100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Neurologie - Afasie - Blok 4 / Jaar 1 $5.88
Add to cart

Class notes

Neurologie - Afasie - Blok 4 / Jaar 1

1 review
 31 views  3 purchases
  • Course
  • Institution

Alle aantekeningen bij de colleges van Afasie. Alles is uitgetypt tot in de details over de verschillende onderwerpen zodat je niks vergeet om te leren bij het onderdeel 'Afasie'.

Preview 3 out of 22  pages

  • June 7, 2022
  • 22
  • 2020/2021
  • Class notes
  • A. huttmann
  • All classes

1  review

review-writer-avatar

By: christianlambeck • 2 year ago

avatar-seller
Afasie
Afasie kan je tegenkomen in:
 Ziekenhuis
 Verpleeghuis
 Revalidatiecentrum
 Logopedie eerste lijn.

Wat is afasie?

Afasie is een verworven taalstoornis door focaal hersenletsel
 Meestal linkszijdig aan je brein.
 Als je afasie hebt, kan je problemen hebben met de taalproductie en taalbegrip
 Ook moeite met gesproken en geschreven taal.
 Zowel woorden als zinnen

Verworven taalstoornis —> Niet aangeboren hersenletsel. Je verwerft het nadat je
taalontwikkeling is afgerond.

Focaal hersenletsel —> Focaal betekent plaatselijk. Niet over hele brein maar specifieke
plek.

Hersenletsel:
Aandoening als gevolg van iets wat er in je brein, meestal links, mis gaat.

Linkerkant van het brein (van de grote hersenen):
4 hersenkwabben en iedere kwab heeft verschillende functies:

Frontaalkwab:
 Motoriek; inclusief articulatie
 Taal; vooral grammaticale vermogens

Temporaalkwab:
 Gehoor; auditieve analyse en herkenning van klanken en woorden
 Taal; woordbeelden

Pariëtaalkwab:
 Gevoel en geheugen voor tijd en ruimte
 Praxis —> Het handelen
 Sensoriek

Occipitaalkwab:
 De visus; zicht

,Taalmodaliteiten

Hoe uiten we ons en verwerken we taal?
Belangrijk dat we begrijpen wat we horen en wat we lezen.

Er zijn in totaal 4 taalmodaliteiten:

 Luisteren

Als er een woord tegen je wordt gezegd zijn er meerdere processen die plaatsvinden
waardoor je iets begrijpt.
Voorbeeld: Iemand zegt hond tegen je:
1. Je gaat de klanken analyseren van het woord die je hoort
2. Vervolgens woord herkennen als een woord dat bestaat
3. Centrale gedeelte —> Semantische systeem. Betekenissen. Dan ga je concept
begrijpen. Je begrijpt dat het woord hond 4 poten heeft, blaft, kwispelt, huisdier etc.

 Lezen

Je leest het woord hond:
1. Je ziet het woord
2. Je herkent de geschreven letters
3. Herkent het hele woord als een woord die bestaat en eerder hebt gelezen.
4. Betekenis geven aan het woord door de semantische kenmerken te activeren die bij
het woord horen.

 Spreken

Als je iets wilt vertellen over hond, ga je eerst alle kenmerken in je hoofd verkennen. Dus
blaffen, kwispelen etc. Je roept het woord op vanuit het semantische systeem.

Soms zeg je: ‘Dinges hoe heet het nou, puntje van mijn tong’. Dat is als je niet de woordvorm
te pakken weet te krijgen.

Als je de woordvorm toch eenmaal te pakken hebt:
1. Klanken op de juiste plek gezet worden zodat je woord goed kan uitspreken
2. Vervolgens begint de mond te bewegen en spreek je hond uit.

 Schrijven

Schrijven gebeurt hetzelfde, maar dan geschreven letters.
1. Je activeert het woord in je semantische systeem
2. Je zoekt de onderliggende, geschreven woordvorm
3. Gevonden? Dan alle letters/grafemen, op de juiste plek worden gezet (abstract)
4. Dan hand bewegen en over tot motorisch schrijven.
Elke persoon met afasie weer anders. Want waar is nou precies het probleem?
Alle routes kunnen onafhankelijk van elkaar gestoord zijn.

, - Patiënt die bijvoorbeeld goed kan begrijpen, maar niet in staat om geschreven
woorden te lezen.

- Patiënten die niet kunnen schrijven, maar wel kunnen lezen.

- Patiënten die wel kunnen spreken, maar niet kunnen schrijven. Etc.

- Alle combinaties zijn mogelijk.

Problemen met taalbegrip. Hierdoor moeite met wat je hoort of leest. Ook spreken en
schriftelijk moeilijk.
Alle routes onafhankelijk van elkaar aangedaan.

Nazeggen  Luisteren en spreken. Eventueel taalbegrip maar hoeft niet.

Foneemgelijkenissen  Taalbegrip en luisteren.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller ambero. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.88. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

53068 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$5.88  3x  sold
  • (1)
Add to cart
Added