- 15 lid 1 onder q WBR
- Vrijgesteld is de verkrijging van:
1. Cultuurgrond: sprake van als de grond de functie heeft gewassen te voeden en te doen
groeien
2. Ten behoeve van de landbouw: moet blijken uit de agrarische bestemming uit het
bestemmingsplan en de feitelijk uitoefening of alleen uit de feitelijke uitoefening.
Definitie in 7:312 BW
3. Die bedrijfsmatig wordt geëxploiteerd: Vrijstelling alleen van toepassing als de verkregen
cultuurgrond (nagenoeg) geheel dienstbaar is/wordt aan een agrarische onderneming
(onderneming = duurzame organisatie van kapitaal en arbeid aan maatschappelijk
productieproces met oogmerk daarmee winst te behalen)
- Als de exploitatie als zodanig niet ten minste 10 jaar (lid 3) wordt voortgezet, is de niet
geheven belasting alsnog verschuldigd, TENZIJ de cultuurgrond door overheidsbeleid (= dient
verankerd te zijn in wet- en regelgeving) aan de landbouw wordt onttrokken ten behoeve
van de ontwikkeling en instandhouding van natuur en landschap (dan wordt de vrijstelling
ondanks schending 10-jaarstermijn NIET teruggenomen)
- Vrijstelling heeft OOK betrekking op cultuurgrond die ten tijde van de verkrijging bestemd is
voor toepassing in de landbouw (= toekomstige exploitatie)
- Ook een verkrijger die geen landbouwer is en ook niet voornemens is het te worden, kan
derhalve van de vrijstelling profiteren. DUS: ook de verkrijging van cultuurgrond die ten tijde
van de verkrijging verpacht is/door verkrijger verpacht wordt, kan delen in de vrijstelling,
MITS de pachter de grond maar als zodanig bedrijfsmatig binnen zijn landbouwbedrijf
exploiteert
Herstel
- 15 lid 1 onder r WBR
- Vrijgesteld is de verkrijging krachtens herstel als bedoeld in 19 lid 1 onder c WBR als gevolg
van het nieuwe BW waarin in geval van ontbinding wegens wanprestatie van een reeds
uitgevoerde koopovereenkomst, terugoverdracht van de desbetreffende verkochte zaak
door de koper aan de verkoper nodig was (ter ongedaanmaking)
Natuurgrondvrijstelling
- 15 lid 1 onder s WBR
- Vrijgesteld is de verkrijging van:
1. Natuurgrond
2. Waarvan de inrichting en het beheer (nagenoeg) geheel duurzaam zijn afgestemd op het
behoud en de ontwikkeling van natuur en landschap
- De belasting die niet geheven is, is ALSNOG verschuldigd indien binnen 10 jaren na de
verkrijging NIET langer sprake is van natuurgrond, TENZIJ de natuurgrond binnen die termijn
wordt omgezet in cultuurgrond als bedoeld in 15 lid 1 onder q WBR en als zodanig gedurende
de rest van deze termijn bedrijfsmatig geëxploiteerd blijft
, - Natuurgrondvrijstelling is alleen van toepassing, als de inrichting en het beheer van de
natuurgrond (nagenoeg) geheel duurzaam zijn afgestemd op het behoud en ontwikkeling van
natuur en landschap
- Uitgewerkt in 6a Uitv.besl.BR. Begrip natuurgrond omvat:
1. Grond bezet met houtopstanden, 1 lid 1 onder b Rangsch.besl.NSW
2. Natuurterreinen, 1 lid 1 onder d en lid 2 Rangsch.besl.NSW
- De verkrijging van een landgoed in de zin van NSW is in beginsel vrijgesteld van
overdrachtsbelasting ex 9a NSW
- Verschil 9a NSW met 15 lid 1 onder s WBR:
1. 9a kent een 25-jaarstermijn en 15 lid 1 onder s kent een 10-jaarstermijn
2. 9a NSW kan ook de verkrijging van de opstallen en de ondergrond daarvan vrijgesteld
zijn, INDIEN die deel uitmaken van een landgoed en 15 lid 1 onder s geldt alleen voor
onbebouwde grond
3. 9a NSW ook verkrijging van andere grond kan zijn vrijgesteld en 15 lid 1 onder s geldt
alleen voor natuurgrond!
- Verschillen met cultuurgrondvrijstelling:
1. Natuurgrond: grond moet ten tijde verkrijging status natuurgrond hebben
Cultuurgrond: grond moet slechts bestemd zijn voor bedrijfsmatige exploitatie als
cultuurgrond
2. Natuurgrond: hoeft niet bedrijfsmatig te worden geëxploiteerd
Cultuurgrond: moet wel bedrijfsmatig worden geëxploiteerd
3. Natuurgrond: vrijstelling gaat niet verloren als de grond binnen 10 jaar bedrijfsmatig als
cultuurgrond geëxploiteerd gaat worden, ongeacht door welke oorzaak
Cultuurgrond: vrijstelling vervalt alleen dan NIET als binnen 10 jaar de grond door
overheidsbeleid aan de landbouw wordt onttrokken ten behoeve van de ontwikkeling en
instandhouding van natuur en landschap
4. Natuurgrond: geldt NOOIT voor de ondergrond van opstallen
Cultuurgrond: geldt OOK voor ondergrond van glasopstanden
- 10-jaarseis: in de tweede volzin staat dat de vrijstelling alsnog wordt teruggenomen als de
grond binnen 10 jaren na de verkrijging de status natuurgrond verliest. Op deze regel wordt
slechts een uitzondering toegestaan voor natuurgrond die wordt omgezet in cultuurgrond,
MITS die cultuurgrond als zodanig gedurende de rest van de 10-jaarstermijn bedrijfsmatig
geëxploiteerd blijft
Overdracht aan kind ingevolge erfrechtelijk wilsrecht
- 15 lid 1 onder x WBR
- Vrijgesteld is de verkrijging:
1. Krachtens uitoefening van een wilsrecht als bedoeld in 4:19 t/m 4:22 BW
MAAR ALLEEN
2. Voor zover de totale waarde van de verkrijging uit de nalatenschap niet meer bedraagt
dan het bedrag van de geldvordering, bedoeld in 4:13 lid 3 BW, vermeerderd met de
rentevergoeding waarmee ex 1 lid 3 SW voor de heffing van de erfbelasting rekening is
gehouden
- Krachtens wilsrecht zijn NIET vrijgesteld ex 3 lid 2 WBR en dus stelt 15 lid 1 onder x WBR deze
verkrijgingen vrij, MAAR ALLEEN indien de totale waarde van de verkregen onroerende zaken
enof rechten waaraan onroerende zaken onderworpen zijn, gelijk is aan/lager is dan de
geldvordering als bedoeld in 4:13 BW vermeerderd met eventuele rente. Is die totale waarde
, hoger dan de geldvordering met rente, dan is over het meerdere overdrachtsbelasting
verschuldigd
- Bij de bepaling van de waarde van de door het kind verkregen zaken, blijft de waarde van een
eventueel voorbehouden vruchtgebruik buiten beschouwing
- Zie voorbeeld blz. 602-604
Kabel- en leidingnetten
- 15 lid 1 onder y WBR
- Zendmasten vallen NIET onder de vrijstelling ex HR
Landgoederen
- 9a Natuurschoonwet: geldt alleen voor verkrijging van een landgoed in juridische zin
- Landgoed: 1 lid 1 onder a NSW en afgebakend door lid 2 jo. 2 lid 1 Rangsch.besl.NSW
- Nader uitgewerkt in Rangsch.besl.NSW, art. 4/5/6
- Versoepeling eisen ex 3 lid 3 en 4 Rangsch.besl.NSW:
1. De onder a gestelde oppervlakte-eis is niet van toepassing op een buitenplaats of een
deel daarvan
2. De onder c gestelde bezittingseis is niet van toepassing op een buitenplaats met een
oppervlakte van minder dan 5 hectare of een deel daarvan
3. De onder a gestelde oppervlakte-eis is niet van toepassing op een onroerende zaak met
een oppervlakte van minder dan 5 hectare doch groter dan één hectare, INDIEN:
a. De onroerende zaak grenst aan een onroerende zaak die als landgoed is aangemerkt
en de oppervlakte van beide onroerende zaken gezamenlijk ten minste 5 hectare
bedraagt/de onroerende zaak met één aangrenzende nog niet als landgoed
aangemerkte onroerende zaak gezamenlijk een oppervlakte van ten minste 5 hectare
heeft
EN
b. Tussen beide onroerende zaken een nauwe historische band bestaat
4. De onder a gestelde oppervlakte-eis, alsook de onder c gestelde bezettingseis is niet van
toepassing op een onroerende zaak met een oppervlakte van ten hoogste één hectare,
INDIEN:
a. Op de onroerende zaak een opstal is gelegen die vóór 1 jan 1940 is gebouwd en die
na deze datum uiterlijk zijn karakter heeft behouden
b. De onroerende zaak grenst aan een onroerende zaak die als landgoed is aangemerkt
en de oppervlakte van beide onroerende zaken gezamenlijk ten minste 5 hectare
bedraagt
c. Een nauwe historische band bestaat tussen de opstal, bedoeld in onderdeel a en de
onroerende zaak die als landgoed is aangemerkt, bedoeld in onderdeel b
- Zie ook 3 lid 5 en 6 Rangsch.besl.NSW
- Strekking NSW is het bevorderen van behoud en uitbreiding van natuurschoon op
landgoederen in Nederland
- Aanwijzing landgoed: middels verzoek bij minister van Landbouw, Natuur en
Voedselkwaliteit ex 2 lid 1 NSW
- De belasting die ex 9a minder is geheven dan zonder die toepassing geheven zou zijn, is ex 9c
ALSNOG verschuldigd, INDIEN met betrekking tot het landgoed:
1. Een intrekkingsbeschikking wordt genomen als bedoeld in 3a lid 1 NSW
2. Binnen een tijdvak van 25 jaren na de verkrijging zich een van de in 3 lid 3 en 4 of 7
genoemde gevallen voordoet
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Notarieelrechtenstudent. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.21. You're not tied to anything after your purchase.