Dit document bevat een Nederlandse samenvatting van alle literatuur voor het tentamen van 'Grondslagen van de klinische psychologie'. Het document is geschreven in correct Nederlands. De hoorcollege aantekeningen zijn ook beschikbaar.
Veel succes met de toets!
Grondslagen van de klinische
psychologie (201700163)
Samenvatting artikelen
Daphne Psychologie (Stuvia)
Taal: Nederlands
Geschreven in 2022
Grondslagen van de klinische psychologie (samenvatting artikelen)
13/06/2022
Behaald cijfer: (nog niet van toepassing)
,Inhoudsopgave
College 2: Nut en noodzaak van de theorie voor de behandeling van psychopathologie
2
Het nut van theorie 2
Vermoedens en weerleggingen (Popper) 6
College 4: Evidence-based werken 8
Evidence-based psychotherapy: Voordelen en uitdagingen 8
Waarom veel klinische psychologen zich verzetten tegen evidence-based practice 13
College 5: Transdiagnostisch vs. stoornisspecifiek werken 21
Overrepresentatie van disfunctionele angstconditionering bij mensen met angst 21
De toename van transdiagnostische behandelingen 24
College 6: Positieve psychologie in de behandeling 28
Positieve psychologie interventies: een meta-analyse van RCT’s 28
Positieve klinische psychologie: Een nieuwe visie en strategie voor geïntegreerd
onderzoek 32
College 7: Klinische behandelmythes 37
Verbeteren psychotherapeuten zich met tijd en ervaring? Een longitudinale analyse van
de uitkomsten in een klinische setting. 37
De 5 grootste mythes in populaire psychologie: Implicaties voor psychotherapie. 39
1
,College 2: Nut en noodzaak van de theorie voor
de behandeling van psychopathologie
_________________________________________________________________________
Eshuis, J. (2015). Het nut van theorie. In H. Van der Molen (Red.), Klinische Psychologie: Klinische
theorieen en theoretische referentiekaders (3e editie)(pp143-152). Groningen, Nederland: Noordhoff
Uitgevers.
Het nut van theorie
---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Waarom hebben we theorie nodig?
- Om zaken te verklaren, zoals hoe de wereld werkt, om op zekere hoogte controle uit te
kunnen oefenen
- Voorspellingen kunnen doen
Waarheidsgehalte > deze moet hoog zijn bij een theorie, hij moet goed aansluiten bij de
werkelijkheid. In het beste geval is een theorie in alle denkbare gevallen geldig en voorspelt perfect
hoe de wereld zich zal gedragen.
Inductie > het optellen van waarnemingen. Maar onze waarnemingen zijn niet de realiteit, maar
slechts een deel daarvan.
Biases > hier is onze interpretatie onderhevig aan. Denk aan attributiefouten en onze
confirmatieneiging. De theorieën zijn hierdoor een weergave van onze vertekende interpretatie van
het voor ons waarneembare stukje van de realiteit.
Inductieprobleem > om vast te stellen dat een genoemde theorie juist is, zouden we eigenlijk
iedereen moeten observeren over wie de theorie een uitspraak doet, en dat is praktisch gezien
onmogelijk.
Kritisch rationalist > Popper. Voor hem was het inductieprobleem aanleiding om te stellen dat al
onze theorieën niet meer zijn dan onbewijsbare aannamen over hoe de wereld in elkaar steekt. We
weten nooit of ze waar zijn.
Deductie > we kunnen een theorie hoogstens aannemelijk maken door keer op keer met deductie
voorspellingen uit onze theorieën af te leiden en te onderzoeken of die uitkomen.
Theoriegeladen > we hebben al een verwachting over wat we gaan zien voordat we de realiteit in
ogenschouw nemen. Een theorie is dus niks anders dan een explicitering van onze principieel
onbewijsbare verwachtingen over de aard van de realiteit.
2
, Paradigma > een verzameling aan basisprincipes, theorieën, methoden en technieken.
Harde kern en beschermgordel > aan de wetenschapper de taak om met een kritische houding aan
de beschermgordel te sleutelen. De harde kern van basisaannames laat hij ongemoeid. De harde
kern bestaat uit onbewijsbare aannames die bepalen wat hij ziet, hoe hij naar de werkelijkheid kijkt
en welke vragen hij onderzoekt.
Incommensurabel > basisaannames zijn niet aan de realiteit te toetsen, wat impliceert dat er geen
objectieve maatstaf is om benaderingen met elkaar te vergelijken.
Metafysica / ontologie > de filosofische beginselen die niet empirisch toetsbaar zijn, maar wel
bepalend zijn voor de inrichting van een onderzoeksprogramma. De geloofsbeginselen van de
wetenschapper.
Determinisme > een voorbeeld van een metafysica. De aanname dat alles in de wereld bepaald
wordt door de blinde werking van causale mechanismen. De aanname dat alles wat er gebeurt een
reden heeft. Een voorbeeld hiervan zijn de leertheoretische benaderingen.
Oorzakelijke mechanismen > iets wat zorgt voor de totstandkoming van bepaald gedrag en wat
verklaart hoe het komt dat een mens bepaald gedrag laat zien.
Reductionisme > het idee dat verklaringen voor fenomenen herleidbaar zijn tot onderliggende
niveaus.
Neuro-biologische benadering > een goed voorbeeld van een combinatie van het determinisme en
het reductionisme. Wil psychologische fenomenen verklaren door te verwijzen naar fysiologische
mechanismen, waarvan gedacht wordt dat deze eraan ten grondslag liggen.
Psychofarmaca > behandeling die veel gebruikt wordt bij depressies en angststoornissen, maar ook
bij ADHD, slaap- en eetstoornissen of bij het stabiliseren van psychoses. Bij deze behandeling worden
verstoringen in de fysiologische mechanismen verholpen, met behulp van ingrepen in de fysiologie.
Gedragstherapie > op basis van eenvoudige leermechanismen wordt gepoogd om disfunctioneel
gedrag uit te doven en eventueel om daar een gezonder gedragspatroon voor in de plaats te geven.
Het is met name effectief gebleken bij de behandeling van fobieën en impulsstoornissen, zoals een
verslaving, obesitas of OCD.
Cognitieve benadering > ontstond vanuit het verlengde van de leertheoretische benadering. Deze
benadering ontstond met name vanuit een onvrede over het gebrek aan aandacht voor
psychologische processen in het behaviorisme. Het gaat er niet simpelweg van uit dat gedrag
voortkomt uit leerervaringen, maar het kijkt daarbij ook naar de manier waarop mensen informatie
selecteren en verwerken.
3
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller DaphnePsychologie. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $10.34. You're not tied to anything after your purchase.