100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting hoofdstuk 6 natuurkunde 4vwo $5.44   Add to cart

Summary

Samenvatting hoofdstuk 6 natuurkunde 4vwo

 0 view  0 purchase
  • Course
  • Level

Samenvatting hoofdstuk 6 natuurkunde 4vwo

Preview 1 out of 5  pages

  • June 1, 2022
  • 5
  • 2020/2021
  • Summary
  • Secondary school
  • 4
avatar-seller
Biologie leerjaar 4 hoofdstuk 6
Soms lijken twee dieren qua uiterlijk op elkaar, maar blijken het toch geen soortgenoten
te zijn. Hun gedrag, voedsel, voortplantingstijdstip of leefgebied zijn totaal verschillend.
Tot voor kort gebruikten biologie twee criteria om vast te stellen of individuen tot dezelfde
soort behoren: overeenkomsten in uiterlijke kenmerken en de mogelijkheid om
vruchtbare nakomelingen te kunnen krijgen. Bij grote uiterlijke variatie geeft het
voortplantingscriterium de doorslag. Tegenwoordig gebruiken biologen informatie uit
DNA-onderzoek als aanvulling, om vast te stellen of twee organismen tot dezelfde soort
behoren. Een soort alleen beschrijven aan de hand van het uiterlijk van een
‘voorbeeldexemplaar’ is ontoereikend: daarvoor is er te veel variatie tussen de
individuen. Beschrijvingen van de soort gaan daarom uit van de gemiddelde kenmerken.
Tekeningen laten de soortkenmerken over het algemeen goed zien. De tekenaar heeft
ze extra benadrukt. Is een soort eenmaal beschreven, dan krijgt deze een
wetenschappelijke naam. Die bestaat uit twee delen: de geslachtsnaam (met een
hoofdletter), gevolgd door de soortaanduiding (met een kleine letter). Dit is de
binominale naamgeving. Achter de tweedelige naam staat soms nog een letter of een
naam. Dat is bijvoorbeeld de naam van de ondersoort of een toevoeging, bijvoorbeeld
‘L’. van Linnaeus (de persoon die de soort als eerste beschreven heeft). Een ondersoort
is meestal een geografisch afgescheiden groep soortgenoten met iets afwijkende
kenmerken. In de naam laten wetenschappers soms een eigenschap van de soort zien.
Domesticus heeft met huis te maken. Dat klopt voor de huismus: hij leeft in de buurt van
huizen. Deze naamgeving is door de Zweed Linnaeus ingevoerd. Geboeid door de
taxonomie, de wetenschap die soorten indeelt in groepen, heeft Linnaeus duizenden
dieren en planten ingedeeld. Hij lette daarbij vooral op overeenkomstige kenmerken.
Biologen gebruiken de indeling van Linnaeus nog steeds. De taxonomie plaatst
organismen bijeen in steeds grotere groepen: organismen > soorten > geslachten >
families > orden > klassen > afdelingen > rijken > domeinen. Door het fokken van
dieren of het kweken van platen ontstaan variaties, rassen. Rassen maken geen
onderdeel uit van taxonomie. Taxonomie is heel specialistisch werk. Er zijn bijvoorbeeld
een paar mensen op de wereld die de verschillende soorten nematoden (bodemaaltjes)
uit elkaar kunnen houden. De kenmerken die de ene taxonoom gebruikt om de
nematoden in een bepaalde klasse onder te brengen, vindt de andere taxonoom minder
belangrijk. Linnaeus gebruikte als hoogste indelingsgroep het planten- en dierenrijk.
Later is daar het bacterierijk bij gekomen. Tegenwoordig gebruiken taxonomen
domeinen als hoogste groep. Zij onderscheiden drie domeinen, elk met een eigen type
rRNA (ribosomaal RNA): de archaea, de bacteriën en de eukaryoten. Archaea zijn net
als bacteriën prokaryoten, eencelligen zonder kernmembraam. Hun cirkelvormig DNA
ligt los in de cel. De bouw van het celmembraan bij archaea wijkt af van dat bij de beide
andere groepen. Het membraam bestaat uit een enkele laag fosfolipiden met lange
vetachtige (isopreen) staarten. De celmembranen van bacteriecellen en eukaryoten
cellen hebben een dubbele laag fosfolipiden. Eukaryote cellen hebben het DNA in een
celkern. Biologie gebruiken DNA- onderzoek om tot een meer betrouwbare indeling van
soorten te komen. Zij analyseren genen voor eiwitten die in veel verschillende
organismen voorkomen, zoals het hemoglobine-gen. Genen die met een constante
snelheid muteren, vormen voor biologen een moleculaire klok. Met behulp hiervan
kunnen ze vaststellen welke soorten verwant zijn en hoelang die soorten al op aarde
aanwezig zijn. Nauw verwante hebben een vrijwel gelijk hemoglobinegen. Hoe meer

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Tamara10. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.44. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

62890 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$5.44
  • (0)
  Add to cart