. Zo min
mogelijk financiële en wettelijke belemmeringen bevat. Hierbij is een belangrijke factor dat er
gefinancierde hulp beschikbaar is.
Er zijn kosten verboden aan een civiele procedure. Als aan het einde van de procedure een
kostenveroordeling komt, zullen deze kosten ten laste van de in het ongelijk gestelde partij worden
gebracht.
Art. 18(2) GW bepaalt dat aan minderdraagkrachtigen een recht op rechtsbijstand wordt verleend.
, 2.3 De eerlijke behandeling
Het in art. 6 EVRM genoemde recht op een fair trial omvat onder andere het recht op hoor en
wederhoor, gelijkheid in procespositie (equality of arms) en de motiveringsplicht van de rechter. De
motiveringsplicht betekent dat de rechter er in zijn oordeel blijk van geeft dat hij met essentiële
stellingen van partijen rekening heeft gehouden.
Het recht van hoor en wederhoor is het meest fundamentele beginsel van BPR. In art. 19 Rv wordt dit
beginsel verwoord. De rechter mag geen gegevens die niet van algemene bekendheid zijn aan zijn
beslissing ten grondslag leggen als hij zich deze buiten de aanwezigheid van partijen heeft verschaft,
zonder de partijen in de gelegenheid te stellen daarop te reageren. Een bindend advies kan worden
vernietigd indien deze in gegeven omstandigheden naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid
onaanvaardbaar zou zijn. Volgens art. 1063 Rv kan de voorzieningenrechter de tenuitvoerlegging van
een arbitrair vonnis weigeren wanneer dit in strijd is met de openbare orde.
Bij de eis van equality of arms gaat het er om dat de processuele positie van de ene partij niet minder
is dan die van de ander.
De motiveringseis beoogt rechterlijke partijdigheid of willekeur tegen te gaan door controle op zijn
besluitvorming mogelijk te maken. De motiveringsplicht is het sluitstuk van de verplichting van de
rechter om: over al hetgeen dat door partijen is gevorderd te beslissen (23 Rv); en de verplichting de
zaak te onderzoeken en te beslissen op grondslag van het aangevoerde (24 Rv). Gemis aan
motivering of tekortschietende motivering levert vaak een cassatiegrond op (79/80 RO).
2.4 De openbaarheid van de behandeling
De behandeling en uitspraak moet openbaar zijn (27 Rv). Naast een preventieve werking biedt dit
een garantie voor onpartijdigheid. Er zijn uitzonderingen in geval van goede zeden, veiligheid van de
staat, het belang van minderjarigen of eerbiediging van persoonlijke levenssfeer.
2.5 Redelijke termijn
Overheden hebben op basis van 6 EVRM de verplichting hun systeem zo in te richten dat een
definitieve beslissing binnen een redelijke termijn kan worden gegeven en geëxecuteerd. Het EHRM
heeft dit nader omschreven. De rechter moet een mondelinge behandeling tijdig laten plaatsvinden
en de doelmatigheid van een persoonlijke verschijning van partijen om inlichtingen te verstrekken
verhogen door vooraf te laten weten welke inlichtingen hij wil hebben. Hij moet ook binnen redelijke
termijn zijn beslissing geven. Er zijn geen concrete termijnen omdat dit afhangt van de complexiteit
van de zaak en het gedrag van de partijen zelf. De wetgever heeft voor zowel de rechter als de
partijen de verplichting gemaakt om ervoor te zorgen dat de procedure niet onredelijk wordt
vertraagd (20 Rv)
2.6 Wraking en verschoning
De onafhankelijkheid van de rechterlijke macht wordt grondwettelijk gewaarborgd door 116/117 Gw.
De partij die de onpartijdigheid van de rechterlijke macht mist, kan overgaan tot wraking (36 Rv). De
rechter die zelf vindt dat er een grond voor wraking is kan vragen om verschoning (40 Rv). Volgens
het EHRM gaat het bij de onpartijdigheid zowel om de eis dat de rechter daadwerkelijk onpartijdig is
(subjectieve aspect), als om de eis dat indruk wordt voorkomen dat de rechter niet onpartijdig zou
zijn (objectieve aspect).
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller michaelvverhoeven. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.04. You're not tied to anything after your purchase.
Can Stuvia be trusted?
4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)
67474 documents were sold in the last 30 days
Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now