Class notes
C-CHEM Blok B1 aantekeningen
- Course
- Institution
C-CHEM Blok B1 aantekeningen
[Show more]
Seller
Followmaritpruijn
Reviews received
Content preview
C-CHEM 1 Elektrische stroom = verplaatsen van lading van negatief geladen deeltjes.
o Teveel elektronen negatieve lading
o Te weinig positieve lading
o Evenveel elektrisch neutraal.
Drie methoden elektrisch epileren
HF wisselstroom (AC)= thermolyse (diathermie)
o Sneller maar niet effectief
o Uitgedrukt in LF, MF en HF (frequentie)
Gelijkstroom = galvanische elektrolyse
o Deeltjes gaan alleen van min naar plus.
o Meest effect maar tijdrovend
o Heeft gelijkstroom (DC), kan coagulatie van eiwit geven
o Patiënt moet elektrode in de hand houden omdat: laat ionen bewegen van–
naar plus.
Combinatie van de bovenste twee= blendmethode
o Meest effectief omdat het deel thermolyse (warmte) is en deel elektrolyse
(loog), minder pijnlijk minder tijdroven.
o Meer elektrolyse dan thermolyse. Heeft dus AC HF (zorgt voor versnelling=
minder warmte minder pijnlijk minder verbrandingen) en DC (zorgt voor
loog.
o Geschikt voor alle haarkleuren
o Eiwitten coaguleren door de warmte in de follikel.
Ionen = atoom dat elektrisch geladen is door elektronen
o Kation = positief geladen = te weinig elektronen naar negatief geladen
elektrode (kathode).
Reactie aan de kathode niet uit je hoofd kennen.
o Anion = negatief geladen (let op: andersom van KNAP) = te veel elektronen
naar positief geladen elektrode (anode).
o Bij + en + / - en – gaan de elektronen juist van elkaar weg.
Galvanische methode
KNAP = Kathode = negatief, anode = positief .
Bij kathode = veel elektronen = minpool = negatief
o OH-ionen ontstaan je krijgt basische PH meer hydroxylion
o Naald is kathode. Dus + –.
Alle elektronen naar naald stroomkring doorgegeven aan
watermoleculen elektrolyse
o Door kathode ontstaat loog in de follikel
Bij anode = te weinig aan elektronen = pluspool = positief
, o H-ionen ontstaan je krijgt zure PH meer waterstofion.
o Elektron wat de patiënt in de hand houdt is anode. Dus – +.
o Door anode ontstaat er in de hand een zure oplossing
Polarisatie = bij positief en negatief geladen elektronen, wordt weggehaald door
rolelektroden = kataforhese.
de negatief geladen elektrode wordt door positief geladen
ionen uit de vloeistof omringt, de negatief geladen elektrode
duwt negatief geladen ionen in de vloeistof van zich af
de positief geladen elektrode wordt door de negatief geladen
ionen uit de vloeistof omringt en duwt op de positief
geladen ionen in de vloeistof weg
Loog bij blendmethode
Loogvorming bevindt zich aan de naald door gelijkstroom
Lost de eiwitten op haar laat los wand van follikel lost op. Andere follikels worden
aangetast.
C-CHEM 2
Licht
Kleur = door frequentie of golflengte
Meneer Newton = spectrum om kleurenreeks te omschrijven. Zoals de regenboog:
rood (lange golflengte, grote nanomenters) -oranje-geel-groen-blauw-violet (korte
golflengte, weinig nanometers). Prisma breekt het licht tot verschillende kleuren.
Zichtbaar licht = golflente tussen 380 en 780 (tussen UV en IR in).
Primaire kleuren = kleuren die niet gemengd kunnen worden door andere kleuren.
o Substractieve kleurmenging = rood (magenta), blauw (cyaan) en geel
= Aftrekking/verminderen want er wordt maar een deel van het
spectrum gereflecteerd= bij schilderkunst.
Al deze kleuren gemengd met elkaar wordt zwart.
o Aditieve kleurmenging = rood, blauw en groen.
= bij lichtbundels en beeldschermtechniek
= licht wordt bij elkaar opgeteld.
Al deze kleuren gemengd met elkaar wordt wit.
Secundaire kleuren = door twee primaire kleuren te mengen.
o Paars, groen en oranje.
Complementaire kleuren = kleuren vullen elkaar goed aan/past bij elkaar, bestaat uit
1 primaire kleur en 1 secundaire kleur. Dus twee tegenovergestelde kleuren in de
kleurencirkel samen.
o Vb: paar- geel, rood - groen, blauw-oranje.
o Ontstaat: uit 1 primaire kleur en een menging van beide andere primaire kleur
(secundaire kleur).
Kleurencirkel = laat zien hoe primaire en secundaire kleuren in elkaar overlopen
o Complementaire kleuren liggen tegenover elkaar.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller maritpruijn. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $10.24. You're not tied to anything after your purchase.
Can Stuvia be trusted?
4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)
75323 documents were sold in the last 30 days
Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now