Deel 1: Taal en Taalvermogen
1. Van taal naar taalwetenschap
1.1 Inleiding
Taalgebruikers zijn in staat een zin te beoordelen op grond van kennis van de taal, niet uitsluitend op
basis van het geheugen.
Taalkennis is abstract en onbewust.
Taalwetenschap of taalkunde
Expliciteren van de onbewuste, abstracte kennis van taalgebruikers.
Het is de wetenschappelijke studie van natuurlijke taal.
Taal die in een menselijke gemeenschap gebruikt wordt voor algemene communicatie en die een
kind, opgroeiend in zo’n gemeenschap als zijn moedertaal leert.
Het behoort tot de humane wetenschappen.
Het is een empirische wetenschap.
1.2 Talen
Talen kunnen sterk van elkaar verschillen in hun regelgeving (grammatica).
Ondanks de grote verschillen, is de taalwetenschap overtuigt dat er veel gemeenschappelijkheden
zijn tussen talen.
Roger Bacon
“De grammatica van alle talen is in wezen gelijk, al zijn er marginale verschillen.”
Algemene taalwetenschap
De studie van de essentiële of universele eigenschappen van taal.
= Universalia
A. Alle talen bestaan uit kleine elementen die worden gecombineerd om grotere gehelen te
vormen (woorden/gebaren, zinnen). =compositionaliteit
B. Alle gesproken talen hebben klinkers en medeklinkers.
C. Alle talen kunnen mededelingen, vragen, bevelen etc. formuleren.
D. Alle talen hebben woorden voor zwart, wit of donker en licht.
Recursie:
Fenomeen waarbij talige eenheden van een bepaald type, eenheden van hetzelfde type bevatten.
Een inbedding van eenheden.
Vb/ de hond [van de man [met de hoed [zonder veer]]]
1.3 Andere talen en hun grenzen
Dierentalen
Communicatiesysteem (alarmeren, sociale hiërarchie, territoriumafbakening).
Vb/ bijendans
Geen taalsysteem. Ze missen een aantal typische eigenschappen zoals creativiteit en
spontaniteit.
1
Janne Bruyneel
,Kunsttalen
Bewust ontworpen talen
Compositionaliteit en willekeurigheid van het taalteken = menselijke talen
Minder aan verandering onderhevig dan natuurlijke talen
Computertalen of formele talen
Vaste 1-op-1 relatie tussen vorm en betekenis.
In Nederlands kunnen woorden en zinnen dezelfde betekenis hebben.
Non-verbale communicatie
Beperkter dan verbale communicatie
Geen compositionaliteit
Geen grammatica
Handgebaren, pictogrammen, klederdracht
Het studieobject van de taalwetenschap is de natuurlijke mensentaal in zijn verschillende vormen
(gesproken, geschreven en gebarentaal).
Eigenschappen van natuurlijke mensentaal
1) Creatief
Het vermogen om met beperkte set van bouwstenen steeds nieuwe zinnen te maken.
2) Spontaan
Geen aanleiding nodig om taal te gebruiken.
3) Compositioneel & recursief
4) Arbitrair (maar…)
De relatie tussen de vorm en de betekenis van taaltekens is arbitrair of willekeurig.
Behalve bij onomatopeeën.
5) Sociaal
Taal is een vorm van sociale interactie en sociale interactie verloopt vaak d.m.v. taal.
6) Dynamisch
Taal past zich aan aan de nieuwe eisen van de verander(en)de ervaringswereld.
7) Niet situatie-gebonden
Onafhankelijk van het hier en nu.
8) Structuur
De uitingen worden gevolgd volgens bepaalde regels.
9) Universalia
10) Meer betekenissen
Veel taaluitingen hebben meer betekenissen, maar op basis van de context is meestal vast
te stellen wat de bedoelde betekenis is.
2
Janne Bruyneel
,1.4 Verschillen gesproken taal, geschreven taal en gebarentaal
Gesproken taal
Primair t.o.v. geschreven taal
Al tienduizenden jaren
Primitieve talen (talen die geen geschreven vorm hebben)
Elke taal heeft de uitdrukkingsmogelijkheid die het nodig heeft in de gegeven context.
Geschreven taal
Secundair t.o.v. gesproken taal
5000 jaar oud
Gebarentaal
Hogere graad van iconiciteit (inhoudelijke relatie tussen vorm en gebaar)
Maakt gebruik van visuele modaliteit
Taalsysteem met eigen grammatica
Verschillende gebarentalen
1.5 Doelstellingen van taalwetenschap
Algemene taalwetenschap is dus de theoretische studie van taaluniversalia, de wetenschappelijke
studie van natuurlijke taal en de ontwikkeling van een metataal.
Doelstellingen
1. Verwerven van inzicht in de algemene principes en regels die aan natuurlijke taal ten
grondslag liggen.
Generaliseren, verklaren en voorspellen
Ontwikkelen van een algemene taaltheorie
2. ATW is een algemeen grondslagenveld voor meer gespecialiseerde vormen van taalstudie.
Studie van 1 specifieke taal
Deelgebieden en interdisciplinaire onderzoeksvelden.
1.6 Methode
Methode van de empirische wetenschappen:
Hypothetisch-deductieve methode
1. Materiaalverzameling en feitenobservatie
2. Hypothesevorming: op basis van regelmaat en data
3. Afleiden van voorspellingen (deductie)
4. Toetsing van de afgeleide voorspelling (falsificatie)
3
Janne Bruyneel
, 1.7 Verschillende grammatica’s
Descriptieve
Beschrijving van alle varianten van een taal (standaard en dialecten) zonder waardeoordeel.
Prescriptief
Grammatica die voorschrijft welke vormen correct zijn en welke niet (conservatief-puristisch).
Synchroon
Beschrijving van een taal op een bepaald punt in de tijd.
Diachroon
Beschrijft de historische ontwikkeling van een taal (historische grammatica).
Pedagogische grammatica
Een uiteenzetting van de regels van een taal ten behoeve van het onderwijs (=leergrammatica).
Wetenschappelijke grammatica
Een zeer uitgebreide uiteenzetting van de regels van een taal.
1.8 Verschillende aspecten van grammatica
Linguïstische niveaus:
Fonetiek
Studie van de fysische en fysiologische aspecten van spraak.
Fonologie of klankleer
Beschrijving van de kleinste betekenis-onderscheidende onderdelen van taal.
Pragmatiek
Studie van de relatie tussen de taaltekens en hun gebruikers + situatie communicatieve functie.
Semantiek of betekenisleer
Studie van de conventionele betekenis van taalkundige constructies.
Syntaxis of samenplaatsing
Studie van de wijze waarop lexemen in grotere gehelen met elkaar worden gecombineerd.
Onderlinge verhouding van de zinsdelen en hun grammaticale functie binnen de zin als geheel.
Morfologie
Leer van de woordvorming. Interne structuur van woorden en regels voor woordvorming.
Lexicologie
De studie van de aard en structuur van woordgroepen en de samenhang van afzonderlijke woorden.
4
Janne Bruyneel
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller jannebruyneel. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.96. You're not tied to anything after your purchase.