- Indirecte belasting, geheven niet over degenen die de last draagt, maar over de schakels
daarvoor
Komende 4 weken werken we toe naar de toepassing van art 15, lid 1, sub a WBR: de
samenloopvrijstelling!!
- Van overdrachtsbelasting is vrijgesteld de verkrijging:
a. krachtens een levering als bedoeld in artikel 11, eerste lid, onderdeel a, 1°van de Wet op
de omzetbelasting 1968 of een dienst als bedoeld in artikel 11, eerste lid, onderdeel b
slotalinea, van die wet ter zake waarvan omzetbelasting is verschuldigd, tenzij het goed als
bedrijfsmiddel is gebruikt en de verkrijger de OB op grond van artikel 15 van de Wet OB
geheel of gedeeltelijk in aftrek kan brengen;
b. (…)”
- Een andere manier van naar de ‘samenloopvrijstelling’ kijken: van OVB is vrijgesteld de
verkrijging:
a. krachtens een levering als bedoeld in artikel 11, eerste lid, onderdeel a, 1° van de Wet op
de omzetbelasting 1968 of
b. krachtens een dienst als bedoeld in artikel 11, eerste lid, onderdeel b slotalinea van de
wet op de omzetbelasting 1968 ter zake waarvan omzetbelasting is verschuldigd,
Tenzij:
a. het goed als bedrijfsmiddel is gebruikt (moet om verkrijging onroerende zaken gaan!)
en (= dubbele toets)
b. de verkrijger de OB op grond van artikel 15 van de Wet OB geheel of gedeeltelijk in aftrek
kan brengen;
Achtergrond samenloopvrijstelling
- Beroep op samenloopvrijstelling van art 15, lid 1, sub a WBR slaagt slechts indien zowel
omzetbelasting als overdrachtsbelasting wordt geheven.
Dus ‘samenloop’ van omzetbelasting en overdrachtsbelasting
- Bedoeling / achtergrond van de samenloopvrijstelling: Vrijstelling van overdrachtsbelasting
gedurende ‘bouw- en handelsfase’. Deze fases kunnen LANG duren
Omzetbelasting
- De omzetbelasting - of btw - is anders dan veel andere belastingen want:
a. Omzetbelasting is gebaseerd op Europese Richtlijnen, met name btw-richtlijn. Deze
richtlijn heeft GEEN rechtstreekse werking! Lidstaten moeten deze omzetten in eigen
nationale wetgeving. Nederland heeft dat gedaan!
, b. De Wet OB -> kameleoneffect: dat betekent dat de Wet op de omzetbelasting
‘verzoenend’ wordt uitgelegd, dus zo veel als mogelijk in lijn met de Btw-richtlijn.
c. Naast Richtlijnen zijn er op Europees niveau ook ‘Verordeningen’. Verschil tussen een
Richtlijn en een Verordening is:
1. Een Richtlijn heeft geen rechtstreekse werking. Elke lidstaat moet deze dus omzetten
in nationale wetgeving. Indien een lidstaat een richtlijn niet tijdig of niet juist in
nationale wetgeving omzet, dan kunnen belastingplichtigen zich rechtsreeks op de
Richtlijn beroepen. De belastingdienst kan dit niet; het rechtszekerheidsbeginsel
staat hier aan in de weg.
2. Een Verordening heeft wel rechtstreekse werking. Lidstaten hoeven deze dus niet
om te zetten in nationale wetgeving.
d. Ook de rechtspraak is anders bij de omzetbelasting. Het HvJ EU dat in Luxemburg zetelt is
de hoogste rechtsinstantie. Indien een nationale rechter twijfelt aan de juiste uitleg van
de Richtlijn, dan is deze verplicht om vragen te stellen aan het HvJ EU. De uitspraken van
het HvJ EU gelden in de gehele EU.
e. In deze 4 weken komt daarom heel veel Europese jurisprudentie aan de orde.
f. De omzetbelasting - of btw - is een indirecte belasting. Dat betekent dat de
omzetbelasting niet direct wordt geheven van degene die de belasting uiteindelijk in zijn
portemonnee voelt (de eindconsument) maar indirect, namelijk van alle ondernemers in
de schakels vóórdat de eindconsument consumeert.
Systeem omzetbelasting
- Normale handelsketen – BTW-belast
a. Ondernemer A levert hout aan ondernemer B en wil €100 overhouden
b. Ondernemer B levert tafel aan ondernemer C en wil €100 overhouden
c. Ondernemer C levert tafel aan eindconsument en wil €300 overhouden
-
-
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Notarieelrechtenstudent. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.17. You're not tied to anything after your purchase.