PR 3: LEERPADEN ANNICK VAN GILS
LEERPAD 1: INLEIDING EN BESCHRIJVEN VAN AFZONDERLIJKE VARIABELEN
INTRODUCTIE
Onderzoek bestaat uit verschillende fasen. Dit leerpad richt zich op de fase waarin de
data of de gegevens die zijn verzameld worden verwerkt en bestudeerd. Dit is nodig
om een antwoord op de onderzoeksvraag te kunnen formuleren. Afhankelijk v/d
methode die je gebruikte bij het verzamelen v/d gegevens worden de gegevens
kwantitatief of kwalitatief verwerkt. In dit leerpad wordt aan de slag gegaan met de
kwantitatieve data-analyse en dus met cijfermateriaal. Het is een inleiding in de
statistiek.
Wat is statistiek? Het is de wetenschap die zich bezighoudt met het verzamelen,
ordenen, analyseren en interpreteren van informatie.
VARIABELEN EN HUN MEETNIVEAUS (HB HOOFDSTUK 5 P. 169-171)
Variabele = kenmerk dat 2 of meer catgeorieën of waardes kan aannemen (bv. geslacht bij onze studenten,
want er zijn 2 geslachten. Leeftijd bij studenten, want er zijn > 2 leeftijden)
De variabelen die in onderzoek worden verzamelend, wordne onderverdeeld in berschillende types naargelang
het meetniveau.
Kwalitatieve variabelen categorieën
Kwantitatieve variabelen getallen/hoeveelheden
NORMAAL MEETNIVEAU (KWALITATIEVE VARIABELEN)
- Categorieën zonder volgorde
- Meest eenvoudige meetniveau
- Waarden verschillen hier enkel van elkaar door de naam die de waarden aannemen
- Er bestaat geen hiërarchie in de verschillende waarden
- Bv. kleur, dominantie waar de waarden linkshandig, rechtshandig of ambidexter kunnen zijn
ORDINAAL MEETNIVEAU (KWALITATIEVE VARIABELEN)
- Categorieën met volgorde (ook met getallen die in klassen worden gezet)
- Je kan wel een hiërarchie of rangorde aan de waarden toekennen
- Je kan de waarden in bepaalde volgorde plaatsen
- Bv. rangen in het leger (generaal is hoger geplaatst dan kapitein), Olympische medialles (goed is beter
dan zilver en brons), nooit/soms/vaak/altijd op enquête
- Kwantitatieve of metrische gegevens = gegevens die uitgedrukt worden door getallen waarmee je
berekeningen kan uitvoeren
,MEETNIVEAU’S
INTERVAL
- Getallen waarbij 0 niet echt 0 betekent
o Geboortejaar: jaar 0 is niet het begin van de aarde
o Temperatuur: 0° betekent niet dat er niets onder 0 is
- Volgorde in verschillende waarden + verschillen tussen 2 waarden zijn ook kwantificeerbaar en
interpreteerbaar
- Bv. temperatuur (verschil tussen 2 waarden is interpreteerbaar en betekent over de volledige schaal
hetzelfde, het verschil tussen 5° en 6° is gelijk aan het verschil tussen 22° en 23°)
RATIO
- Getallen waarbij 0 echt 0 betekent (gewicht, afstand)
- Absoluut nulpunt is aanwezig
- Verschil tussen 2 meetwaarden + verhouding tussen 2 meetwaarden krijgen betekenis
- Bv. lichaamsgeqicht (iemand die 100kg weegt is dubbel zo zwaar als iemand die 50kg weegt)
Meetniveau Verschil in naam Volgorde in Gelijke en Vast nulpunt
waarde meetbare
intervallen
Nominaal X
Ordinaal X X
Interval X X X
Ratio X X X X
DISCREET MEETNIVEAU (KWANTITATIEVE VARIABELEN)
- Losse getallen
- Bv. digitale weegschaal (62,4 – 62,5 weergeven en je ziet nooit tot 2 cijfers na de komma)
CONTINU MEETNIVEAU (KWANTITATIEVE VARIABELEN)
- Tussenliggende getallen
- Bv. ouderwetse weegschaal met wijzer (geeft alle getallen weer, ook allemaal na de komma, maar je
bent niet in staat om deze af te lezen, maar ze zijn er wel)
, BESCHRIJVEN VAN AFZONDERLIJKE VARIABELEN-TABELLEN EN GRAFIEKEN (HB
HOOFDSTUK 5 P. 171)
In dit deel wordt uitgelegd hoe één afzonderlijke variabele kan worden beschreven.
Het beschrijven v/d gegevens die verzameld werden is nodig omwille van twee mogelijke doelen.
Doel 1 = profiel schetsen vd deelnemers aan het onderzoek. Vaak worden deelnemers beschreven adhv
variabelen zoals geslacht, leeftijd en anderen
Doel 2 = beantwoorden van beschrijvend eonderzoeksvragen. Dit zijn onderzoeksvragen waarmee je iets in
kaart wil brengen (bv. “Hoe goed houden jongeren zich aan de coronamaatregelen?”). Door een beschrijving
van bepaalde variabelen zoals het aantal knuffelcontacten dat een jongere heeft, kan je deze vragen
beantwoorden
FREQUENTIETABELLEN
Een frequentietabel wordt gebruikt om op een overzichtelijke manier een
beschrijving v/e variabele te geven.
Absolute frequentie = aantallen per waarde (bv. van de hele lijst hebben er 2
lesgevers 5 jaar ervaring)
Relatieve frequentie = percentage van lesgevers die een bepaald aantal
jaren ervaring hebben (bv. 7% v/d lesgevers hebben 5 jaar ervaring in de
praktijk)
Absolute cumulatieve frequenties = aantal lesgevers die minstens een bepaald aantal jaren ervaring hebben
(bv. 7% lesgevers hebben 5 jaren en minder ervaring in de praktijk)
Relatieve cumultatieve frequentie = percentage v/d lesgevers die minstens een bepaald aantal jaren ervaring
hebben (bv. 24% lesgevers hebben 5 jaren en minder ervaring in de praktijk)
De verschillende waarden bij aantal jaren ervaring zorgen ervoor dat deze tabel erg lang en minder
overzichtelijk is. De waarden kunnen ook gebundeld worden worden in verschillende categorieën en het
resultaat hiervan wordt in de frequentietabel hiernaast weergegeven.
Bekijk hoofdstuk frequentietabbel (p. 172-177).
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller julievancalster. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.06. You're not tied to anything after your purchase.