(Deze samenvatting bestaat voor een groot deel uit voorbeelden!)
§4.1 Cijfermateriaal en tabellen
Het is belangrijk gegevens uit een tabel te combineren en al deze informatie samen te
gebruiken. Bijvoorbeeld de volgende tabel:
Bron 1:
Havisten op het VO in Havisten die cum Leerlingen op het VO Aantal leerlingen op
2017 laude slaagden in die cum laude het VO in 2017
2017 slaagden in 2017
100.500 1.520 5.510 1.525.000
Zo kun je met beperkte informatie al veel aflezen en berekenen. Zie de voorbeeldvraag:
Voorbeeldvraag 1:
Hoeveel procent van de Havisten slaagde Cum laude in 2017? Rond af op 2
decimalen en gebruik bron 1.
Stap 1: Gebruik de informatie uit de tabel. Er zijn in totaal 100.500 havisten waarvan
1.520 cum laude slaagden.
Stap 2: Kies de goede formule. Gebruik formules die je kent. In dit geval is dat de
Deel
volgende formule: × 100
Geheel
Stap 3: Vul de goede informatie op de juiste plek in en gebruik je rekenmachine waar
1.520
nodig. Eindantwoord: ×100 ≈ 1,51%
100.500
Interpoleren en extrapoleren:
Interpoleren betekent dat je een schatting maakt tussen twee liggende waarden in een serie
van getallen.
Extrapoleren betekent dat je een schatting maakt van een waarde voor of na een serie
waarden.
Bron 2: Inwoners land X
, 1990 2000 2010 2020
5.500.000 5.900.000 6.100.000 6.500.000
§4.2 Rekenen met procenten
Procentuele toename en afname
nieuw−oud
Toename en afname bereken je met een simpele formule: × 100. Maar let op!
oud
Zodra je een negatief getal als uitkomst krijgt, moet je het minteken weghalen en er een
afname van maken. Anders ga je minpunten krijgen op proefwerken en toetsen.
Voorbeeldvraag 3: Bereken de procentuele toename van een
jas, die eerst 103 euro kostte, en nu 140 euro kost. Rond af
op 2 decimalen.
Antwoord vraag 3:
Stap 1: Bekijk de vraag en haal nodige informatie eruit, enige
informatie is dat het eerst 103 euro kostte en nu 140 euro.
Stap 2: Bekijk welke formule je gebruikt. Zoals uitgelegd is dat
nieuw−oud
x 100.
oud
140−103
Stap 3: Invullen in de formule. x 100 ≈ 35,92
103
Vermenigvuldigingsfactor
De procentuele factor is het getal waarmee je vermenigvuldigt om een procentuele
verandering aan te geven. Voorbeeld (geen som):
Een jas van 30 euro wordt 20% duurder. Jas =100%. 100%+20% = 120%. 120%/100 = 1,2. Dus
je vermenigvuldigingsfactor is 1,2. Controle: 1,2 x 30 = 36. Wat uit je hoofd natuurlijk
ongeveer klopt.
Met afname doe je de 100% van de jas – de 20% die het goedkoper wordt. Dat is 80% en dan
wordt je vermenigvuldigingsfactor dus 0,8.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller jasperkerkhof08. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.21. You're not tied to anything after your purchase.