Summary
Samenvatting TMO Recht semester 2
- Course
- Institution
Samenvatting van de lesstof voor de tentamens
[Show more]
Seller
Follow
khmv
Reviews received
Content preview
BM2 RechtHoofdstuk 1: eigendom en koop
Eigendom
Je bent pas eigenaar als je de goederen in je bezit hebt. Zaken zijn voor menselijke beheersing
stoffelijke objecten, oftewel je kunt het vasthouden. Denk aan Kleding, fiets enz. Dit zijn roerende
zaken. De levering van deze roerende zaken noem je ook wel bezitsverschaffing. De eigenaar draagt
het dan over aan de verkrijger.
Eigendomsoverdracht
Er zijn die vereisten voor eigendomsoverdracht:
1. Geldige titel
2. Beschikkingsbevoegd:
3. Levering
Wat doet de notaris?
Die maakt een akte op en schrijft het in bij het kadaster. Pas na die inschrijving bij het kadaster is de
koper eigenaar.
Onroerende zaken zijn grond, gebouwen en beplanting, ze zitten vast aan de grond. Alle onroerende
zaken zijn registergoederen. Andere registergoederen zijn schepen en vliegtuigen.
Eigendomsvoorbehoud
Heel vaak wil een leverancier een eigendomsvoorbehoud afspreken. Dit betekent dat de eigendom
pas overgaat als de volledige koopprijs is betaald. Dit wordt vooral gedaan bij dure machines
bijvoorbeeld. Pas na de betaling van de laatste termijn wordt de koper pas eigenaar.
Voorbeeld tentamenvraag:
Marscha BV wil een partij schoenen verkopen aan Smith BV.; de prijs zal € 100.000,-- bedragen.
Smith BV wil dat de partij schoenen in 4 termijnen betalen, maar eist dat de schoenen wel direct
geleverd worden, aangezien hij de schoenen wil exporteren naar Brazilië. Wat adviseer je Marscha
BV?
Als Smith BV een bekende handelspartij is of al vaker besteld heeft en altijd op tijd betaald heeft, zou
je hiermee misschien akkoord kunnen gaan.Over het algemeen is het beter om een
eigendomsvoorbehoud op te nemen in de overeenkomst. Als Smith BV dan failliet gaat, dan kun je
de schoenen terugvorderen. Bovendien kan Smith BV pas verkopen als hij eigenaar is, dus dan gaat
hij snel betalen.
,Aanbod en aanvaarding
Overeenkomst: een overeenkomst kan mondeling of schriftelijk worden afgesproken. Stel je hebt
geen officieel contract op papier, hoe kun je dan wel bewijzen dat je overeenkomst hebt gesloten?
Bijvoorbeeld: email, foto, geluidopname.
Vormeisen bepaalde overeenkomsten: bepaalde overeenkomsten/bedingen moeten wel altijd
schriftelijk bijvoorbeeld, concurrentiebeding, proeftijd, woning.
Wilsovereenstemming: partijen zijn het met elkaar eens. Ze willen de overeenkomst hebben en dit
ook verklaard.
Voorbeeld tentamenvraag:
Philip zegt tegen Gerwin: “Ik wil mijn bestelbus verkopen”.
Gerwin: “Nou, ik ben wel geïnteresseerd! Wat moet ie kosten?”
Philip: “Daar komen we wel uit, ik denk aan een prijs rond de 12.000.”
Gerwin: ”Laat me thuis overleggen. Binnen een week hoor je van me”.
Philip: “Prima, dan hoor ik het wel.”
De volgende dag belt Gerwin op en spreekt de voicemail in van Philip dat hij de bus graag wil hebben.
Die dag is Philip in België en komt hij Christel tegen. Zij is ook geïnteresseerd in de bus en ze komt tot
een deal met Philip.
Philip belt hij Gerwin op dat bus niet meer te koop is.
Dan pas hoort hij dat Gerwin zijn voicemail heeft ingesproken.
Kloppen de volgende conclusies?
A. De opmerkingen van Philip waren geen aanbod, maar een uitnodiging tot het doen van een
aanbod. Het voicemailbericht was dus ook geen aanvaarding van een aanbod.
Dat klopt, er is geen sprake van een aanbod, waar alle essentiële elementen van de
koopovereenkomst aan de orde komen en waarop Gerwin gewoon ‘ja’ kan zeggen.
Philip geeft duidelijk aan dat er nog overleg moet plaatsvinden.
B. Als de opmerkingen van Philip wèl een aanbod zouden zijn geweest, dan is dit aanbod komen
te vervallen, omdat het niet direct is geaccepteerd. Een mondeling aanbod moet nl. direct
aanvaard worden
Dat is niet juist. Normaliter moet een mondeling aanbod direct worden aanvaard. In
dit geval heeft Gerwin om een week uitstel gevraagd, waarmee Philip akkoord is
gegaan. Gerwin hoefde dus niet direct te aanvaarden.
C. Er is geen koopovereenkomst, want over de prijs is geen overeenstemming bereikt
Dat klopt. Er is wel gesproken over de prijs, nl. zo rond de 12.000, maar hierover was
nog geen overeenstemming bereikt
Aanbod
- Herroepelijk aanbod: de aanbieder kan zolang niet aanvaard intrekken
- Onherroepelijk: termijn voor aanvaarding staat vast (14 dagen), blijkt uit aanbod
Aanvaarding
, - Als de andere partij het aanbod aanvaardt dan komt er op dat tijdstip een overeenkomst tot
stand.
- Als de aanvaarding afwijkt van het aanbod dan word dit gezien als een nieuw aanbod
- Is er alleen een advertentie met de opmerking, N.O.T.K (nader overeen te komen). Dan is er
juridisch geen sprake van een aanbod.
Partijen zijn het met elkaar eens. Ze willen de overeenkomsten en hebben dit ook verklaard.
Handelingsbekwaamheid
De partijen moeten handelingsbekwaam zijn. Zo niet, dan is de overeenkomst vernietigbaar. Ze
mogen geen overeenkomsten ondertekenen. (Zonder toestemming van ouders.)
- Minderjarige
- Meerderjarigen, die onder curatele staan.
Uitzonderingen:
- Minderjarigen (vanaf 16 jaar) mogen een arbeidsovereenkomst sluiten.
- Een rechtshandeling, die in het maatschappelijk verkeer gebruikelijk is voor een
minderjarige.
- Denk aan het kopen van kleding, sluiten van bepaalde abonnementen.
Wil en verklaring
Soms wijkt de verklaring af van de echte wil. Het gaat dan om de vraag: kan en mag iemand in alle
redelijkheid ingaan op wat die ander heeft verklaard of had deze wel kunnen begrijpen dat de
verklaring fout was? Wanneer dit ja is, is er wel een overeenkomt en wanneer dit niet zo is, is er geen
overeenkomst.
Wil -verklaring : is er sprake van een duidelijke vergissing? Zo ja, dan geen geldig aanbod (€ 40,--
i.p.v. € 400,-- of € 80,-- i.p.v. € 100).
Gerechtvaardigd vertrouwen: Mocht de ander erop vertrouwen dat de verklaring klopte of had ie
kunnen begrijpen dat dit niet klopte? Heeft de koper onderzocht wat de normale prijs is?
Het gaat om de gemiddelde consument (denk aan ketting van de Bijenkorf)
Voorbeeld tentamenvraag:
In een etalage ligt een limited edition Massimo Dutti broek voor € 99,--. Marion past de broek en wil
‘m kopen, maar hoort van de verkoopster dat er sprake is van een vergissing. De broek kost € 129,-;
het prijskaartje is verkeerd. Marion is het hiermee niet eens. Welke (juridische) argumenten kun je
noemen om haar standpunt te onderbouwen?
Marion kan zich beroepen op het vertrouwensbeginsel. Ze mocht erop vertrouwen dat de prijs op de
broek klopte. Ze had niet hoeven te begrijpen dat een broek van een limited edition hoger geprijsd
had moeten zijn, aangezien het prijsverschil niet heel hoog is, zoals bij de Otto, de Leenbakker en de
Bijenkorf zaken. Ook al had de winkel de broek niet willen verkopen (verschil tussen wil en
verklaring), toch mocht Marion hierop vertrouwen.
Consumentenkoop
In Europa zijn er veel richtlijnen aangenomen, die consumenten beschermen, zoals de
dienstenruchtlijn en m.n. de richtlijn consumenten rechten.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller khmv. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.40. You're not tied to anything after your purchase.
Can Stuvia be trusted?
4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)
78310 documents were sold in the last 30 days
Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now