- Het hele proces van aanmelding tot conclusie (bv diagnose, advies, beslissing…)
- Wat is er aan de hand met dit kind?
- Zin en onzin van ‘labelen’?
Pro: Contra:
- Recht op faciliteiten - Hokjes denken
- Middel om juiste behandeling te zoeken - enkel kijken naar label en niet naar persoon zelf
- Verhelderen waarom persoon bepaalde dingen doet - Kind kan lager zelfbeeld krijgen
- Mensen leren kennen met bepaalde ervaringen - Stoornis als excuus gebruiken om iets niet te doen
- Erkenning van omgeving - Elk gedrag word aan de diagnose toegeschreven
- Relief voor ouderen
Begeleiding: alle methodieken om een kind te ondersteunen
1.2 WAT IS DIAGNOSTIEK?
- Hypothesen opstellen over wat er aan de hand is en toetsen door onderzoek
- Diagnose is geen doel op zich!
o → O.b.v. deze informatie nagaan hoe we dit kind best gaan begeleiden
o = handelingsgerichte diagnostiek (= diagnose die aanknopingspunten oplevert voor behandeling, begeleiding,
aanpak)
- Niet enkel tekorten maar ook sterktes! Kijken naar kind in geheel, wat heeft het kind nodig
- We gaan niet diagnosticeren om te diagnosticeren, als je onderzoek moet doen, waarom
1.3 SOORTEN DIAGNOSTIEK
- Verschillende indelingen mogelijk
o 1) Onderkennende vs verklarende vs handelingsgerichte diagnostiek
o 2) Screening vs diagnostisch onderzoek vs assessment
- In de praktijk moeilijk te onderscheiden: grenzen zijn vaag, lopen door elkaar of in elkaar over
- De indeling is afhankelijk van de stoornis die geanalyseerd wordt => volgende slide = specifiek voor
Ontwikkelingsstoornissen
- Echt een diagnose gaan stellen, je wilt weten wat er aan de hand is
- Wat is er met dit kind aan de hand?
- Aan de hand van screening en diagnostisch onderzoek (zie verder)
o Aan de hand van het beschrijven van het gedrag, niet aan de hand van bloedonderzoek
- Resultaat: een (formele) onderkennende diagnose (bv ADHD of dyslexie)
- Bij de OS: beschrijvend (en niet verklarend) van aard
- Wat is de oorzaak van dit probleem? Waarom heeft dit kind stoornis x?
- Resultaat: een verklarende diagnose
o op het genetische, neurobiologische of neuropsychologische analyseniveau
- Bij OS (ontwikkelingsstoornis):
o heel moeilijke kwestie
o weinig nut => relevanter is de vraag wat er aan de hand is (onderkennende diagnose) om dan te gaan bepalen
op welke manier daar het best mee kan worden omgegaan (handelingsgerichte diagnose; zie verder)
- Breder: “wat zijn de beïnvloedende factoren die een rol spelen in het functioneren van dit kind?”
- Opstellen van een “integratief beeld” (i.e. hypothesen over de samenhang tussen alle ondersteunende en
belemmerende factoren) ICF model en stoornisspecifieke theoretische modellen als hulpmiddel
- Zie handelingsgerichte diagnostiek
- Hoe kunnen we dit kind het best begeleiden?
- Doel: opstellen van een individueel functioneringsprofiel, het in kaart brengen van de ondersteuningsnoden en een
individuele aanpak op maat van het specifieke kind
- Op basis van:
o weten wat er aan de hand is en wat er moet worden veranderd (via onderkennende en eventueel verklarende
diagnostiek)
o informatie over andere factoren binnen het kind en over omgevingsfactoren, waarbij men zowel focust op
risicofactoren als op protectieve factoren en mogelijkheden (sterkte-zwakteanalyse; zie ook assessment)
- Resultaat: indicerende diagnose
o lijst met aanbevelingen voor meest gepaste ondersteuning, behandeling en/of materiële hulpmiddelen voor
het kind en zijn omgeving
En bij de ontwikkelingsstoornissen?
- Bij de diagnostiek van ontwikkelingsstoornissen wordt bij voorkeur een handelingsgericht diagnostisch traject
doorlopen, waarbij een onderkennende diagnose (en in sommige gevallen aanvullend een verklarende diagnose) een
belangrijke plaats inneemt.
2
,1.3.2 TWEEDE INDELING
- Screening
- Diagnostisch onderzoek
- Assessment
SCREENING
- Is er een verhoogd risico op stoornis x?
- Is er mogelijks iets aan de hand (vb; ik kom in de kleuterklas en ik kijk hoe de kinderen functioneren, kijken of er iets
aan de hand is)
- Een eerste aftoetsing
- Kan bepaalde richting geven
- Lijd naar hypothese
- Wanneer?
o Voorafgaand aan diagnostisch onderzoek, in grote groep (preventie bv Kind & Gezin, LVS op school)
o Tijdens 1e fase van onderkennende diagnostiek, individueel
- Voordelen
o Redelijk snel en eenvoudig af te nemen
o Aanwijzing voor verder diagnostisch onderzoek
o Richting voor de hypothesen
o Maakt vroegdetectie mogelijk
DIAGNOSTISCH ONDERZOEK
- De volgende stap: vanuit de screening is gebleken dat jan niet kan stilzitten en kan concentreren, we gaan hem er uit
halen en diagnostische testen afvoeren
- Meer diepgaand onderzoek en tijdintensief
- Leid naar diagnose
- Heeft dit kind stoornis x?
- Wanneer? Bij de onderkennende/classificerende diagnostiek wanneer specifieke hypothesen worden getoetst
- Resultaat: formele onderkennende diagnose (bv via criteria DSM-5)
ASSESSMENT
- Het volledige pakket: hoe is het thuis, hoe is het op school,….
- Veel breder onderzoek dan de technische aspecten die je kunt linken aan de diagnose
- Sterkte-zwakteprofiel: wat zijn de sterke en zwakke kanten van dit kind?
- Belang: Aanknopingspunten voor het opstellen van een behandelingsplan
o Zwakke punten: waaraan men kan werken
o Sterke punten: waarop men kan steunen
- Wanneer? Tijdens de screening en het diagnostisch onderzoek + eventueel bijkomend specifieker onderzoek
- Ook omgevingsfactoren!
- Zo compleet mogelijk beeld = nodig voor meest optimale handelingsplan
1.4 DIAGNOSTISCHE INSTRUMENTEN
- Soorten
o Vragenlijst
om screening te doen, eerste kennismaking
o Klinisch interview: ongestructureerd – semi-gestructureerd – gestructureerd
o Observatie(schaal)
o Testprocedure: IQ test - neuropsychologische test - …
3
, - Doel
o Screening
o Diagnostisch onderzoek
o Assessment
1.4.1 SCREENINGSINSTRUMENTEN
- Doel: screenen voor (een) bepaalde problematiek(en)
- Soorten instrumenten (bij OS: vaak vragenlijsten)
o Brede: inventariseren van uiteenlopende probleemgedragingen (bv ASEBA vragenlijsten)
o Specifieke: gericht op beperkt aantal probleemgedragingen (bv VvGK: vragenlijst voor gedragsproblemen bij
kleuters)
- Onderkennende diagnose pas mogelijk na bijkomend diagnostisch onderzoek (met diagnostische instrumenten)
1.4.2 DIAGNOSTISCHE INSTRUMENTEN TIJDENS ONDERZOEK
- Doel: hypothesen toetsen tijdens het diagnostisch onderzoek om eventueel onderkennende diagnose te stellen
- Soorten instrumenten: tests, observatieschalen en interviews die specifiek werden ontwikkeld voor het onderzoeken
van een bepaalde stoornis
- Tijdsintensief
- Keuze:
o Kindfactoren (bv leeftijd, anderstaligheid, gekende problemen)
o Psychometrische kwaliteiten (meet test wat we willen dat hij meet, normering,…)
1.4.3 ASSESSMENTINSTRUMENTEN
- Doel: brede assessment (sterkte-zwakteanalyse)
- Soorten instrumenten: vragenlijsten, interviews, observaties, tests
o Verschil met screenings- en diagnostische instrumenten: niet voor stellen onderkennende diagnose maar
aanvullende info voor opstellen (be)handelingsplan
o Afhankelijk van de gestelde diagnostische hypothese
- Info verzamelen over
o de omgeving
o het kind op diverse ontwikkelingsdomeinen
intelligentie- of ontwikkelingsonderzoek: bij voorkeur bij vermoeden OS
neuropsychologisch functioneren →neuropsychologische tests
geen nut voor stellen diagnose
wel nuttige informatie voor behandelplan
dus niet op zichzelf afgenomen maar deel van groter onderzoeksproces
1.4.4 AANTAL VOORBEELDEN VAN ALGEMENE INSTRUMENTEN
- Screeningsinstrumenten
o ASEBA vragenlijsten
Child Behavior CheckList (CBCL)
Teacher’s Report Form (TRF)
Youth Self Report (YSR)
o Strenghts and Difficulties Questionnaire (SDQ)
- Diagnostisch instrument
o Diagnostic Interview Schedule for Children (DISC)
- Assessmentinstrumenten
o Neuropsychologisch testmateriaal
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller bobartholomeus. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.14. You're not tied to anything after your purchase.